^x///a onderste verdieping werd ingericht als ruimte voor de elektrische installatie, terwijl op de bovenste verdieping het machinewerk werd opgesteld. Op elk basement werden met behulp van glijbekisting twee heftorens met een U-vormige doorsnede opgetrokken. Op de middenpijler verkregen de heftorens een dubbele U-vormige doorsnede. De heftorens werden aan de bovenzijde voorzien van een stalen overkapping en onderling verbonden dooreen loopbrug. De bouw van de heftorens De heftorens zijn volgens de glijbekistings- methode opgetrokken (fig. 16). Het principe berust hierop dat de bekisting niet losgemaakt wordt, maar dat deze langzaam omhoog wordt getrokken. Deze methode vergt een vergaande aanpassing van de bekistingsconstructie en van de organisatie van het werk. De wanden moeten gedurende de gehele bouw tijd gekoppeld blijven, daarom is er een con structie over de bekistingswand heen ge bouwd. Het omhoog bewegen van de bekisting geschiedt door vijzels, die zich optrekken langs z.g. klimstaven met een diameter van 26 mm. De klimstaven worden in sparingen gezet met een diameter van 42 mm. Op deze wijze kunnen de klimstaven teruggewonnen worden. De spa- VERSE BET ON SPECIE VERHARDE BETONSPECIE ringen worden daarna geinjecteerd met in jectiemortel. De vijzels worden vanuit een centraal punt op de bekisting bediend. De snel heid waarmee de bekisting wordt opgetrokken is afhankelijk van de snelheid waarmee de betonspecie verhardt. Het moment van optrek ken wordt bepaald door een staaf van 12 mm doorsnede in het verse beton te steken. Wanneer men deze staaf er niet meer dan 600 mm in kan drukken kan de bekisting 120 a 150 mm opgetrokken worden. De stijgsnelheid, die op deze wijze bereikt kan worden, is 3 a 4 m per etmaal. De bekistingswand is 1.25 m hoog. De wanden zijn niet precies evenwijdig gesteld want dat zou het glijden bemoeilijken of zelfs onmoge lijk maken. Van onderen staan de wanden iets verder uit elkaar dan van boven. De bekistingswand is opgebouwd uit verticale grenenhouten delen. Tegen het hout is een stalen beplating aange bracht, waardoor zo min mogelijk behoeft te worden afgewerkt. De metingen tijdens het glijden De hoogte van de toren wordt op eenvoudige wijze gecontroleerd dooreen meetlint langs de binnenzijde van de toren te spannen (fig. 17). De verticale stand van de toren wordt gecontro- Fig. 16. Het principe van een glijbekisting. Fig. 17. Het controleren van de hoogte van de toren. 233

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1978 | | pagina 15