Computers vroeger en nu*)
door de dia's van het gebied buiten de ruilverkaveling
4000 ha), werd gedurende vijf dagen, vijf uren per
dag besteed aan bestudering van de infrarood dia's.
De terreinverkenning vereiste nog eens drie dagen.
Tijdens deze terreinverkenning werd de op de lichtbak
ingetekende kaart op schaal 1 5.000 gehanteerd.
Gelet werd op:
de in de binnenkernen gesignaleerde onzeker
heden en onduidelijkheden;
de vanaf de berijdbare wegen te beoordelen land
schapselementen, waarbij hier en daar een ge
deelte lopend werd bekeken.
Globaal geschat zit hier, vergeleken met een conven
tionele terreininventarisatie, een te verwaarlozen tijd
winst in. Indien het voor de uitvoerende een vol
komen onbekend gebied zou zijn, dan is de tijdwinst
groter, omdat het bestuderen van de dia's in hoge
mate oriënterend werkt. Tevens wordt vrijwel niets
over het hoofd gezien. Tijdwinst zou tevens kunnen
worden gemaakt achter de lichtbak. Het uitzoeken en
uitleggen van de dia's is tijdrovend. Een scanner
systeem en/of een manier om de dia's in doorlopende
stroken onder de stereoscoop door te voeren zou
zeker tijdwinst opleveren. Al naar gelang de eisen die
aan de inventarisatie worden gesteld, zouden klein
schaliger foto's kunnen worden gebruikt. Schaal
1 10.000 is goed hanteerbaar.
5. De opnametechniek en het tijdstip van op
name
Het is duidelijk, dat landschapsopnamen voor een
toepassing in landschapsinventarisaties, functies
moeten vervullen t.a.v. een groot aantal uiteenlo
pende interpretatiemogelijkheden
Alvorens te beginnen met het eigenlijke onderwerp, is
het wellicht zinvol het begrip computer (rekenauto
maat is het Nederlandse equivalent) nader te definië
ren. Een computer kan worden beschreven als een
machine die informatie accepteert, deze informatie
bewerkt, resultaten verstrekt in de vorm van nieuwe
informatie en informatie opslaat.
Medio 1980 werden voor de Dienst van het Kadaster en de
Openbare Registers een dertiental medewerkers opgeleid tot
instructeur informatica. In het kader van deze opleiding werd
hun opgedragen een spreekbeurt te verzorgen over een onder
werp dat betrekking had op het vakgebied informatica. Omdat
de door hen verzamelde informatie op schrift staat en beschik
baar werd gesteld voor plaatsing in het tijdschrift kan de lezer
een serie artikelen tegemoet zien die vrijwel het gehele infor-
maticagebied bestrijkt.
Zo hebben we inzicht nodig in hoogtedichtheid en
soort van beplanting. Deze kenmerken zijn beter
af te leiden uit oblique opnamen.
Inzicht in de bodembedekking, aard van de grond,
beplanting op aarden wal of op het maaiveld. Hier
voor zijn voorjaarsopnamen beter bruikbaar.
Bodemreliëf tekent zich het beste af als de grond
nat is; dus opname in de winter.
In de tijd dat er wordt geploegd (maart-april), zijn
er interessante details te ontdekken t.a.v. ge
dempte sloten, oude kavelgrenzen, grondsoort en
overgangen tussen verschillende grondsoorten.
Daar de kosten van het infrarood vliegen relatief
hoog zijn, lijkt de tijd dat voor één object meerdere
malen per jaar kan worden gevlogen nog niet nabij.
6. Samenvatting
De opzet van het gebruik van infrarood foto's voor de
landschapsinventarisatie van het ruilverkavelingsge-
bied Ruinen was: in relatief korte tijd een zo volledig
mogelijk beeld van de landschappelijke aspecten te
verkrijgen. Hieronder vallen: de structuur en de hier
aan gebonden structuurbepalende elementen als we
gen, waterlopen, beplanting, kavelindeling, nederzet
tingen en grondgebruik. Er is geen gebruik gemaakt
van rekenkundige en/of optische hulpmiddelen voor
de interpretatie. Het terreinbezoek kan niet worden
gemist; tijdwinst is te verwaarlozen. Het aanpassen
van de filmsoort, de opnameschaal, het gebruik van
scanningsmethoden en vliegen als het blad nog (niet
meer) volledig aan de bomen zit, zou enerzijds tijds
besparing betekenen en anderzijds meer informatie
voor de landschapsinventarisatie van een buitenge
bied opleveren.
Laten we nu eens gaan kijken hoe door de geschiede
nis heen de mens gebruik heeft gemaakt van hulp
middelen, die uiteindelijk hebben geresulteerd in „de
computer"zoals we die nu kennen.
Kinderen op de kleuterschool maken bij het tellen
vaak gebruik van hun vingers. Dit moeten de eerste
mensen duizenden jaren geleden ook hebben gedaan.
Ook zij zullen met behulp van hun vingers hebben
geteld; laten we het gemakshalve de vingercom
puter" noemen. Hoogstwaarschijnlijk hebben we aan
de „vingercomputer" het decimale- of tientallige stel
sel te danken. Elke vinger stelde één geteld voorwerp
voor. Omdat men echter maar tien vingers had, was
de capaciteit van de vingercomputer erg klein. Een
oplossing voor dit probleem was, als men hoger dan
tien moest tellen, dat er handen werden geleend van
anderen.
door J. F. M. Schreurs, medewerker van de Dienst van het Kadaster en de
Openbare Registers in de provincie Limburg.
230
NGT GEODESIA 81