het eigendomsrecht uitoefent. Aan deze soort regi stratie wordt veelal positieve rechtskracht verbonden. Zij loopt parallel met het u wel bekende positieve stelsel", hetgeen inhoudt dat derden te goeder trouw worden beschermd indien zij op de publikatie afgaan. De „registration of titles" vinden wij b.v. in landen met een zogenaamd Grundbuch-systeem (Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland en verschillende Oost-Euro- pese landen) en die met een Torrensstelsel (b.v. Aus tralië, een gedeelte van Engeland en Ierland en be paalde provincies in Canada, Honduras, Jamaica, Sudan, Oeganda, Sri Lanka en Kenya). Bij deze registration of titles worden de volgende be ginselen gehanteerd: 1. Het mirror"of ,,spiegel"-beginsel, inhoudend dat het register de actuele rechtstoestand weerspie gelt; 2. Het curtain" of ,,gordijn"-beginsel, inhoudend dat geen onderzoek nodig is buiten de registers om; 3. Het insurance" of ,,verzekerings"-principe, in houdend dat degene die schade ondervindt van een onjuiste weergave in het register door de Staat of door een daarvoor gestichte verzekeringsbank schadeloos wordt gesteld. In landen waar nog een keuze moet worden gedaan tussen beide systemen van publiciteit, wordt ook al vanwege de efficiency in de administratie de voor keur gegeven aan de „registration of titles". Hierbij moet evenwel opgemerkt worden dat de „registration of titles" niet iets dwingends of onvermijdelijks is voor een verantwoorde landregistratie. Een „registration of deeds" kan ook goede vruchten afwerpen, indien men de zwakke kanten die hieraan zitten tot een mini mum terugbrengt. Vaak heeft in de ontwikkelingslan den zij het soms in bepaalde gebieden reeds één van deze principes wortel geschoten. Het meest han dige, haalbare en doeltreffende is dan natuurlijk op dit principe voort te bouwen. Ontwikkelingslanden met Engelse invloed hanteren de „registration of titles", terwijl in de landen waar direct of indirect invloed bestaat of heeft bestaan van het Franse rechtsstelsel, waaronder Suriname, de „regi stration of deeds" wordt gebezigd. Het specialiteitsprincipe houdt in dat de grondeen heid, hetzij eigendoms- of gebruikseenheid welke men hanteert voor de landregistratie, op een korte, duidelijke en eenduidige manier op een grootschalige kaart en daarna in het beschrijvend gedeelte wordt geïdentificeerd. Deze identificatie vormt het wezen van een landregistratie of kadaster. Zonder deze kan geen verantwoord functionerend en bij te houden landregistratiesysteem bestaan. De aanduiding van de grondeenheden dient verstaan baar, duidelijk en hanteerbaar te zijn voor: a. degene die het meest verbonden is met en gehecht is aan de grond, zoals de eigenaar en de gebruiker, d.w.z. de gewone burger; b. het openbaar bestuur, waarbij het bestuursgebied of een gedeelte daarvan voorop staat; c. de „technicus", d.w.z. degene die de zorg heeft om ten behoeve van plannenmakers of beleidsbe- slissers op een bepaalde overzichtelijke manier ge gevens zo snel mogelijk te verstrekken en te com- 12 bineren, nadat zij ook op een snelle, efficiënte en effectieve wijze zijn verzameld. Een dergelijke aanduiding is m.i. niet in één vorm te vangen. Daarom zal men naast elkaar gebruik dienen te maken van o.v. een zogenaamd perceelsadres (voor de burger), een aanduiding met b.v. gemeente, sectie of blok en nummer (voor het openbaar bestuur) en indien de automatisering voor de deur staat de coördinaten- of vierkanten- (grid-)aanduiding (voor de technicus). Omdat in ontwikkelingslanden, vanwege het gemis aan know-how en geld, in het algemeen de invoering van de automatisering op korte termijn niet zo voor de hand ligt, zal de coördinaten- of vierkanten- (grid-) aanduiding veelal achterwege blijven, totdat bedoelde know-how en geld aanwezig zijn. Wel dient, door de uiterste zorg te besteden aan een zo goed mogelijk geodetisch net van vaste punten, de basis te worden gelegd hetgeen ook geldt voor andere toekomstige ontwikkelingen om te zijner tijd hiertoe over te gaan. Blijft dus voorshands over voor de identificatie van de eigendoms- en gebruiks- eenheden het z.g. perceeladres en de „kadastrale" aanduiding. Hoe geschiedt nu de kadastrale aanduiding na split sing van de grondeenheden of percelen? In enkele ontwikkelingslanden bezigt men reeds het systeem, waarin de nummering is gebaseerd op basis van de af komst van het perceel, d.w.z. dat de nieuwe aandui ding het nummer van het moederperceel bevat. De tendens is echter duidelijk aanwezig en kenbaar om het systeem van de vrije nummering te gaan hante ren, d.w.z. het nieuw gevormde perceel wordt aange duid met het eerstvolgende ongebruikte perceel nummer van het desbetreffende gebied. Dit zoals in Nederland gebruikelijk. Opleiding en organisatie Het welslagen van het inrichten en bijhouden van een landregistratiesysteem hangt ook in de ontwikkelings landen af van een adequate voorlichting, opleiding en organisatie. In dit soort landen wordt hieraan relatief grote aandacht besteed. Politici op het hoogste ni veau krijgen een korte en intensieve voorlichting over de fundamentele aspecten, d.m.v. periodiek te hou den seminars. Vakdeskundigen worden, afhankelijk van het niveau waarop ze werken, opgeleid in binnen- of buitenland. Aandacht wordt besteed aan het bij houden van de ontwikkelingen verband houdend met het landregistratiesysteem. In dit verband wijs ik op het zeer vruchtbare werk, dat door het ITC te Enschede wordt verricht. Het grote publiek wordt voorgelicht met behulp van spreekbeurten en via de massamedia. Vooral in gebieden waar het gewoonte recht overheerst of waar angst bestaat voor aantas ting van het goed, is deze voorlichting zeer belang rijk. Adviseurs en andere hulpverleners uit ontwikkelde landen hebben hier een grote taak. Hun werk moet er op gericht zijn de autochtone bevolking ertoe te brengen om hun plaats in te nemen. Zij moeten zich na korte tijd misbaar kunnen maken. Eén van de aspecten van de organisatie van het land registratiesysteem is welk bestuursorgaan de verant woordelijkheid draagt. Hiervoor is geen algemeen mondiaal werkende formule te geven. De landelijke of plaatselijke omstandigheden spelen hierbij een grote GEODESIA 80

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1980 | | pagina 14