Nederland beweegt zich al jaren in neergaande lijn. Het Twentecgebouw was er wel, maar het bleef „woest en ledig". Onderhandelingen met het Rijk leidden ertoe dat de Ministerraad in het voorjaar van 1970 besloot het ITC in zijn geheel over te plaatsen naar Enschede, en het Twentecgebouw als huisvesting ervoor te be stemmen. Een groot voordeel van deze oplos sing was dat de noodzakelijke verbouwing en inrichting van dat gebouw binnen een jaar hun beslag konden krijgen. Bovendien werd beslo ten de studenten niet meer in hetzelfde gebouw te huisvesten, maar er een apart hotel voor neer te zetten. Dat hotel, ter ere van de stichter „Schermerhorn-Hall" gedoopt, kon in 1973 in gebruik worden genomen. Het ITC zelf kon zijn nieuwe „home" reeds in de zomer van 1971 betrekken. Tijdelijk vonden de studenten onder dak op de campus van de THT. De voor de studenten gekozen oplossing vol doet in alle opzichten. Men begrijpt dat men, nog afgezien van alle reeds in dit verband eer der genoemde overwegingen, studenten afkom stig uit landen als waaruit het ITC ze recruteert, niet zo maar bij een Hollandse „ploerterij" kan onderbrengen. Het verschil in cultuur, zeden en gewoonten, en ook taalmoeilijkheden, zouden een onoverkomelijke hindernis blijken te zijn. Studenten die hun gezin willen meebrengen, kunnen thans ook veel beter geholpen worden dan in Delft. De „Schermerhorn-Hall" bevat behalve uiter aard een groot aantal éénpersoonsflats, ook kleine appartementen voor gezinnen. Er zijn in het „ITC-Guesthouse", zoals het officieel wordt aangeduid, 238 éénkamer-units, 48 tweekamer units, en nog 24 driekamer-units, met een totaal van 480 bedden. Het aantal studenten beweegt zich thans tussen de 300 en 350, verdeeld over ongeveer 50 nationaliteiten. In het geheel heb ben tot nu toe ruim 3200 studenten uit ruim 120 landen hun opleiding bij het ITC afgerond. Bij vele lezers zal de vraag rijzen: Wie betaalt dat nu allemaal? Het antwoord op deze vraag zou simpelweg kunnen luiden: „jij en ik en wij allemaal". Maar dat antwoord verklaart te wei nig. De zaak komt hierop neer. Het ITC heeft de vorm van een stichting. Het is dus niet een onderdeel van „Delft" of van „Wageningen" (of van die twee samen), en nog veel minder van de TH Twente, zoals wel eens gedacht wordt, het is een zelfstandig instituut. Het geld ervoor wordt geput uit de „pot" voor ontwikke lingshulp. Gebouw, inventaris, instrumenten en personeel (salarissen), worden betaald door de Nederlandse Regering (het Rijk), m.a.w. uit de belastinggelden. Dus, zoals ik al zei, door ons 318 De Schermerhorn-Hall.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1976 | | pagina 8