De technicus
en de rekenautomaat 2
programmeerbare
zakrekenmachines
door M. Lachmann, Bouwtechnisch Adviesbureau M. Lach-
mann BV te Delft.
Datageheugen
Wijze van invoer
Wijze van uitvoer
Prijs
Inleiding
Zoals ik in het eerste artikel al heb aangekon
digd, zal dit artikel handelen over de dwergen
onder de rekenautomaten: de programmeer
bare zakrekenmachines. Ik zou een program
meerbare zakrekenmachine als volgt willen
omschrijven:
Programmageheugen: 150 a 400 toetsaansla
gen
10 a 30 registers
via toetsenbord en mag
neetkaart
display (venster)
1000,— a 2000,—
Hoe schetsmatig deze omschrijving ook lijkt,
hij voldoet redelijk wèl. Er zijn uiteraard di
verse variaties die op deze wijze onvermeld
blijven, maar alles wijst erop dat de fabrikan
ten bezig zijn een vrij grote overeenstemming
te bereiken over de diverse verdere kwalifica
ties.
Als voorbeeld zou ik het feit willen noemen
dat terugleesbaarheid van het programma
geheugen (op zijn minst door middel van een
soort matrix-identificatie van de toetsen) dui
delijk een must is geworden. Ik zie niet hoe
enige fabrikant zich hieraan in de toekomst zal
kunnen onttrekken. De invoermogelijkheid via
magneetkaart acht ik ook essentieel: inbren
gen via het toetsenbord is zeer tijdrovend,
vooral doordat het risico van foutaanslagen
zeer groot is, wat dan weer naderhand lang
durige opspoorwerkzaamheden meebrengt. De
mate van programmeerbaarheid (omvang en
niveau van het bewerkingenrepertoire) varieert
van machine tot machine, maar ook hier kan
gezegd worden dat binnen de groep, zoals hier
boven omschreven, de programmeerbaarheid
op zijn minst voldoende is. De enige restrictie
die gemaakt moet worden is, dat men natuur
lijk niet als technicus een financiële machine
moet aanschaffen (die bestaan inderdaad) maar
een technisch-wetenschappelijke. De aldus om
schreven zakrekenmachine kan beschouwd
worden als een soort basisapparaat, waaraan
andere kundigheden (tegen meerprijs) kunnen
worden toegevoegd.
Programmeerbare zakrekenmachines hebben
met hun grote broer, de computer, het feit
gemeen dat hun bruikbaarheid evenzeer be
paald wordt door de aard en kwaliteit van de
beschikbare programmatuur als door de merites
van de machinerie. Het feit dat pocketappara
ten duidelijk stimuleren tot zelfwerkzaamheid
op het punt van programma-ontwerp, houdt
niet in dat het maken van programma's opeens
een sinecure is geworden. Degene die zo'n
apparaat aanschaft als een stuk bedrijfsgereed-
schap, zal dan ook in eerste instantie aan
gewezen zijn op in de handel verkrijgbare vak
gerichte programma's.
Op dit moment zijn er drie zakrekenapparaten
op de markt die aan de twee hier gestelde eisen
voldoen:
de Texas Instruments SR-52
(prijs: 849,—, incl. BTW)
de Hewlett Packard HP-67
(prijs: 1.877,—, incl. BTW)
de Hewlett Packard HP-97
(prijs: 3.153,—, incl. BTW)
De HP-97 is een apparaat dat te groot is om
in je zak te steken, en mag daarom eigenlijk
niet de naam „zakrekenmachine" dragen. An-
Dit artikel is een bewerking van de artikelen „De
bouwtechnicus en de rekenautomaat /I en 3",
die in het decembernummer (1976) en het februari
nummer (1977) van het Polytechnisch Tijdschrift
/B zijn verschenen.
140