onze nog zoveel zuilen op ons gebied zijn. Ik heb dat, toen ik voorzitter was van de Ver eniging voor Kadaster en Landmeetkunde, ook al enige malen verkondigd. Op het moment dat de HTS is gekomen en daardoor die heel brede tussenlaag in de landmeetkunde is geboren, had men zich moeten bezinnen of dat ook niet zijn effecten zou moeten hebben op het totale pakket van verenigingen in Nederland. Over fusies wordt wel steeds gepraat maar het effect is tot nu toe alleen geweest dat per niveau is gefuseerd. Heeft u zich als directeur wel eens eenzaam gevoeld? Ja, heel vaak. Op de eerste plaats moet ik zeg gen dat ik van huis uit een solist ben. Ik heb niet zo'n behoefte om te vragen wat een ander er van vindt. Dat klinkt eigenwijs, maar als ik vind dat het zo moet, dan moet het zo ook worden gerealiseerd. Dat geeft waarschijnlijk wel een vereenzaamd effect. Het tweede is, en dat vind ik veel erger, dat de dialoog met de dienst er niet is. Als je een provinciaal kantoor bezoekt dan word je vrien delijk ontvangen en iedereen is aardig voor je. Ze laten je wat zien en stellen wat vragen. De directeur zegt vriendelijke woorden bij het af scheid; daarmee valt de deur weer dicht en je reist weer terug. Je krijgt geen of weinig res pons. Je hoort te weinig van de andere kant. Inventieve voorstellen vanuit de dienst zijn er vrijwel nooit geweest. Ja, hoe komt dat nu? Waarschijnlijk sta je daarvoor te hoog in de dienst en ben je te ver weg. Ook ontbreekt de tijd om frequent in het apparaat af te dalen en te kijken hoe het reilt en zeilt. Met die vereen zaming heb ik dikwijls veel moeite gehad. Uw gezondheid lijkt ons uitstekend. Wat is de reden dat u voortijdig het Kadaster verlaat? Mijn gezondheid is uitstekend, dat klopt. Ik kan mij niet herinneren dat ik de laatste tien jaren één dag ziek ben geweest. Dat ik eruit stap doe ik om drie redenen. In de eerste plaats omdat de reorganisatie is afgerond. Nu komen die zaken aan de orde waartoe de reorganisatie diende. De automatisering van de registratie is geschat op negen jaar, de leidingenbeheerdersregistratie op vier jaar etc. Ik ben nu 61 jaar. Dat betekent dat ik deze zaken niet meer kan afronden. Ik vind dat op zo'n moment de leiding in handen van een jongere moet worden gegeven. In de tweede plaats heb ik nu in goede gezondheid het hoogste punt in mijn carrière bereikt. Ik zou er slecht tegen kunnen als men over enige tijd zou gaan zeggen: „Het wordt hoog tijd dat die oude vent nu maar verdwijnt". Daar ben ik waarschijnlijk te ijdel voor. In de derde plaats zijn de afgelopen jaren voor mij tropenjaren geweest. Ik heb in negen jaar vrijwel geen vrij weekeinde gehad. Daar huil ik niet om, maar het heeft wel een claim gelegd op de relatie tot mijn vrouw, kinderen, vrienden en allerlei andere dingen. Dat zou ik nu graag anders zien. Wat gaat u na 15 december doen? Heeft u hobby's? Ik heb wel hobby's, maar om nu te leven met je hobby's, daar heb ik nooit zo erg in geloofd. In elk geval wil ik niet meer leven zoals het nu nog gaat op basis van het keurslijf van de agen da. Ik wil nog wel wat doen, maar dan hooguit twee dagen per week. Als dat in de richting van het Kadaster zou gaan, dan zeg ik onver biddelijk nee. Ik wil niet met een andere pet op enigerwijze bemoeienis hebben met de dienst. Als ik wat doe, dan zal dat in een heel andere sector zijn. Het mag wel met vastgoed te maken hebben. Mijn hobby is vooral het jagen. Die bezigheid zal ik straks wat vaker kunnen beoefenen. Ver der bezit ik wat bos dat nu slecht wordt onder houden. Daar ga ik wat aan doen. Het betekent wel dat we gaan verhuizen naar Drenthe. Heeft u nog iets toe te voegen aan dit inter view? U heeft een aantal, misschien wat negatieve, reacties van mijn ervaringen gehoord, mijn teleurstelling dat alles wat lang duurt en moei zaam gaat. Ik wil hierdoor niet de indruk maken dat ik het Kadaster met negatieve ogen bekijk. Wat ik altijd geweldig gewaardeerd heb, is het verantwoordelijkheidsgevoel dat men in onze dienst heeft. Intern wordt er natuurlijk gekan kerd op het bedrijf en de leiding, maar zodra een derde aan het Kadaster komt, dan ontdek je toch overal dat ze met die jongens van het Kadaster nog niet klaar zijn. Het Kadaster is een oude dienst, een dienst met historie en lange tradities. Ik hoop dat het Kadaster, door hetgeen de laatste jaren is gebeurd, nu een verjongde, sprankelende en levende dienst is geworden, die nieuwe taken aan kan. Ik geloof in de mensen die in ons bedrijf wer ken. De liefde voor het vak is groot. Ik heb dat als een bijzonder positieve zaak ervaren. Het heeft er mede toe geleid dat ik met pret tige gevoelens en in vol vertrouwen voor de toekomst deze dienst kan verlaten. P. Groenewoud S. C. Hoos 384

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1977 | | pagina 16