Beide mogelijkheden hebben hun voor- en na
delen.
Het model van de werkelijkheid, dat met een
digitale benadering wordt verkregen, heeft een
grote mate van abstractie, die voor nog moeilijk
te voorziene bijverschijnselen kan zorgen bij de
verzameling, verwerking, opslag en presentatie
van de gegevens. Verder dient men te beschik
ken over dure technische hulpmiddelen om de
gegevens op een efficiënte wijze te verzamelen
en te verwerken en de informatie op een effi
ciënte manier op te slaan en ter beschikking te
stellen. Overigens geldt dat deze hulpmiddelen
in snel tempo goedkoper worden. Bovenstaan
de bezwaren kunnen vooral optreden omdat het
grootschalige kaartmateriaal in organisatorische
zin vaak kleinschalig wordt gebruikt. Een kaart,
of anders gezegd een cartografisch bestand in
analoge vorm, is een minder abstract model en
heeft verschillende voordelen in het praktische
gebruik. Het is waarschijnlijk dat de analoge
vorm daarom nog lange tijd zal worden gehan
teerd. Een nadeel van de analoge vorm is de
slijtage in presentatie en precisie van het pro-
dukt als gevolg van de bijhouding. De consis
tentie, ook in de loop van de tijd, is één van de
aantrekkelijke kanten van het digitale produkt.
Een digitale opzet en opslag kan echter heel
goed samengaan met analoge vormen van ge
bruik. Het is zelfs waarschijnlijk dat bij vele
vormen van gebruik men op praktische gronden
de voorkeur zal blijven geven aan de analoge
vorm.
Bij de beschrijving van het produkt zal de aan
dacht niet in de eerste plaats moeten worden
gericht op het eindprodukt kaart, maar veeleer
op het aan de kaart ten grondslag liggende
gegevensbestand. Een digitale opslag biedt in
beginsel de mogelijkheid van een pluriforme
analoge presentatie. De moeilijke vraag van de
eilandkaart versus raamkaart kan hiermee wor
den omzeild, evenals eventuele schaalproble
men. Opgemerkt moet worden dat in de hier ge
geven beschouwingen de keuze voor de ver
schillende lagen cartografische informatie een
Figuur 5
grove indeling geeft. Ook andere of meer diffe
rentiatie biedende keuzen zijn mogelijk. Boven
dien kunnen ook andere dan de hieronder ver
melde aspecten coördinatenstelsel, vorm en
kwaliteit bij de beschouwingen worden betrok
ken. Ten behoeve van de beeldvorming is de
keuze hier echter beperkt gebleven tot de be
langrijkste aspecten.
Het beleid met betrekking tot de voort te bren
gen cartografische produkten kan overzichtelijk
worden gepresenteerd door een matrix, zoals in
figuur 5 weergegeven, in te vullen.
5.3. Reconstructiegegevens
Voor het bestand van reconstructiegegevens
(het veldwerkarchief) kan een soortgelijke ana
lyse worden opgezet. Ook hier zal eerst de in
houd van het bestand worden bezien en daarna
zullen de aspecten coördinatenstelsel, vorm en
kwaliteit worden geanalyseerd.
Inhoud
Met betrekking tot de inhoud kan gesteld wor
den dat hier sprake is van slechts één ,,laag"
met informatie. Bedacht moet worden dat de
informatie in het huidige veldwerkarchief deels
voor de opbouw van een cartografisch gege
vensbestand wordt gebruikt. Dit kan efficiënt
zijn, maar is in de te geven analyse van het
produkt niet essentieel. Primair zal ook hier ge
keken worden naar de functie van de gegevens,
terwijl de methoden en technieken als afgeleide
beschouwd worden. Tegen deze achtergrond
gezien heeft het veldwerk voornamelijk een re
constructiefunctie.
Coördinatenstelsel
Voor de reconstructie van kadastrale grenzen in
het terrein komen vooral lokale systemen in
aanmerking. Dit lijkt merkwaardig in een tijd
waarin het gebruik van het systeem van de R.D.
als vanzelfsprekend wordt beschouwd. Bij toe
passing van de vaak zeer lokale en kleinschalige
reconstructies van kadastrale grenzen ten op
zichte van de dichtstbijzijnde harde topografie
inhoudselementen
coördinatenstelsel
vorm
kwaliteit
harde topografie
zachte topografie
kadastrale gegevens
semantische informatie
288