volgend een vervolggesprek, waarbij gedacht werd aan „concentratie van geodetisch onderzoek". Dat was ook eigenlijk de titel, waaronder wij elkaar toen ontmoetten. Toch bleek deze omschrijving bij nadere beschouwing enerzijds veel te ruim (geodetisch), anderzijds veel te nauw (vastgoed). Samen met het inmiddels uitgenodigde Planologisch Studiecentrum in de persoon van de heren Buisink en Van Est werd het toen al gauw „vastgoedinformatie". Na een aan tal tussenfasen werd het uiteindelijk de Stichting Studiecentrum voor Vastgoedinformatie. Eind 1979 en begin 1980 heeft deze omschrijving door een aantal bijeenkomsten toch steeds meer gestalte gekregen in een Beraadsgroep, die uiteindelijk be stond uit de volgende heren: Bogaerts, Bos, Buisink, Van Est, Van Kampen, Kordes, Poelstra, Segeren, Tamminga, V. d. Thillart en Voshaar. Zelf heb ik daar bij getracht enige leiding aan de besprekingen te geven. Ik denk, dat het te ver voert om uitvoerig in te gaan op al die bijeenkomsten en de ontwikkelingen die wij daarin beleefd hebben. Enkele punten zijn het noemen waard. a. Geen concurrentie Het is uitdrukkelijk de bedoeling van de initiatief nemers te trachten concurrentie én met eigen onder zoek én met onderzoek dat elders reeds met succes plaatsvindt, te vermijden. De nieuwe Stichting beoogt iets toe te voegen. Coördinatie ter zake van vastgoed systemen en vastgoedinformatie. De door ons voor gestane aanpak vereist gericht en wetenschappelijk verantwoord onderzoek, dat in multidisciplinair ver band en projectmatig dient plaats te vinden. Het gaat hierbij om maatschappij-relevant (maatschappelijk relevant) onderzoek, dat onzes inziens naast funda mentele research, bedrijfs- c.q. dienstgericht onder zoek en onderzoek ten behoeve van onderwijs, een eigen plaats kan hebben. Met name waar het de middellange en langere termijn betreft. b. Overheidsstichting - Particuliere Stichting De oorspronkelijke initiatiefnemers hadden het idee om te komen tot een Stichting met duidelijke over- heidsbinding. Ervaringen elders echter hebben ons al ras geleerd, dat een dergelijk doel een nogal tijd rovende procedure met zich mee kan brengen. Tege lijkertijd drong zich de gedachte op, dat steeds meer instanties in ons land zouden moeten worden geïnfor meerd omtrent onze plannen en bedoelingen. Hoe presenteer je iets het duidelijkst? Wel, door er simpelweg blijk van te geven, dat je er bent en dat je er zoveel vertrouwen in hebt, dat je er de nek voor durft uit te steken. Dat houdt in, dat wij ons nu reeds willen presenteren en zonder daarbij zeer concrete structuren in het hoofd te hebben zoeken naar een soepele maar tevens effectieve vorm. Mogelijk dus een Stichting, die voorlopig door private personen wordt gedragen. Deze personen zetten een stap, die de weg naar een overheidsstichting zeker niet af snijdt. c. Gedachten over de vorm Wij zijn geen avonturiers, wilde jongens die eens een ideetje hebben. Wij zoeken nog naar de vorm om op timaal, maar tevens op korte termijn actie te kunnen gaan nemen. Het lijkt erop, dat de vorm van een over- NGT GEODESIA 81 heidsstichting veel tijd vergt. Daarom een Stichting, opgericht door private personen, maar tevens met een duidelijke binding met hun achterbannen. Een Stichting, die leden bindt door inhoud te geven aan het lidmaatschap, door informatie en coördinatie en door het inspelen op hun actuele behoefte. Wij streven daarbij naar een simpele vorm van een „directeur" en een minimale staf, die beschikken over enig huishoudgeld. Een Dagelijks Bestuur, dat de aan te vatten projecten aan een eerste screening onder werpt en dat verantwoording schuldig is aan een Al gemeen Bestuur, waarin alle leden direct of indirect maar in ieder geval duidelijk herkenbaar gerepre senteerd zijn. Verdere gedachten zijn thans trou wens wat hiervoor werd gezegd is dat ook nog niet noch volledig noch ten dele uitgewerkt. Deze dag zal mede sterk van invloed zijn op de uiteindelijk te kiezen koers. De activiteiten van de Stichting zijn projectmatig. Dat houdt in, dat er slechts outillage hoeft te worden ge bruikt en/of mensen behoeven te worden ingezet als er concrete projecten en daarbij betalende participan ten zijn. De TH Delft biedt ons waarschijnlijk mogelijk heden voor deze constructie, die slechts een beperkt budget voor de Stichting vereist. d. Financiën Huishoudgeld dus, dat uit lidmaatschappen moet worden verzameld. Lidmaatschappen, waarbij wij voorlopig denken aan een bijdrage a fonds perdu. Een andere vorm zou een bijdrage zijn voor concreet onderzoek door de leden, waarbij de informatie die daaruit ontstaat voor alle leden toegankelijk wordt gemaakt. Ook een mengvorm van deze beide con structies is mogelijk. Daarnaast, projectmatig en betaald onderzoek. Nu weten wij allemaal, dat er geen extra geld is. Noch bij de overheid, noch bij het onderwijs, noch bij de bedrijven is thans veel ruimte om een geldstroom naar de Stichting te creëren. Als wij iets willen bereiken als Stichting, zullen wij een toegevoegde waarde moeten kunnen leveren. Als leden van de Beraadsgroep, als, initiatiefnemers dus, hebben wij het gevoel, dat wij dat kunnen. Zeker als wij bezien wat er in deze tijd van enorme ontwikkelingen op automatiseringsgebied ongecoördineerd gebeurt. Mij bekruipt daarbij wel eens het gevoel, dat er te weinig aan technische af stemming kan gebeuren. Niet uit onwil, maar meer op grond van andere overwegingen. Dat kunnen dan politieke of strategische overwegingen zijn, die wor den gehanteerd en die belemmerend werken op een objectieve benadering van de vastgoedinformatie vanuit een technisch standpunt. Wij denken, dat een zo neutraal mogelijk instituut hierin verbetering kan brengen door mogelijkheden te bieden voor een nuchtere, zakelijke bundeling en daarmee voor een financieel verantwoorde stichtings activiteit. Bij een activiteit als deze kun je natuurlijk reageren vanuit een gevoelsmatig bedreigde positie, dan reageer je dus voornamelijk emotioneel. Wij heb ben dit als Beraadsgroep onderkend en hebben ge zegd dat het misschien wel beter is om te reageren vanuit hetgeen je bindt, los van het emotionele, ge richt op het rationele. Dan blijven er naar ons idee genoeg bindende zaken over, bijv. op het gebied van identificatie en classificatie van vastgoed om de Stich ting te rechtvaardigen. 3

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1981 | | pagina 5