agenda
waarvan het nog zo zeker niet is dat die kan
plaatsvinden.
Aardverkenning met behulp van satellieten is
een technisch bewonderenswaardige prestatie,
maar zij holt aan de maatschappij en de poli
tiek voorbij. Vijf jaar geleden was men nog
bijna algemeen enthousiast over de technische
mogelijkheden van de eerste Amerikaanse ver
kenningssatelliet (Landsat-1), maar nu kijken
de autoriteiten in vele landen bezorgd wanneer
de satellietontwerpers weer fijnere beelden
beloven. Helaas ontwikkelt deze ruimtetechno
logie zich bijna autonoom, vrijwel onafhanke
lijk van de mogelijke gebruikers en praktisch
zonder parlementaire controle, net zoals dat in
de jaren '50 met de kernenergie is gegaan".
Tot deze opvatting kwam prof. Hempenius
in zijn openbare les. Hempenius do
ceert sinds een paar jaar als bijzonder hoog
leraar in de teledetectie. Hij is overigens als
hoofd van de natuurkundige afdeling verbon
den aan het Internationaal Instituut voor Lucht-
kaartering en Aardkunde ITC in Enschede.
Onder teledetectie (kortweg: op afstand ver
kennen) verstaat Hempenius het inwinnen van
gegevens omtrent voorwerpen en situaties op
aarde met behulp van meetinstrumenten aan
boord van vaar-, voer-, vlieg- en vuurtuigen én
het verwerken en gebruiken van die gegevens.
Volgens Hempenius kan de techniek ook nu
weer niet tegengehouden worden. Daarom is
het des te meer nodig dat de politiek zich met
deze door de belastingbetaler bekostigde ont
wikkelingen gaat bemoeien. De techniek mag
daarbij niet alleen de factor zijn die de maat
schappij onder druk zet. Zij moet ook de nodige
hulp bieden, zodat ongewild bespied worden
voorkomen wordt. Volgens Hempenius kan de
techniek die hulp inderdaad aanreiken.
Om dat te illustreren ging hij in op een ont
werp voor een „gebruikers-vriendelijk" aard-
satellietsysteem, waarmee hij een begin heeft
gemaakt.
In dat systeem kan elk land zelf de satellieten,
die boven zijn grondgebied cirkelen, opdrach
ten geven voor het maken van opnamen. Geen
land kan opnamen laten maken boven een
ander land. De opnamen worden in strikte
geheimhouding gemaakt en direct uitgezonden
naar het grondstation dat de opdracht ver
strekte. Op die manier heeft de organisatie, die
het satellietsysteem beheert, geen directe
bemoeienis meer met de beelden die opgeno
men en uitgezonden worden. De organisatie
biedt slechts de dienstverlening aan, net als
bijvoorbeeld bij de telefoon, en streeft geen
macht na.
Volgens Hempenius kan op die manier waar
schijnlijk voorkomen worden dat het inter
nationaal aanvaarde beginsel van het open
gebruik van de ruimte in conflict komt met de
soevereiniteitsopvattingen van de nationale
staten.
De door Hempenius aangegeven algemene lijn
voor een gebruikers-vriendelijk satellietsys
teem dient nader uitgewerkt te worden. Als
voorbeeld daarvan noemde hij de mogelijkheid
om een satelliet uit te rusten met een aparte
tv-camera, waarmee een grof beeld wordt
opgenomen van bijvoorbeeld het wolkendek
boven een land. Mede aan de hand daarvan zou
het betreffende grondstation kunnen bepalen
of het op dat moment fijnere teledetectie-
beelden wenst, en zo ja van welk deel van het
land.
„Samenvattend", zo besloot Hempenius zijn
uiteenzetting, „zie ik de ontwikkeling zo: De
huidige pogingen om satelliet-teledetectie van
de grond te krijgen zijn technisch bewonde
renswaardig, maar politiek onvoldoende door
dacht".
T.m. 31 maart 1979
TH-Delft afdeling Bouwkunde en Technisch
Tentoonstellings Centrum TTC. Tentoonstelling
„Een maquette staat model". Zie bericht elders
in dit nummer.
T.m. 2 februari 1979
Rijks Geologische Dienst. Tentoonstelling
„Hoogtepunten uit de Diepte".
28 februari - 2 maart 1979
Technische Akademie Wuppertal. Seminar
„Photogrammetrie und Denkmalpflege".
15 maart 1979
Rijkscommissie voor Geodesie. Symposium
i.v.m. het 100-jarig bestaan. Zie bericht elders in
dit nummer.
23 - 27 april 1979
7th European Symposium on Urban Data Mana
gement. Congresgebouw te 's-Gravenhage.
24 - 28 september 1979
37. Photogrammetrische Woche in Stuttgart.
24, 25 en 26 oktober 1979
NGL Jubileum Congres.
GESLAAGD
Vakcursus voor technisch ambtenaar van het
Kadaster
J. Duisters; N. Kosta; J. v. Ley; M. Mesch; H. Steen
bergen; P. Tholen; H. Vugts; H. Wennink.
16