Antwoordrede
in bedrijven in samenwerkingsverbanden moeten ope
reren. Het meest voor de hand liggend is daarbij het
gebruiken van deze kennis bij het opzetten van vast
goedsystemen in ontwikkelingslanden. Maar ook juist
in zeer hoog ontwikkelde landen, waar men reeds
over grote geavanceerde geautomatiseerde systemen
beschikt, blijft een grote vraag naar deze kennis en
ervaring bestaan.
Ik wil ook iets zeggen over het mogelijke effect van
een Stichting als deze op de kwaliteit van het onder
wijs. In het hoger onderwijs wordt veel aandacht be
steed aan fundamenteel onderzoek.
Er bestaat echter een kloof tussen de met dit onder
zoek opgebouwde kennis en die welke nodig is voor
toegepast onderzoek en ontwikkeling. Zo is de kennis
van de theoretische en technische informatica bij het
hoger onderwijs in voldoende mate aanwezig. Met de
instelling van een aparte studierichting informatica zal
deze situatie stellig nog verbeteren.
Op het gebied van toegepaste informatica is echter
veel minder kennis en ervaring bij het hoger onderwijs
aanwezig. Er is tot op heden ook weinig onderzoek op
dit gebied.
De technische vaardigheden en kennis, opgedaan in
de toegepaste onderzoekingen op het gebied van
vastgoedinformatiesystemen, welke door de Stich
ting worden nagestreefd, komen direct ten goede aan
het onderwijs. Dit is zeker het geval gezien de nauwe
betrokkenheid van het wetenschappelijk personeel
van de TH-Delft bij de uitvoerende werkzaamheden
binnen de Stichting.
Uiteindelijk zal dit moeten leiden tot beter opgeleide
ingenieurs met meer op de praktijk afgestemde kennis
en ervaring. Dit zal dan weer ten goede komen aan de
Als we de term „vastgoed" nader willen omschrijven,
dan zou ik u het volgende willen voorleggen: Vast
goed is de verzameling van alle elementen die een
vaste plaats, op, in of onder het aardoppervlak be
zitten". Bij nadere bestudering van vastgoed blijkt
dan al snel, dat deze verzameling een grote variatie
aan deelverzamelingen omvat en bovendien, dat deze
deelverzamelingen weer verspreid zijn over een groot
aantal bedrijven en instanties.
Naarmate de mens verder af komt te staan van het
maatschappijmodel van zelfvoorziening, neemt de
behoefte aan informatie toe. Rooksignalen en tam
tam zijn allang vervangen door informatiesystemen,
die aan onze tijd zijn aangepast. Nationaal gezien
moeten we rekening houden met het feit, dat op zeer
veel plaatsen en door heel veel bedrijven en instanties
gewerkt wordt aan en gewerkt wordt met „informa
tiesystemen" op het gebied van vastgoed.
NGT GEODESIA 81
participerende instanties, welke samen een belangrijk
deel van de arbeidsmarkt voor de pas afgestudeerden
vormen.
Ten slotte wil ik nog in het kort ingaan op het innova
tie-effect van de oprichting van deze Stichting. Naar
mijn mening sluit dit initiatief uitstekend aan bij het
overheidsbeleid inzake de technologische vernieu
wing in de Nederlandse samenleving, zoals dat is
vastgelegd in de Innovatie-nota van de regering.
Daarin wordt onder meer gepleit voor het uitvoeren
van contractresearch bij universiteiten en hogescho
len en het tot stand brengen van zogenaamde trans
ferpunten bij onder meer de Technische Hogescho
len, dat wil zeggen het creëren van duidelijk herken
bare ingangen van het kennispotentieel in ons land.
Welnu, het is mijn overtuiging dat de Stichting in de
toekomst deze rol zal kunnen vervullen en daarmee
een bijdrage kan leveren aan het innoverend ver
mogen van onze samenleving.
In kort bestek heb ik een aantal aspecten en mogelijke
effecten van het initiatief tot oprichting van deze
Stichting de revue laten passeren. Ik heb slechts
mogelijkheden kunnen aangeven; de verdere invulling
en daadwerkelijke realisatie is de taak voor het hier
aanwezige bestuur.
Uit het voorgaande zal u duidelijk zijn geworden, dat
ik bij een voortvarende aanpak een concrete en posi
tieve invloed verwacht van de Stichting Studiecen
trum voor Vastgoedinformatie op zowel onderwijs,
bedrijfsleven als overheid. Het is daarom dat ik niet
alleen met vertrouwen, maar ook met grote belang
stelling de resultaten van uw inspanningen tegemoet
zie.
Er is een toenemende behoefte aan informatie ten
behoeve van toekomstgericht beleid. Het zal nooit
mogelijk zijn de toekomst met alle verschijnselen
daarin echt te voorspellen, maar wèl is het mogelijk
om een verwachting uit te spreken op grond van in
formatie uit heden en verleden. Bij de beleidsvorming
is dus informatie een belangrijke bouwsteen.
T.a.v. het vastgoed moeten we constateren dat de
informatie-uitwisseling tussen de diverse in ons land
bestaande systemen tamelijk slecht is geregeld. Onze
Stichting wil zich vooral gaan bezighouden met
studies op het gebied van vastgoedinformatie. Het
plezierige van alle vastgoedinformatie is, dat deze
informatie gebonden kan worden aan de plaats, waar
e.e.a. op, in of onder het aardoppervlak voor
komt. Deze binding is op ondubbelzinnige en vrij
simpele wijze mogelijk, nl. door een coördinaten
systeem over het aardoppervlak aan te brengen.
15
door ir. drs. H. A. L. Dekker, voorzitter van het Stichtingsbestuur.