Trajectbeschrijving De toepasbaarheid van het Artemissysteem bij dit project is vooral te danken aan het feit, dat een geschikte plaats kon worden gevonden voor de Fix van het systeem, nl. op de uitzichttoren van de suikerfabriek te Puttershoek (fig. 9). Vanaf dit opstelpunt kon het gebied bestreken worden van het bouwdok te Barendrecht tot voorbij de Dordtse Kil. Vanaf de Dordtse Kil kon de plaatsbepaling worden overgenomen door het tweede Artemissysteem. Voor het Drechttunnel-transport stond de Fix hiervan op de verkeersbrug tussen Zwijndrecht en Dordrecht. De Mobile stond op de andere toren, als die waarop de Mobile van het eerste systeem stond opgesteld. Op de luchtfoto (fig. 13) zijn de antenne-units als witte puntjes op de torens te onderscheiden. Door de beperkte ka bellengte van het Artemissysteem (de afstand tussen de torens was 80 m), kon het tweede systeem niet in de volledig-automatische versie werken. De positiegegevens werden per porto foon naar de andere toren doorgesproken, waar zij op de HP9830 werden ingetypt en verder normaal werden verwerkt. Voor het Kiltunnel-transport stond de Fix van het tweede systeem op de watertoren van 's-Gravendeel. Door afstemming van de fre quenties van beide systemen op elkaar kon nu verder worden volstaan met de Mobile van het eerste systeem. Bij de overgang van het eerste systeem naar het tweede diende de antenne van de Mobile „met de hand" op de Fix van het tweede systeem gericht te worden. Langs de trajecten waren tevens posten verkend voor de twee mobiele Geodimeters, die als reserve-meetsystemen fungeerden. Deze syste men, die wat hun werkingsgebied betreft, be perkt zijn door hun zichtafstand, waren daarom opgesteld in de omgeving van die gebieden waarvan verwacht werd dat daar het transport bemoeilijkt zou worden. Dat was het geval bij het bouwdok, waar bij de aanvang van het transport het element vanuit stilstaand water in stromend water terecht kwam, de bochten on der Heersjansdam en Puttershoek en de passage van de Dordtse Kil, waar met dwarsstroming rekening moest worden gehouden. Verder is het Dordtse Kil berucht om z'n grote stroomsnel- heden. Verder stonden de Geodimeters opgesteld bij de afzinkplaatsen in Zwijndreoht/Dordrecht en 's-Gravendeel/Wieldrecht, waar het element in de stroom op z'n plaats moest worden gehou den, moest worden gedraaid en aan staalkabels moest worden gehangen (fig. 10). De tocht met het eerste Drechttunnel-element is zoals u misschien wel via de nieuwsmedia hebt vernomen, niet helemaal volgens plan ver lopen. Het moment van vertrek uit het bouw dok bij Barendrecht werd afhankelijk gesteld van een bepaalde stroomsnelheid. Het passeren van de Dordtse Kil moest volgens schema plaatshebben ongeveer 4 uur na het tijdstip van vertrek, om gebruik te maken van een korte periode waarin de stroomsnelheid in de Dordtse Kil minimaal is. De gemiddelde vaarsnelheid van het element werd geschat op 1 m/sec. Met 18 Fig. 8. De presentatie van de plaatsbepaling t.b.v. de navigatie. Fig. 9. De uitzichttoren van de suikerfabriek te Put tershoek. Fig. 10. Het element wordt aan staalkabels gehangen.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1977 | | pagina 18