De instrumentwagen tijdens de meting.
dens het rijden van de ene standplaats naar
de andere;
meterteller, gekoppeld aan de tachometer;
rekenmachine met printer.
In de vloer van de achterbak zijn drie gaten voor
de statiefpoten gemaakt. De punten van het
statief zijn vervangen door platen waaruit drie
spijkers steken. De platen kantelen rond een
kogelgewricht zodat zij bij het neerlaten van het
statief het vlak van de straat volgen. De spijkers
zorgen ervoor, dat het statief niet wegschuift.
Baakauto
De baakauto's zijn uitgerust met:
Vloer achterbak instrumentauto met gaten voor statiefpoten.
imperiaal met ophang- en instelmechanisme;
invarbaak 3 m, met fitting en ophanghaak
(voor transport tijdens het rijden);
straatpot (Jt 10 kg);
hamer voor vastslaan van de straatpot;
meterteller;
aangepaste deur van de bestuurder;
waarschuwingslamp.
De deur van de bestuurder is uitgezaagd zodat,
vanuit de auto de straatpot op de grond gezet
en met de hamer vastgeslagen kan worden.
Tijdens het rijden worden baak, straatpot en
hamer aan de deur opgehangen.
Onderkant straatpot.
Elektronische calculator met printer, op het dashboard de
meterteller.
104