Met de opkomst van de elektronische afstand
meters is definitief een einde gekomen aan de
ontwikkeling van de optische instrumenten en
we zien dan ook geleidelijk aan de optische af
standmeters uit het produktieprogramma van
de instrumentenfabrieken verdwijnen. Slechts
een beperkt aantal van de vele typen, die in de
loop van de jaren ontwikkeld zijn, is in het bezit
van de Afdeling der Geodesie. Maar hierbij zijn
wel de belangrijkste, waaronder de instrumen
ten van Moinot en Sanguet. Ook verschillende
speciale afstandbaken zijn bewaard gebleven.
Prof. Dieperink uit Wageningen (1878-1934)
heeft zich vele jaren bezig gehouden met de ver
hoging van de afleesnauwkeurigheid van water
pasbaken. De oudere generatie onder ons her
innert zich ongetwijfeld nog de ingenieuse,
maar in de praktijk erg lastig afleesbare velden-
millimeterbaak van Dieperink. De baak heeft
diverse veranderingen ondergaan voor de defi
nitieve vorm ontstaan was. Deze ontwikkeling is
duidelijk te volgen in een hoek van de expositie
ruimte aan de hand van een aantal baken, waar
onder enige handgeschilderde, die vermoedelijk
bij het laboratoriumonderzoek gebruikt zijn.
Later heeft Dieperink zich nog bezig gehouden
met het ontwerpen van baken voor de afstand
meting. Zo zijn er ook drie afstandbaken te zien,
nl. één voor dradenafstandmeting en twee voor
dubbelbeeldmetingen.
Buitengewoon interessant is de collectie water
pasinstrumenten. Niet alleen vanwege de grote
variatie aan typen en modellen, zo is er het aller
eerste instrument voorzien van een micrometer-
hellingschroef (uitgevonden in 1840) en één van
de eerste Zeiss-instrumenten voorzien van een
centrale instellens (1909), maar ook omdat
Waterpasinstrument van C. Becker, Arnhem 1850).
Zeer ongebruikelijke vormgeving.
naast Franse, Duitse, Engelse, Amerikaanse en
Oostenrijkse instrumenten vele Nederlandse de
aandacht trekken. Nederland heeft vanaf 1800
vele goede instrumentmakers gekend. Zij
allen zijn met één of meer instrumenten ver
tegenwoordigd.
Zo kan men produkten zien van Onderdewyn-
gaart Canzius, Kleman, Wenckebach, Becker,
Becker Buddingh, Caminada, Holsboer,
Smitt en De Koning. Al deze firma's hebben
vroeger of later de produktie van landmeetkun
dige instrumenten gestopt. Men vraagt zich af
hoe het komt dat Nederland kennelijk geen
goede voedingsbodem is voor een landmeet
kundige instrumentenindustrie, terwijl er daar
entegen in Zwitserland nog steeds twee grote
bloeiende bedrijven zijn. Aan het vakmanschap
van de instrumentmakers heeft het zeker niet
gelegen, dat tonen deze instrumenten.
Naast zuiver landmeetkundige instrumenten
bezit de Afdeling der Geodesie ook andere his
torisch waardevolle objecten waaronder een
groot aantal planimeters. Zoals bekend is de
planimeter een wiskundig instrument, waarmee
oppervlakten bepaald worden. Het gebruik er
van is in onze huidige tijd door de moderne ont
wikkelingen van computers, elektronische
tekentafels, lezers, enz. geleidelijk aan tot het
verleden gaan behoren.
Bij het gebruik van de planimeter denkt men
meestal alleen aan het bepalen van oppervlak
ten op kaarten of van getekende dwarsprofielen
e.d. Minder bekend is het dat de planimeter
vroeger ook veel gebruikt werd bij het wis
kundeonderwijs. In feite is planimetreren een
mechanische vorm van integreren! Dit zal mede
de oorzaak zijn van het grote aantal soorten
planimeters dat te bewonderen valt, waarbij op
gemerkt kan worden dat praktisch elke plani
meter, die ooit uitgevonden is en geschikt was
voor landmeetkundig-kartografische doelein
den, in de verzameling aanwezig is.
De eerste in de praktijk bruikbare planimeter
werd door Wetli uitgevonden en in 1849 door
Starke uit Wenen geconstrueerd (zie foto).
De constructie was ingewikkeld en daardoor
kostbaar, bovendien was een zwak element de
bewegingsoverbrenging via een gespannen
draad. Dit model werd dan ook spoedig ver
drongen door de in 1854 uitgevonden poolplani-
meter van Amsler. Daarna is bij voortduring ge
tracht bepaalde nadelen van de poolplanimeter
op te heffen door nieuwe constructies, welke
dan veelal weer nieuwe bezwaren met zich mee
brachten. Zo ontstonden de schijf pool-, de bol-,
de wagen-, de lineaal-, de compensatie pool
planimeter en vele andere typen. Aparte ver-
8