B m
ra
E3
Y77\
E3
1e post
Fig. 3. Voor
2e
1e post
post
A
oorbeeld van mutaties in ee
1e post
2e
post
B
A
1e post
B-bis
2e
post
1e post
s
L
1e post
D
1e post
B-bis
2e
post
A
r een kavel in Sappemeer/Pekela.
voor. Bij mutaties wordt toch wel vermeld wat er pre
cies is gebeurd; voorschrift is dit echter niet.
De uitwerking van een en ander is in Sappemeer/
Pekela anders dan in Stadskanaal/Ter Apel, hetgeen
weer samenhangt met de andersoortige kavels die er
zijn uitgegeven. In het navolgende zal dit worden ge
ïllustreerd. (Zie figuur 3).
In Sappemeer/Pekela was de minuuttoestand de
„plaatse", dus de kavel woeste grond die door de
Stad aan iemand was verhuurd om te vervenen en in
cultuur te brengen (situatie 1). Zo'n plaatse was 70 of
80 m breed (langs het kanaal) en liep, min of meer
loodrecht op dat kanaal, tot het volgende kanaal
(Sappemeer) of tot aan de achtergrens van de stads-
grond (Pekela). Deze kavel werd omschreven met dis
trict stadssectie nummer. Stel, het gaat hier om
kavel 57.
Situatie 2. Er werd al gauw een huis(je) gebouwd,
waartoe de meier was verplicht via de uitgiftevoor-
waarden. Samen met het bijbehorende erf werd dit
een heem (huisperceel), aangeduid met een letter:
57-A. De rest van 57 werd een „post", hier: 57-1e
post. Posten zijn percelen, die niet als huis, tuin of erf
in gebruik zijn; in het algemeen omvatten ze bouw- en
weiland, maar ook wel wegen.
Situatie 3. De meier van 57 verkoopt het oostelijk deel
van zijn kavel aan een derde. De 1e post wordt nu ge
splitst: het westelijk deel blijft 57-1e post, het oostelijk
deel wordt 57-2e post. (In het algemeen houdt het
grootste overblijvende deel de oude benaming en
krijgt het kleinste deel een nieuwe aanduiding; voor
schrift is dat echter niet). Zou de koper van wat de 2e
post is geworden land hebben dat grenst aan die 2e
post (land dat ook onder stadsmeierrecht valt), dan
wordt toch niet overgegaan tot vereniging van de 2e
post met dat overige land. In zo'n geval zou n.l. het
verband tussen oud en nieuw dat in dit systeem
immers gevormd wordt door het oorspronkelijke ka
velnummer verloren gaan. Zaken, vergelijkbaar
met de kadastrale Staat 75 of hulpkaart, kent men
niet.
Situatie 4. Er wordt andermaal een huis gebouwd; dit
huis erf wordt dan een heem met de aanduiding:
57-B. Het restant van de 1e post houdt zijn benaming.
Situatie 5. Van 57-B wordt nu het voorste, onbe
bouwde, deel verkocht en als tuin in gebruik geno
men. De aanduiding 57-B blijft bestaan voor het huis
met de overblijvende grond, het verkochte tuintje
krijgt de aanduiding 57-B-bis.
Situatie 6. Er worden nog meer huizen gebouwd op
57-1 e post. Deze percelen worden daarvan afgesplitst
en krijgen de ,,heem"-status: 57-C en 57-D. De 1e
post blijft ook na al deze amputaties weer bestaan,
zelfs ondanks het feit dat hij uit meerdere aparte delen
bestaat. Soms wordt, doelmatigheidshalve, toch tot
splitsing overgegaan; één deel houdt dan de bena
ming 1e post, de andere twee worden 3e en 4e post.
Een dergelijke splitsing wordt ook uitgevoerd, als één
van de enclaves van de 1e post in andere handen
overgaat. Overigens zal het, bij vérgaande opsplit
sing, steeds moeilijker worden om posten en (onbe
bouwde) hemen van elkaar te onderscheiden. Dit is
echter niet zo erg, want het posten/hemen-onder-
scheid heeft geen verschil in behandeling of schatting
tot gevolg. Het is (en vooral was) een middel om agra
rische en overige percelen te kunnen onderscheiden.
In Stadskanaal/Ter Apel is het muteren iets eenvou
diger. Er is hier alleen sprake van hemen, d.w.z. de
percelen met één huis worden niet gesplitst. De ver
anderingen vinden hier plaats als er een tweede huis
op het heem wordt gebouwd, of als er een stukje van
het perceel wordt verkocht. Het moederperceel, door
gaans weer het grootste overblijvende deel, houdt de
oorspronkelijke aanduiding, het dochterperceel krijgt
dezelfde aanduiding met de toevoeging -bis. Even
tuele volgende afsplitsingen van moeder- of dochter
percelen worden aangeduid met de toevoeging -ter,
-quater en (eventueel) zo voort. Dit loopt zelden de
spuigaten uit, want de oorspronkelijke hemen zijn vrij
klein (ca. 20 x 50 m).
Nog een opmerking betreffende alle splitsingen: de
huur die voor het totale oude perceel moest worden
betaald wordt naar rato van de oppervlakte over de
nieuw ontstane percelen omgeslagen, waarbij de
totale huur van de nieuwe percelen niet meer mag
bedragen dan de huur voor het oude perceel. De huur
is immers onveranderlijk! Dit heeft in enkele dorpsuit
breidingen al geleid tot huren van enkele centen.
Hoewel het Groningse registratiesysteem veel ouder
is, sluit het toch vrij goed aan bij het kadastrale sys
teem (behalve zoals vermeld bij de buitengren
zen van het stadsgebied). Daar is in het voorgaande al
GEODESIA 80
67