publikaties RIJKSCOMMISSIE VOOR GEODESIE In de „groene" serie van de Rijkscommissie voor Geodesie zijn onlangs twee publikaties verschenen: „De Tweede Nauwkeurigheidswaterpassing van Nederland, 1926-1940", door A. Waalewijn. Het rapport (165 pagina's) doet verslag van de tweede nauwkeurigheidswaterpassing voor wat betreft haar voorgeschiedenis, het gebruikte instrumentarium, de gevolgde meetmethoden en de uitwerking van de waarnemingen (reductie, vereffening en analyse). Een uitgebreide staat van waarnemingen en uitkomsten is aan de publikatie toegevoegd. „The Centenary of the Netherlands Geodetic Commission", door N. van der Schraaf (redac teur). Het rapport (228 pagina's) bevat drie delen: Deel I geeft een verslag van de bijeenkomst op 15 maart 1979 ter herdenking van het 100-jarig bestaan van de Rijkscommissie voor Geodesie. Dit deel bevat niet alleen de toespraken van prof. ir. G. J. Bruins (president van de Commissie) en prof. dr. T. J. Kukkamaki (president of the International Association of Geodesy), maar ook de lezingen door prof. P. Melchior („Interrelationship between geodesy, geo physics and astronomy"), prof. L. Aardoom („Se lected topics in satellite geodynamics") en prof. A. Bjerhammar („Mathematical ties between different fields in geodesy and geophysics"). In deel II beschrijft de heer N. van der Schraaf (ad junct-secretaris van de Commissie) de historie van de Nederlandse Rijkscommissie voor Geodesie. De ge schiedenis wordt aan de hand van de verschillende soorten metingen, die door of onder auspiciën van de Commissie zijn verricht, behandeld. In deel III zijn een dertiental artikelen van leden en oud-leden van de Commissie opgenomen. Bepaalde wetenschappelijke aspecten van de geodesie, toepas singen door de verschillende overheidsdiensten als mede aanverwante wetenschapsgebieden komen in deze artikelen aan bod. COMPUTER-ASSISTED CARTOGRAPHY International Cartographic Association, Commission III, Computer-assisted cartography; Papers presented at the Seminar, 6-11 November 1978. ISBN 90 70310 02 3; 15 x 22,5 cm, 346 bladzijden plus drie (kaart)bijlagen in kleur. De Internationale Kartografische Vereniging (Interna tional Cartographic Association, of ICA"), bestrijkt een breed scala van werkzaamheden. Dat is, net als bij de andere internationale organisaties op ons vak gebied (FIG, ISP), over een aantal commissies en werkgroepen verdeeld. Via die organen ontplooien zich de activiteiten van de ICA. Ze zijn grotendeels een Westerse aangelegenheid. Maar ook in de ontwikkelingslanden van de z.g. „Derde Wereld" is men zich van het belang der karto- grafie bewust. De ICA ziet dan ook verbreiding van kartografische kennis in die landen mede als haar taak. In 1976 besloot zij daarom een „Kartografisch Seminar" te organiseren in zo'n land. En wel in het land dat als eerste staat uit Zwart Afrika volwaardig ICA-lid werd. Dat land is Kenya. Als onderwerp voor NGT GEODESIA 80 dat Seminar koos men „Computer-Assisted Carto graphy". Dat is het werkterrein van Commission III der ICA. Intensief overleg tussen drie „activiteits- punten" van de ICA leidde tot verwerkelijking van dat plan. Die drie punten waren: Enschede, Menlo Park (bij San Francisco) en Nairobi, de hoofdstad van Kenya. In Enschede woont prof. Ormeling, de presi dent van de ICA. In Menlo Park werkt Dean T. Edson, voorzitter van Commissie III der Vereniging. En in Nairobi zetelt Raphael Ornondi, „Director of Surveys of Kenya" en leider van het organiserend comité van het Seminar. Prof. Ormeling spreekt niet ten onrechte van een „boldriehoek van activiteiten". Een tweede (bol)driehoek van medewerking werd ge vormd door een drietal „steunpunten". Dat waren Parijs, Algiers en Stockholm. Parijs is de zetel van de Unesco. Deze steunde het plan enthousiast. Zo stelde zij de voorzitter van de ICA in staat een verkennings reis naar Kenya te maken. Ook stelde zij fondsen be schikbaar voor een simultaanvertalingsinstallatie (En- gels-Frans) gedurende het Seminar. Algiers is de zetel van de „African Association of Cartography" (AAC). De AAC steunde het Seminar moreel en maakte het onder haar leden bekend. De Zweedse regering te Stockholm ten slotte stelde fondsen be schikbaar voor het overvliegen van een complete automatische tekenuitrusting naar Kenya, met tech nici, voor demonstratiedoeleinden. „The first auto matic plotter on display in Africa", zoals prof. Orme ling niet zonder trots vaststelde. Een twaalftal kartografische deskundigen vormden een „task-force", die in november 1978 naar Nairobi vloog om daar hun kijk te geven op het gebruik en de toepassing van de computer in hun vak. Die twaalf experts kwamen uit acht verschillende landen (allen lid van de ICA), t.w. twee uit (West)-Duitsland, één uit Engeland, één uit Frankrijk, één uit Israël, één uit Polen, twee uit Spanje, drie uit de Verenigde Staten en één uit Zwitserland. Ir. van Zuylen van de Topo grafische Dienst en het ITC verzorgde, als dertiende spreker, de algemene inleiding tot het Seminar. In het geheel droegen de inleiders 26 lezingen voor. Elk daar van duurde ongeveer een half uur. Ze waren goed op elkaar afgestemd, zodat elke volgende op de voor gaande voort kon bouwen met een minimum aan „overlapping". 124 deelnemers, die de 36 kartografische instellingen afkomstig uit vijftien Engels- of Frans-sprekende Afri kaanse landen vertegenwoordigden, woonden het „Seminar" bij. Ze werden gedurende vijf dagen ver gast op gemiddeld vijf voordrachten per dag, elk van hoge kwaliteit en boordevol geconcentreerde „know how". Geen wonder dat aan het eind van het Seminar het voorstel te berde werd gebracht de gehouden voordrachten te publiceren. Men kon ze dan nog eens rustig nalezen en er later nog eens op teruggrijpen. Ir. van Zuylen zegde toe als „Editor" (redacteur) op te zullen treden. Een secretaresse van het ITC nam het typewerk op zich. Twee andere ITC-stafleden fun geerden als „co-editor" en „corrector". Het resultaat is gepubliceerd in de in hoofde dezes beschreven vorm. Ofschoon de inhoud natuurlijk in de eerste plaats be doeld is voor de deelnemers, zijn de behandelde onderwerpen van zo algemene aard, dat ze ook ande ren zullen interesseren. Dat is ook de reden waarom 199

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1980 | | pagina 29