Dr. Ir. WILLEM
SCHERMERHORN
IN MEMORIAM
17 december 1894 10 maart 1977
Bij het persklaar maken van dit nummer van Geo-
desia kwam het bericht door dat professor Scher-
merhorn is overleden.
Hij mocht twee en tachtig jaar oud worden. Daar
om overviel het bericht ons niet en wordt de
eerste schok van ontroering en droefheid over dat
heengaan van lieverlede overheerst door dank
baarheid dat hij zo oud heeft mogen worden en
nog zo lang aktief heeft kunnen zijn.
Hier op déze plaats, in de kring van het Nederlands Genootschap voor Landmeetkunde
en rond Geodesia, past het zijn nagedachtenis te eren als een leermeester en een bezie
lend leider. Ja in de eerste plaats als leermeester, maar wie hem meent te moeten
kenschetsen als een groot geleerde, loopt het risico een vertekend beeld te geven.
Niet dat hij geen man van wetenschap zou zijn; het feit dat vier van de vijf aan hem
verleende ere-doktoraten hem toegekend werden op grond van wetenschappelijke arbeid
op het gebied van de landmeetkunde en in het bijzonder op dat van de luchtkaartering,
spreekt voor zich zelf. Maar naar mijn besef moeten we hem boven alles eren als
mens, als een voorbeeld in de zin van voorop gaand voor velen in ons beroep, die
gezocht hebben naar zinvolle en doelgerichte arbeid. Naar een manier van leven èn
werken, die zich laat inpassen in het grotere geheel dat we samenleving noemen. Waarin
het kennen en kunnen van allen, van hoog tot laag, dienstbaar wordt gemaakt. Ingepast
om zo te zeggen in het grotere kader, dat hij altijd in het vizier had en de omstanders
en medewerkers wist voor te houden.
Dat bepaalde de steil van zijn leiding geven, zijn omgaan met en zijn toegankelijk zijn
voor iedereen, al was hij dan niet altijd een gemakkelijke baas. Misschien daarom
wel, omdat hij zich zelf hoge eisen stelde: om met hoofd, hart en hand te werken aan
een verder liggend doel dan het eigen belang: de samenleving. Met een diep besef voor
veel dat daarin fout is en een diep geworteld wantrouwen tegen allen en alles dat
zich behoudend opstelt. Daartegenover stond een sterk geloof in menselijke mogelijk
heden, gevoed en gestuurd door de hoop op een betere wereld
In dat kader mogen wij om ons heen kijken naar de vruchten van zijn werk. Naar de
Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat, naar het Internationaal Centrum voor
Luchtkaartering (ITC) zijn eigen geesteskinderen om zo te zeggen maar óók
naar zoveel meer dat in het bestek van dit mensenleven in Nederland tot ontwikkeling
kwam op het gebied van de landmeetkundige praktijk, de organisatie van het werk
èn de vorming en scholing van beoefenaren van het beroep op alle niveaus. Dit leven
is wat dat aangaat zó vruchtbaar geweest, dat het goed zou zijn dat op een later tijdstip
door meer bevoegden dan ondergetekende in dit blad daarover een overzicht biedend
artikel geschreven werd.
Dat zijn gedachtenis nog lang zal voortleven in de vruchten van zijn werk is zonder
meer duidelijk. En dat doet regelrecht denken aan dat woord uit de bijbel, aangaande
hen, die zullen rusten van hun zware arbeid:
„Het goede dat zij hebben gedaan zal hen vergezellen" (Openb. 14 13).
eibert draisma
67