berichten
Fig. 2. HetLaantje van Van der Gaag" bij Delft. Toelichting: 1. het laantje: 2. spoorweg na de onteigening: 3. hulpspoor; 4. spoorweg naar
Schiedam. Litho door H. W. Last inDe Nederlandsche Stoompost" van 6 juni 1847.
■ffiKH"»!
wedersprekelijk bewijs kunnen leveren van de slechte
werking der wet op de onteigening, waardoor men
genoodzaakt werd door technische exceptiën de
rechtskundige exceptiën te bestrijden".
Bronvermelding:
Gedenkboek Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij
1839-1889.
Jonckers Nieboer, mr. dr. J. H., 1939. Geschiedenis der Neder
landsche Spoorwegen, 1832-1938.
Van Wijck Jurriaanse, N. J., 1975. De Hollandsche IJzeren
Spoorweg Maatschappij (I), t/m 1890.
Op de Rails, Maandblad N.V.B.S., Jubileumnummer ,,125 jaar
SPOOR", september 1964.
WERKGROEP „GESCHIEDENIS DER GEODESIE"
OPGERICHT
Het landmeten werd reeds in de oudst bekende beschavingen be
oefend; in ons land waren bijvoorbeeld al in de Romeinse tijd land
meters werkzaam. Toch is tot nu toe weinig aandacht besteed aan
de geschiedenis van de landmeetkunde en van de geodesie. Indien
dit gebeurde, dan was het meestal vanuit de kartografische hoek,
waarbij meer aandacht werd besteed aan het eindprodukt dan aan
de gebruikte methoden en instrumenten.
Ten einde de kennis over het verleden van de landmeetkunde te
bevorderen, is opgericht de werkgroep Geschiedenis der Geode
sie". De activiteiten van de werkgroep richten zich onder meer op:
a. het registreren, veilig stellen en conserveren van historische
objecten, verband houdende met de geodesie in de ruimste zin
van het woord, zoals instrumenten, boeken, veldaantekeningen,
instructies, landmeterskaarten e.d.;
b. het verzamelen en verstrekken van gegevens over de geschie
denis van het beroep;
c. het bevorderen van historisch onderzoek en het publiceren van
de resultaten daarvan;
d. het bevorderen van contacten met gelijkgestemde groepen,
werkzaam op terreinen zoals astronomie, kartografie, zeevaart
kunde en techniek.
20
De werkgroep is één van de werkgroepen van de Rijkscommissie
voor Geodesie (het overkoepelend orgaan voor wetenschappelijk
geodetisch werk in Nederland), voorzitter is ir. A. Waalewijn, hoofd
van de Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat.
Belangstellenden, die informatie wensen of contact willen op
nemen, kunnen zich wenden tot de secretaris van de werkgroep, de
heer H. C. Pouls, Rijkscommissie voor Geodesie, Thijsseweg 11,
2629 JA Delft, tel. 015-782819.
RUILVERKAVELING MERGELLAND AANGENOMEN
Op 27 november j.l. is in Cadier en Keer, Eijsden, Slenaken, Vilt en
Heer in Limburg de stemming gehouden over de ruilverkaveling
Mergelland (10.291 ha 6.921 stemgerechtigden). De ruilverkave
ling is aangenomen met 59% van de gestemde oppervlakte.
De stemmenverhouding was als volgt: Aan de stemming namen
2.925 stemgerechtigden deel. Hiervan stemden 1.060 stemgerech
tigden voor, vertegenwoordigende een oppervlakte van 5.116 ha
(59%). Tegen stemden 1.835 stemgerechtigden, vertegenwoor
digende een oppervlakte van 3.603 ha (41%). Er zijn 30 ongeldige
stemmen uitgebracht.
De uitspraak over de ruilverkaveling volgde na een voorbereiding
van 13 jaar. Een periode die mede zo lang heeft geduurd door de
grote zorgvuldigheid, die is betracht bij de afweging van de grote
natuurbeschermingsbelangen in dit gebied.
De zeer grote versnippering van de gronden vormt voor de land
bouw het grootste probleem. Er zijn zo'n negen kavels per bedrijf,
die vaak op grote afstand (gemiddeld 2 km) van de bedrijven liggen.
Een zeer groot gedeelte van de bedrijfsgebouwen ligt binnen de
bebouwde kom. Het aantal boerderijen, dat wordt verplaatst, is
echter mede gelet op het grote belang van natuur en landschap
beperkt tot 16.
Ook de ontsluiting is voor de landbouw in dit gebied een knelpunt.
Van de landbouwgronden is 60% niet via een verharde weg bereik
baar. Bovendien zijn veel wegen aangetast door water dat bij grote
regenval hierover wegstroomt. In het kader van de ruilverkaveling
wordt ruim 100 km aan wegen verbeterd. Voor meer dan 70 km
gaat het om onverharde wegen, waarvan de helft wordt verhard.
Ook voor natuur, landschap en recreatie worden maatregelen ge
troffen. Op verschillende plaatsen, in totaal 93 ha, komt nieuwe
beplanting. De bestaande natuurgebieden worden tenminste met
371 ha uitgebreid. Daarnaast wordt nog getracht, door aankoop ter
plaatse, een extra uitbreiding van natuurgebieden met 150 ha te
bereiken. Een areaal van 775 ha is aangewezen als beheersgebied.
Hier zullen geen cultuurtechnische werken worden uitgevoerd.
NGT GEODESIA 81