handeling op 16 juni j.l. overgenomen. Deze
amendementen behelsden:
het opnemen van inspraakregels in de wet
zelf ter vervanging van de bepaling dat
deze regels door de minister van Landbouw
en Visserij worden gesteld;
in verband hiermede is de bepaling over de
inhoud van het herinrichtingsprogramma
naar een zelfstandig artikel overgebracht;
het voorontwerp van het herinrichtingspro
gramma, alsmede het definitieve ontwerp
hiervan, zullen zonder toetsing door Gede
puteerde Staten ter visie worden gelegd;
uitdrukkelijk is opgenomen dat bij de voor
gestelde wijziging voor een deel van het
herinrichtingsprogramma het niet in die
wijziging betrokken gedeelte van het pro
gramma van kracht zal blijven;
bij de vaststelling van het inventarisatie
plan moeten de afmetingen van de daarin
opgenomen wegen, waterlopen e.d. zo
nauwkeurig mogelijk op aparte staten wor
den aangegeven;
bepaalde rechten die voortvloeien uit het
Stadsmeierrecht (bijvoorbeeld het recht van
voetpad of uitzicht) blijven bestaan in die
gedeelten van het herinrichtingsgebied
waar geen herverkaveling plaatsvindt;
bepaalde gebouwen, zoals kerken en zie
kenhuizen, worden vrijgesteld van betaling
van de afkoopsom met betrekking tot de
opheffing van de Stadsmeierrechten.
Een ander voorstel van de Bijzondere Com
missie om in de wet een bepaling inzake be
heersvergoedingen op te nemen werd met al
gemene stemmen aangenomen. Minister Van
der Stee had bij de Kamerbehandeling reeds
verklaard een oordeel over dit voorstel aan de
Kamer over te laten.
Voorstellen van de heer Van Rossum om de
herinrichtingsplannen niet door Provinciale
Staten maar door Gedeputeerde Staten te doen
vaststellen, werden door de Kamer verworpen.
Ook over deze voorstellen had de heer Van der
Stee een oordeel aan de Kamer overgelaten.
De Kamer verwierp het voorstel van de dames
Haas-Berger en De Boois om de adviserende
rol van de Centrale Cultuurtechnische Com
missie in de programfase sterk te beperken.
Deze leden trokken daarop twee andere amen
dementen over hetzelfde onderwerp in en wij
zigden een derde amendement. Dit amende
ment, dat onder meer voorziet in een beroep
op de Kroon tegen het besluit van Provinciale
Staten tot vaststelling van het herinrichtings
programma, werd met algemene stemmen aan
vaard. Minister Van der Stee had de Kamer
aanvaarding van deze amendementen ontraden.
Tijdens de heropende beraadslaging trokken
dezelfde leden hun amendementen in ten aan
zien van de eerst-verantwoordelijkheid van de
minister van Landbouw en Visserij met be
trekking tot dit wetsontwerp.
De in deze rubriek vermelde functionarissen zijn be
noemd in de vacatures zoals die eerder in personeels
advertenties in Geodesia stonden vermeld.
Gemeente 's-Gravenhage
Benoemd m.i.v. 1 juni 1977 tot technisch ambtenaar A
Th. Nieveld (vroegere werkgever: Fugro-Cesco B.V.).
Gemeente Hardenberg
Benoemd m.i.v. 1 augustus 1977 tot landmeetkundig
ambtenaar B C. de Goede (vroegere werkgever: Geo-
meetdienst B.V.).
Ahrin B.V.
Benoemd m.i.v. 1 september 1977 tot systeemverkoper
afdeling Geodesie en Fotogrammetrie H. G. F. Holt-
hoon (vroegere werkgever: Koning Hartman te
's Gravenhage).
Gemeente Noordwijk
Benoemd m.i.v. 1 oktober 1977 tot technisch ambte
naar le klasse H. v. d. Brandt (vroegere werkgever:
Gemeente Heerhugowaard).
1 en 2 september 1977
Nederlandse Vereniging voor Fotonica. Sympo
sium „Luchtwaarneming". Aula TH, Mekelweg,
Delft.
510 september 1977
Photogrammetrische Woche te Stuttgart.
7 september 1977
Open huis De Koningh BV te Arnhem. Zie ver
der de advertentie in dit nummer.
8 september 1977
Open dag afdeling Landmeten en Kartografie
van de Dienst der Publieke Werken te Amster
dam. Zie de aankondiging elders in dit nummer.
2119 september 1977
Tentoonstelling „Het Instrument". RAI-gebouw
te Amsterdam.
5 oktober 1977
Inaugurale rede van prof. dr. ir. M. J. M.
Bogaerts. Aula TH, Delft.
27—28 oktober 1977
NGL-congres. Jaarbeurs Congrescentrum te
Utrecht.
208
