°v De enkelpuntsberekening is van belang voor de be paling van gemiddelde coördinaten van het basis station en voor goede benaderingswaarden voor de overige stations. Op het basisstation werden in twee lange perioden resp. 139 en 179 satellietpassages ge meten. De coördinaten van het basisstation vertonen een uitstekende overeenkomst, de verschillen waren namelijk: A X +1,5 meter A Y 1,3 meter AZ +2,1 meter De gemiddelde coördinaten van het basisstation werden in de translocatie- en multistationberekening als vaste coördinaten ingevoerd. De oorspronkelijke meetopzet was alle stations te berekenen met trans locatie t.o.v. het basisstation, want planning voor gedeeltelijke overlappingen tussen drie stations was onder de Afrikaanse omstandigheden moeilijk uit voerbaar. Achteraf bleek echter dat er in de eerste periode 3 stations en in de tweede periode alle 11 stations toevalligerwijs gedeeltelijke overlappingen hadden, waardoor deze stations in twee groepen ook als multistations konden worden berekend. In tabel 1 worden de gemiddelde standaardafwij kingen van drie oplossingen aangegeven, waarbij de precisies van de translocatie- en van de multistation- oplossing praktisch gelijk zijn. enkelpunt translocatie multistation basisstation overige 0* 0,4 1,6 0,4 0,4 0,5 2,0 0,6 0,5 1,2 4,4 0,4 0,3 Tabel 1. Gemiddelde standaardafwijkingen lin meters). In tabel 2 worden de definitieve resultaten gegeven in het geocentrische referentiestelsel van „Broadcast Ephemeris" (NWL 10D). In tabel 3 worden de verschillen tussen de resultaten van de drie berekeningsmethoden gegeven, waaruit weer blijkt dat er in dit geval weinig verschil is tussen translocatie en multistation oplossing. Transformatie Geocentrische coördinaten XYZ van Doppler-punten, verkregen in het geocentrische referentiesysteem, zijn in het algemeen niet geschikt voor praktische toe passingen. Daarom worden deze coördinaten ge transformeerd naar een locaal terrestrisch referentie stelsel. In principe zijn er zeven parameters (3 transla ties, 3 rotaties en een schaalfactor) nodig voor een ruimtelijke transformatie. In vele gevallen echter, vooral voor kleinere gebieden, voert men de transfor matie uit met een beperkt aantal parameters, bijv. in het meest eenvoudige geval alleen met drie transla ties. Transformatie van Doppler-punten naar een ellipsoïde blijkt over het algemeen een zwak punt te zijn omdat gegevens, zoals positie en oriëntering van de ellip soïde waarop getransformeerd wordt en betrouwbare geoïde-ondulaties, meestal ontbreken. Hierdoor dient vooral de hoogtebepaling uit Doppler-metingen met een zekere voorzichtigheid te worden gehanteerd. De transformatie XYZ (j>, A H kan met de vol gende formules worden uitgevoerd X v+ H) cos b cos A Y (v+ H) cos b sin A Z i (1 e2) e H jsin <t> of omgekeerd: tg A Y/X tg <j> (Z e2ysin <j>) (X2 Y2)z H X (cos b cos A v waarin: v en H h N (1- -e2 sin2 b)2 H hoogte boven de ellipsoïde (a, e); h hoogte boven de geoïde; N geoïde ondulatie (bijv. uit GEM10B gravitatie model). De afmetingen van de ellipsoïde worden in deze for mules door twee parameters gedefinieerd: de halve grote as (a) en de excentriciteit (e), waarbij geldt: Station Pass X 5x Y <?y Z A. Oz HV00 318 6228148,8 -150866,2 1363658,3 HV01 16 6160346,6 0,4 - 26298,9 0,5 1648422,3 0,4 HV02 19 6178781,1 0,3 -181812,6 0,5 1567893,0 0,3 HV03 20 6188864,3 0,3 -288783,5 0,4 1511507,9 0,3 HV04 20 6196361,9 0,4 - 67085,8 0,6 1507097,1 0,4 HV05 22 6200938,3 0,4 78847,7 0,5 1487550,8 0,3 HV06 19 6198143,7 0,4 -443930,7 0,5 1434614,2 0,3 HV07 18 6223272,7 0,5 -527399,1 0,8 1291851,8 0,4 HV08 29 6249621,8 0,3 -338457,1 0,4 1226860,1 0,3 HV09 23 6259439,4 0,3 -118881,3 0,5 1216825,1 0,3 HV10 19 6259646,2 0,6 76827,4 0,8 1219106,3 0,6 HV11 22 6239633,4 0,5 203198,1 0,6 1303606,7 0,3 HV12 22 6243302,0 0,5 -591292,9 0,5 1161384,2 0,3 HV13 21 6265381,6 0,4 -478781,4 0,5 1092035,1 0,3 HV14 20 6278283,7 0,3 -314651,2 0,5 1077742,3 0,3 HV15 19 6213782,4 0,4 -463308,6 0,6 1359543,1 0,3 multistation- multistation- enkelstation translocatie station A xm AYm E N <3 A xm E E N HV01 -2,2 2,1 -1,1 0,5 -0,3 -0,2 HV02 0,4 -0,4 -0,1 0,2 -0,1 0,0 HV03 2,6 1,0 2,2 0,5 0,2 0,1 HV04 0,0 0,3 -3,4 - - - HV05 1,0 0,3 1,2 - - - HV06 -0,3 -0,8 1,2 -0,9 0,5 0,2 HV07 0,0 -1,1 -1,9 -0,1 0,6 0,0 HV08 -0,8 1,1 1,7 -0,1 -0,1 -0,1 HV09 -0,3 -1,5 1,8 0,0 0,3 0,1 HV10 -3,7 0,8 -0,5 - - - HV11 -1,1 -4,4 I GO GO -0,4 0,1 0,1 HV12 -0,5 -1,6 1,9 0,0 0,1 0,0 HV13 0,3 -1,9 -0,8 -0,2 -0,1 0,0 HV14 -0,6 -1,4 -0,9 -0,4 0,0 0,0 HV15 -1,0 4,4 2,1 -0,3 -0,7 -0,1 abs. 1,0 1,5 1,6 0,3 0,3 0,1 gemid. Tabel 2. Relatieve positie t.o.v. het basisstation HVOO (multistation oplossing). Tabel 3. Verschillen in meters tussen enkelstation, translocatie en multistation oplossingen. 176 NGT GEODESIA 81

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1981 | | pagina 6