L
nu ook interactief kunnen werken zal een stap
in de goede richting zijn. Voor een economische
mutatie van gegevens bleek ook elders een in
teractieve methode noodzakelijk [7]. De doel
stelling van een interne werkgroep voor de
definitieve methode van kaartvervaardiging
komt dan dichterbij: een zo volmaakt mo
gelijk geautomatiseerde werkwijze te ontwikke
len, waarin niet alleen een situatiekartering,
maar elke mogelijke toevoeging van as- en
grenskartering, het inwerken van voor- en na-
verkenning etc. is opgenomen, uiteraard met de
bijbehorende personele en materiële organisa
tie". [8]. Waarbij valt aan te tekenen, dat een
„definitieve methode" wel toekomstmuziek zal
blijven
Literatuurverwijzingen:
spiegelstand bij
beschrijven diazofilm
stuurinrichting
laserlicht
<A O
'-5
kleurenfilm
optisch
systeem
projectielamp
beeldscherm
Stralengang in de laserdisplay en -plotter.
[1] L. R. M. van den Brink, Tekentechniek I. Geo-
desia 1960, p. 97.
[2] S. C. Hoos, Het bewerken van veldwerkgegevens
t.b.v. het kaarteren met een elektronische coördi-
natograaf. Geodesia 1963, p. 146 e.v.
[3] W. Schermerhorn en H. van Steenis, Leerboek
der Landmeetkunde. 's-Gravenhage 1964 (4e druk).
[4] J. van Raamsdonk, De automatisering van land
meetkundig tekenwerk bij de Meetkundige Dienst.
Geodesia 1974, p. 140 e.v.
H. Rietveld en A. M. den Boer, Automatisch teke
nen bij de Meetkundige Dienst. Divisie april 1974,
p. 1 -8.
[5] H. J. G. L. Aalders, Digitaal fotogrammetrisch
kaarteren. Geodesia 1972, p. 35 e.v.
[6] H. Rietveld, lets over digitale kaartvervaardiging
bij de Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat.
Ned. Geodetisch Tijdschrift 1975, p. 115 e.v.
[7] F. S. Kröll, Automatisering bij Hansa Luftbild te
Münster. Ned. Geodetisch Tijdschrift 1975, p. 138
e.v.
[8J Werkgroep digitaal karteren van de Meetkundige
Dienst, Rapport over de ontwikkeling van de zgn.
voorlopige methode. Delft 1972.
42