Eindexamen 1978 HTS voor de Bouwkunde afdeling Landmeetkunde te Utrecht geleden toestemming kregen om met deze op leiding te beginnen, was de Ir. G. Hofstede- MTS de eerste die van start ging. Dat was in het cursusjaar 1976/77, toen vanuit de eerste klas weg- en waterbouwkunde voldoende belang stelling bestond om een tweede klas landmeet kunde te vormen. Daar kwamen een aantal HAVO-gediplomeerden bij, zodat een klas van 24 leerlingen kon worden gevormd. Arnhem heeft sinds 1977 een dergelijke oplei ding, Breda start het nu komende cursusjaar en in Amsterdam en Groningen is de zaak niet van de grond gekomen. De geslaagden moeten na dit theoretisch exa men nog het praktisch jaar gaan doen. Twee van hen gaan verder studeren aan de HTS te Utrecht. De overigen zullen tweemaal een half jaar stage lopen bij landmeetkundige diensten van gemeenten, provincies en het Kadaster of bij particuliere landmeetkundige diensten. De nieuwe landmeetkundigen kregen als eer sten het diploma uit handen van de directeur, de heer J. J. Knip, terwijl de voorzitter van het bestuur, ir. G. Bazuin, de dames een boeket bloemen aanbood. Geslaagd zijn, de dames: C. Bödeker, Boekeio; A. Ticheler, Enschede; R. Op den Dries, Goor, en de heren: D. Melenberg, Doetinchem; A. J. Rooks, Winterswijk; H. J. A. Weeïnk, Goor; A. C. Moviat, Hengelo; R. Bisschop, Enschede; M. J. M. Pigge, St. Isi- dorushoeve; F. B. Talsma, Borne; G. J. M. Ballast, Enschede; R. H. Boriglione, Hengelo; P. Dekker, Groenlo; R. v. Schuilenburg, Zut- phen; C. H. Lobbes, Eibergen; J. B. H. Olthof, Borne; H. J. v.d. Ven, Goor; R. H. M. ten Thije, Haaksbergen. LANDMEETKUIMDE/K.v.l. Tijd: 2V2 uur. Schaal 1 150.000 1. In het circuitnet van de figuur is richtingsme ting aangegeven door onderbroken lijnen, leng temeting door volgetrokken lijnen, terwijl ge combineerde richtings- én lengtemeting is aan gegeven door dubbele lijnen. De punten 1, 3, 5, 7 en 9 zijn gegeven RD-punten. Beantwoord de volgende vragen zakelijk, kort maar goed gemotiveerd. I. a. Zou je ten behoeve van verkenningsdoel einden de eerste fase met het 1e SV of het 2e SV laten uitvoeren? En de tweede fase? Welke keuze zou je maken voor de eigen lijke vereffening van de waarnemingen? b. Hoeveel en welke voorwaarden zijn er bij vereffening volgens het 1e SV in de eer ste fase? (Alleen de voorwaarden bij de in snijdingsconstructies van de RD-punten dienen in formulevorm te worden aange geven). II. Stel dat een strenge vereffening volgens I. niet mogelijk is en we moeten teruggrijpen op de HTW, waarbij het net opgesplitst dient te worden in afzonderlijke polygonen. a. Hoe zou je dit net opdelen? Nummer hierbij naar volgorde van bere kening de afzonderlijke polygonen vol gens T1, T2, T3 en geef de bijbeho rende verdichtingsafstanden aan volgens resp. A1, A2, A3 Maak ook verder gebruik van de conventies in de HTW. b. Vat samen hoe je de afzonderlijke polygo nen zou berekenen. Geef hierin ook een overzicht van die zaken die van belang zijn om de kwaliteit van het polygoonnet als circuitnet te kunnen beoordelen. c. Bereken voor de meest kritische poly- 269

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1978 | | pagina 19