Hoger technisch niveau: Academie voor het Kadaster, Semarang. Oplei ding van 3 jaar gericht op de kadastrale dienst, sinds 1965. Akademi Teknik Nasional (Nationale Technische Academie) Bandung, een soort HTS-opleiding van 3 jaar. Gestart in 1978. Militaire opleidingen In Bandung voor officieren en in Solo voor onderoffi cieren. Verschillende cursussen met verschillende tijdsduur, gericht op de militaire behoeften. Middelbaar en lager technisch niveau: Sekolah Teknik Survey dan Pemetaan (School voor Landmeters), Bandung. Cursusduur, afhankelijk van vooropleiding en praktische ervaring, drie, zes of negen maanden. De cursussen startten begin 1975. De opleidingen zijn bedoeld om landmeters voor ter- reinwerk en voor het uitvoeren van berekeningen de nodige theoretische achtergrond bij te brengen en praktische instructie te geven. De cursussen kwamen tot stand door initiatief van de Ikatan Surveyor Indo nesia (Indonesische Vereniging van Landmeters). Naast de bestaande bedrijfsopleidingen verzorgt het Ministerie van Openbare Werken een aantal eigen op leidingen, en wil, om in de behoefte voor de komende jaren te kunnen voorzien, nieuwe opleidingen opzet ten. Informeel is Nederland gevraagd bij die opleiding hulp te verlenen, doch daartoe dient eerst van Indo nesische zijde een officieel verzoek te worden inge diend. De bestaande en op te zetten opleidingen zijn: Politeknik ITB/PU (Institut Teknologi Bandung; PU is de afkorting van Pekerjaan Umum Open bare Werken). Een driejarige cursus op ongeveer HTS-niveau. In 1978 studeerde de eerste groep van 11 personen af. De totale behoefte is voorlo pig geraamd op 120 man en men hoopt jaarlijks 20 a 25 geslaagden af te kunnen leveren. Middelbaar technisch niveau, het z.g. Brevet C. Een tweejarige cursus in Yogyakarta. Totale be hoefte voor het Ministerie van Openbare Werken 250 man, begin 1979 waren er 50 afgestudeerd. Hoger technisch niveau, z.g. Brevet B en A. Voor Brevet B een opleiding van 6 maanden, voor Bre vet A 6-8 maanden. Totale behoefte 2000 man, waarvan begin 1979 250 hun studie hadden vol tooid. Opleidingen bestaan in Yogyakarta en Ujang Pandang en moeten nog worden opgezet in Ban dung, Surabaya en Medan. Buitenlandse hulp is vooral nodig voor het opstellen van de lesprogramma's, scholing van de docenten en de levering van het benodigde landmeetkundige in strumentarium. Voor de opleiding in fotogrammetrie en kartografie wordt verwezen naar 4.1. Het zal duidelijk zijn dat de nieuw opgeleide krachten nog niet over de ervaring beschikken, nodig voor het uitvoeren van grote kaarteringsopdrachten. De leiding van de diensten moet zich daarom nog vaak bezig houden met detailzaken, waarbij de uitvoering van haar managerstaak in de knel kan komen. Een wezen lijke verandering in deze toestand kan dus eerst ver wacht worden, nadat de jongeren voldoende ervaring hebben opgedaan. 22 3.2. Apparatuur Apparatuur is in Indonesië in principe verkrijgbaar, zij het dat de invoerrechten erg hoog zijn. Het onder houd en de service vormen nog duidelijk een pro bleem. Technici van de fabrieken zijn over het alge meen niet op korte termijn beschikbaar en komen in het meest gunstige geval uit Singapore. Reserve onderdelen moeten vaak uit Europa worden betrok ken, hetgeen nogal wat tijd in beslag kan nemen, evenals de eigenlijke invoer in Indonesië. De meeste diensten hebben één of twee personeels leden laten opleiden voor het uitvoeren van het nor male onderhoudswerk. Een goede onderhoudsmon teur dient echter over een flinke portie ervaring te be schikken, voordat storingen op adequate wijze kun nen worden opgeheven. De steeds meer geavanceer de elektronische apparatuur vraagt bovendien een regelmatig bijhouden van kennis, waartoe niet altijd de mogelijkheden aanwezig zijn. Bij het uitvallen van een machine kan het daarom soms maanden duren voor de reparatie wordt uitgevoerd, hetgeen in het produktieproces grote problemen kan opleveren. 3.3. Materialen De „mapping boom", welke thans in Indonesië plaats vindt, heeft er toe geleid dat vertegenwoordigers van materialen bereid zijn wat kleine voorraden aan te leggen. De invoerrechten zijn hoog. De opslag in het tropische klimaat vraagt speciale aandacht, fotogra fische materialen zijn bijvoorbeeld bij onjuiste opslag na korte tijd onbruikbaar. Door de vaak beperkte financiële middelen en de lange levertijden komt het voor dat de materialen niet tijdig beschikbaar zijn. Door veel improvisatie tracht men dan de kaartproduktie te laten voortgaan. 4. Nederlandse technische hulp projecten De Nederlandse hulp aan Indonesië is geconcentreerd in twee projecten, t.w.: a. LTA-7a: de begeleiding van de Pusat Pendidikan Foto- grammetri dan Kartografi (PPFK) (School voor fotogrammetrische en kartografische operateurs) in Bandung. De operateursopleidingen zijn in de eerste plaats bedoeld voor de overheidsdiensten Bakosurtanal, Topografische Dienst, Kadaster en de Kaarteringsdienst van het Ministerie van Open bare Werken; het geven van advies aan Bakosurtanal, Topogra fische Dienst en het Kadaster betreffende foto grammetrische en kartografische problemen en organisatorische aspecten van kaarteringen. b. LTA-7b: de begeleiding van de Kaarteringsdienst van het Ministerie van Openbare Werken. Beide projecten startten in 1975 en zullen begin 1980 eindigen. 4.7. PPFK De verantwoordelijkheden voor het project liggen van Indonesische zijde bij Bakosurtanal en het ITB (Insti tut Teknologi Bandung) en van Nederlandse zijde bij de Directie Internationale Technische Hulp (DITH) en het ITC. De verplichtingen aan beide zijden zijn GEODESIA 80

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1980 | | pagina 24