Digitaal kaarteren tovermiddel door W. J. H. Uzereef, hoofd van de afdeling planning van de Meetkundige Dienst. 1. INLEIDING Het onderwerp waartoe ik mij in dit artikel moet beperken, handelt over het maken van een digitale kaart met behulp van gegevens ont leend aan luchtfoto's. Dit proces is niet eenvou dig en de meesten vari ons hebben er niet dage lijks mee te maken. Het lijkt mij daarom nuttig om via enige voorge schiedenis te laten zien hoe men er toe kwam. Het principe van digitaal tekenen is u allen wel bekend. U tekent niet meer zelf de kaart „met de hand", maar laat het een tekenmachine doen. De instructies voor het apparaat verza melt u b.v. in een ponsband en laat ze, al of niet via een aantal tussenbewerkingen, door een computer omzetten in uitvoeringsopdrachten voor dat tekeninstrument. En terwijl u al weer instructies zit te maken voor de volgende teke ningen, doet het brave instrument zijn teken werk voor u; klaar terwijl u wacht! 1.1. Motivatie Hoe kwamen de geodeten van de Meetkundige Dienst met vele anderen ter wereld op het idee dat dit zo nodig moest? Zij gingen daarbij, om streeks de jaren vijfenzestig, uit van een aantal feitelijkheden en een aantal veronderstellingen. Voor de Meetkundige Dienst van de Rijkswater staat lagen er de volgende feiten: 1Er stond een tijdperk voor de deur, waarin de vraag naar kaarten steeds groter zou wor den. De tienjarenplannen toonden dit duide lijk aan. 2. Het weg- en waterbouwprogramma nam snel in omvang toe en wat vandaag gevraagd werd moest gisteren klaar zijn. 3. Er was een hoogconjunctuur op elk gebied en personeel was er niet te krijgen, laat staan deskundig personeel op fotogrammetrisch en kartografisch gebied. 4. De eerste resultaten van het automatiseren van geodetisch rekenwerk waren bijzonder veelbelovend en op de rekenkamers steeg de produktie met sprongen door het gebruik van computers. 5. Het eerste succes met het digitaal tekenen van positiepatronen was indrukwekkend. Het tekenen van sextant- en paraboolnetten, die in grote hoeveelheden werden gevraagd voor plaatsbepaling op zee en bij de uit voering van, meest „natte" werken, verliep vlot op de trommeltekenmachine. Een blad met niets dan gebogen lijnen werd in een week door een tekenaar met eindeloos ge duld en doorzettingsvermogen gegraveerd of geïnkt. De drumplotter deed dat in een uurtje. Al deze ervaringen brachten je al gauw in de verleiding om waar mogelijk alle handwerk op te ruimen en te automatiseren. Het lag voor de Inleiding gehouden op 27 oktober 1977 in Utrecht op het negende NGL-congres.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1978 | | pagina 9