stereoplotter-operator verandert niet wezenlijk. Hij moet zich aan een aantal nieuwe spelregels houden, het tijdrovende „opwerken" van de plot, dus het verbinden van de genoteerde pun ten komt te vervallen. Dit geeft vooral bij groot schalige kaartering een belangrijke tijdwinst. Ook bij de oriëntering van het model in het in strument biedt de computer hulp. Nieuw is dat bij elk object dat wordt gekaarteerd we de computer moeten vertellen wat het is (b.v. huis; waterput; spoorlijn etc.). Deze code ring is zeer soepel en kan elke legenda verwer ken. Ook nieuw is dat er een strakke systematiek in de volgorde van kaarteren nodig is: b.v. eerst alle huizen; dan wegen type I, dan wegen type II etc. De bestaande gekoppelde tekentafel laten we tijdens de kaartering normaal meelopen en deze wordt gebruikt als volledigheidscontrole voor de stereo-operator. De aldus verzamelde kaartge gevens worden per model opgeslagen door de computer. Wanneer alle modellen van een kaartblad gedi gitaliseerd zijn komt de volgende fase, waarin met behulp van een kaartcompilatie-programma de geregistreerde coördinaten met de daarbij behorende code's worden omgezet in instruc ties voor de tekenautomaat. Dit programma hebben we kant en klaar ge kocht van Kongsberg en is operationeel. Het bouwen van een dergelijk programma is zeer tijdrovend en vraagt een zeer hoge fotogram- metrische kennis gekoppeld aan een grote auto matiseringservaring. Het eerste hebben we zeker in huis, het tweede minder. Doch over heersend was de eis dat we binnen anderhalfjaar operationeel wilden zijn. Met een eigen ontwerp zou dat zeker niet zijn gelukt. Enkele van de meest spectaculaire kenmerken van het Kongsberg-programma zijn 1automatisch verbinden van modellen; 2. verfijnde tekeninstructies met line smooth ing; rectangular check met automatische generatie van parallelle lijnen; 3. generalisering van de kaart bij schaalveran- dering; 4. inbrengen tekst en naverkenning, waarop ik later terugkom. Het eindprodukt in deze fase is een magneti sche tape waarop de tekeninstructies staan voor de betreffende kaart. Het zal duidelijk zijn dat in het algemeen de ge gevens op deze tape nog niet goed genoeg zijn om er het eindprodukt mee te tekenen. Aanvul ling is nodig i.v.m.: fouten en omissies van de stereoplotter-ope rator; de modelaansluitingen zullen niet 100% zijn omdat bepaalde grotere afwijkingen niet automatisch worden behandeld, doch door de mens moeten worden beoordeeld; inbrengen van tekst; inbrengen van naverkenningsgegevens. Voor deze afwerking gebruiken we ons grafisch interactief-systeem Stap 5: controle en correctie Dit gaat als volgt: De zojuist genoemde tape wordt uitgetekend met hoge snelheid en in ball point als verificatiepiot. Deze verificatiepiot wordt voor de kwaliteitscontrole gebruikt. Fou ten en omissies worden er met de hand op ge noteerd. Tekst en gegevens uit de naverkenning worden ook aangetekend, op deze naverken ning kom ik in mijn slotopmerking terug. Al deze amendementen worden vervolgens met behulp van het grafisch interactief-systeem in de op tape staande kaartgegevens verwerkt. Daarna is de tape gereed om op de automa tische tekentafel gegraveerd of in inkt te worden getekend. Grafisch interactief-systeem Dit grafisch interactief-systeem is een wonder van techniek. Op het grafische beeldscherm wordt de opgeslagen tekening of een deel ervan zichtbaar gemaakt. Door middel van een elek tronische pen en een toetsenbord kunnen de correcties op de tekst worden aangebracht. Je ziet precies wat je doet. Tevens kan op dit systeem grafische informatie (b.v. een kaart of een foto) gedigitaliseerd wor den. Het systeem biedt verder grote mogelijk heden bij het samenvoegen van verschillende kaarten. Zeer interessant is ook dat het systeem drie-dimensionaal werkt. Van een ruimtelijk mo del kunnen doorsneden, zijaanzichten etc. wor den gemaakt. Om eerlijk te zijn, wij zelf kennen nog niet alle mogelijkheden en we geloven zeker dat er nog talloze toepassingen zijn die we nu nog niet in de praktijk kunnen brengen en die veelal zullen liggen in werkgebieden, waar ook met drie dimensionale modellen wordt gewerkt. Een aantal onderdelen in het kaarteerproces, welke op jaarbasis toch nog behoorlijk veel handwerk geven (planbladen, opzetten plans etc.), zullen ook geautomatiseerd worden. 5

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1978 | | pagina 7