\<x V?
-
waterpas
aantal kilometers enkele waterpassing in de periode 1974-1976
methode
totaal
in km
in km
herhaling
in
verlet
netto produktie
per dag in km
weer
in
mechanisch
in
totaal
in
fiets
2e orde
10.325
9.644
6-7
4,4
2,8
7,3
6
gemotoriseerd
2e orde
2.884
2.838
2
2,1
6,1
8,2
11-12
gemotoriseerd
1e orde
203
200
1-2
8
Tabel 1. Vergelijking methoden van waterpassing.
Nauwkeurigheid
Bij tweede orde waterpassing mag het verschil
in heen en teruggang niet groter zijn dan 4 V?
mm. Bij eerste orde waterpassing niet groter
dan 2 V? mm.
Er heeft een studie plaats gevonden naar de ver
schillen tussen heen- en teruggang. Deze resul
taten zijn vermeld in tabel 2. Het percentage
hermetingen bedroeg 2% bij gemotoriseerde
waterpassing tegen 6-7% bij conventionele me
thoden.
waterpas
methode
verschil tussen heen- en terugwater
passing x V? mm/km
0-1
1-2
2-3
3-4
4-5
>5
mm
mm
mm
mm
mm
mm
fiets
2e orde
20
25
35
15
5
gemotoriseerd
2e orde
68
23
8
1
gemotoriseerd
1e orde
98
2
Tabel 2. Vergelijking verschillen tussen heen- en terug
waterpassing.
Dagproduktie
De gemiddelde produktie per dag bij tweede
orde waterpassing bedroeg 11 12 km. De tra
jecten die moesten worden hermeten, omdat ze
niet aan de nauwkeurigheidseisen voldeden,
zijn hierin niet meegerekend. Dit gemiddelde
werd berekend voor de gehele meetperiode, in
clusief tijdverlies door pech met voertuigen,
weersgesteldheid, ziekte e.d.
De gemiddelde voortgang bedroeg 2.15 km per
uur, bij een gemiddelde zijdelengte van 40 m
(max. 50 m). De gemiddelde tijd per opstelpunt,
inclusief transport tussen twee opeenvolgende
opstelpunten varieerde van 2 tot 2.5 minuut.
Deze resultaten betekenden een verhoging van
de dagproduktie met 80% en 120% in vergelij
king tot de conventionele methoden, respectie
velijk per fiets of te voet.
Kosten vergelijking
De kosten per kilometer gemotoriseerde water
passing bestaan uit lonen, sociale lasten, toesla
gen en investeringen in instrumenten en voer
tuigen. De relatief hoge loonkosten in Zweden
maken deze post erg dominant: ca. 90% van de
kosten bestaan uit loonkosten en 5 a 6% uit uit-
rustingskosten. Voor een conventioneel uitge
voerde tweede orde waterpassing moeten een
landmeter en twee assistenten worden inge
schakeld, terwijl bij de gemotoriseerde water
passing twee landmeters en twee assistenten
zijn vereist. De kosten per uur voor een gemoto
riseerde groep zijn ongeveer 40% hoger dan die
voor een standaardgroep.
De prijs per kilometer tweede orde waterpassing
is per fiets 20% hoger en te voet 30% hoger dan
de gemotoriseerde. Gemotoriseerde eerste orde
waterpassing is bijna 50% goedkoper dan de
conventionele methode.
Proefmetingen
Hoofdzakelijk om economische redenen zijn de
proefmetingen uitgevoerd binnen het raam van
het tweede orde waterpassingsprogramma.
Hierdoor is het aantal met uitsluitend gemotori
seerde waterpassingen gesloten kringen tot nu
toe relatief klein. Er is echter een aantal vereffe
ningen uitgevoerd. Hieruit bleek dat er een stan
daardafwijking van 2,2 mm/km was bereikt.
Een programma van testmetingen op een spe
ciale lange calibratiebasis, waarbij zowel per
fiets, te voet als gemotoriseerd werd gewater
past, leverde een standaardafwijking op van
minder dan 1,6 mm/km. De testmetingen
zijn tenminste tweemaal per jaar uitgevoerd ge
durende meerdere jaren. De mogelijkheid van
herhalingsmetingen bij gemotoriseerde water
passing is groot.
Voor- en nadelen van de gemotoriseerde
waterpassing
Voordelen:
kleinere atmosferische refractie door de
hogere opstelplaats van het instrument;
107