verslagen Presentjes voor het Snellius-bestuur. Eén van de eersteboeken" voor profLigterink. van der Marei, Jacques Smeets en Paul Koren, heeft daar dan ook anderhalf jaar haar energie aan gespendeerd, waarvoor van deze plaats nog de gemeende complimenten. Na het voorstellen van 2 leden van de Lustrumcommissie (de rest was afwezig wegens de vele werkzaamheden voor de TH-praktijk- middag) ging de voorzitter over tot het openen van de tentoonstel ling. In de hal van het gebouw was in het weekend vóór het lustrum een grote tentoonstelling opgesteld met het doel een drietal onder werpen, van belang voor Snellius en de Afdeling, naar voren te brengen. 1e Snellius, samengesteld door het Sneiliusbestuur en onderverdeeld in a. een fotocollage uit vroeger tijden en b. een poging weer te geven wat Snellius vandaag de dag betekent; 2e Onderwijs, verzorgd door een viertal studenten (Tjeu Lemmens, Hans van der Marei, René Steenhoek en Ad van der Ven), waarin een overzicht over de verschillende vakken die op de Afdeling der Geodesie worden gedoceerd; 3e Onderzoek, bij elkaar gebracht door diverse personeelsleden met het oogmerk de diverse onder zoeksactiviteiten wat door te lichten. René van Noord, voorzitter van de Lustrumcommissie, stelde daar na een lustrumactiviteit aan de orde die al maanden eerder een aan vang had genomen: de fotowedstrijd. De heer H. C. van der Hoek gaf als lid van de jury een verklaring over het resultaat van hun werk. De uitslag van de wedstrijd heeft ieder kunnen lezen in NGT Geodesia van januari 1981 Na nog enige huishoudelijke mededelingen was de Buitengewone Ledenvergadering en de eerste halve lustrumdag achter de rug. De commissie TH-Praktijk had in een co-produktie met de Lustrum commissie voor de maandagmiddag een groots opgezette TH- Praktijkmiddag georganiseerd. Uit het gehele land waren bedrijven en instellingen uitgenodigd, die een stand inrichtten waarbij aan belangstellenden alle informatie werd verstrekt. Dagenlang was men in de weer de grote practicumzaal om te toveren tot een soort jaarbeurshal, waarin sommige bedrijven, de donderdag voor het lustrum, met hun apparatuur al in de weer waren. Dat de belang stelling vanuit de praktijk groot was, bleek wel uit het feit dat, na het vaststellen van een lijst met deelnemers door de organisatoren, een week voor het lustrum nog diverse bedrijven telefonisch con tact zochten om alsnog een plaatsje in dit gebeuren te mogen innemen. Op zo'n dag blijkt zelfs de gróte practicumzaal zeer klein. Maandagmiddag bleek het werk van de commissieleden niet te vergeefs. De zaal was ingericht met een 20-tal stands waarin de volgende bedrijven en instellingen een afvaardiging hadden: Topo grafische Dienst, ITC, Landmeetkundige Dienst Rotterdam, PPD Overijssel, Rijksdienst voor IJsselmeerpolders, Meetkundige Dienst RWS, PW Noord-Brabant, NAM/Shell, KLM Aerocarto, HTS Utrecht, Kadaster, Grondbedrijf Amsterdam, Intersite Surveys, VERSLAG ACHTSTE SNELLIUS LUSTRUM Na zo'n anderhalfjaar van meer of minder intensieve voorbereiding was het dan eindelijk zover. Op maandag 24 november 1980 zette Snellius de deuren van de Afdeling der Geodesie voor de eerste maal die week open. De achtste lustrumviering kon een aanvang nemen. Maandag 24 november Volgens de al 0,4-eeuwenoude traditie was de Buitengewone Ledenvergadering het instrument om de lustrumweek in te luiden. Collegezaal A, opgesierd met diverse prachtige bloemstukken, zat op deze maandagmorgen zo rond 10.30 uur redelijk vol met belang stellenden. Hiddo Velsink, voorzitter van Snellius, opende de ver gadering door de hele zaal in het donker te hullen. Hierna werd een nieuwe Snelliusvlag, die het oude verschoten en versleten exem plaar moest gaan vervangen, in het licht gezet. In zijn openingsrede richtte de voorzitter de schijnwerper o.a. op contacten met buiten landse geodeten tijdens symposia en de daarbij te gebruiken com municatie taal). De meest gebruikelijke taal is het Engels. Tot de andere veel voorkomende talen, ook in de vakliteratuur, behoren Duits en Russisch. Onze Snelliusvoorzitter, een fervent esperan tist", zag in deze taal meerdere mogelijkheden. Esperanto is een gemakkelijke en logisch opgebouwde taal. Na zijn inleidende praat je gaf Hiddo het woord aan prof. dr. ir. G. H. Ligterink, decaan van de Afdeling. De heer Ligterink begon met een terugblik op de situatie van vijfjaar geleden, omstreeks het 7e lustrum. Daarbij kwamen ondermeer de diverse bezigheden van de studenten aan de orde. Vervolgens sprak hij over de eindstudiefase van de geodetisch ingenieur, waar in tegenwoordig de zelfwerkzaamheid van de studenten een steeds grotere rol gaat spelen. De belangstelling van de Afdeling voor Snellius en de vele activiteiten die zij ontplooit blijft nog altijd aan wezig, aldus de heer Ligterink. Na nogmaals de gelukwensen aan het Landmeetkundig Gezelschap te hebben overgebracht was het volgende agendapunt aan de orde, de benoeming van twee ereleden: de heren A. Bruining en D. Gast. De gelukkige ereleden met hun echtgenotes. Snellius' voorzitter somde een serie redenen op waarom juist hen deze eer ten deel viel. Hun grote belangeloze inzet voor de studen ten tijdens en rond de studie was wel het kernpunt. Vooral tijdens het zomerkamp krijgen alle studenten het meest met deze twee NWP-ers (Gast: „Niet Wetenschappelijke Professors") te maken. Na het overhandigen van de bijbehorende oorkondes en een woord van waardering voor de echtgenotes, waren achtereenvolgens (alfabetisch) de heren Bruining en Gast in de gelegenheid een woordje tot de vergadering te richten. Een leuke verrassing hadden zij als aandenken voor de Snelliusbestuursleden: voor ieder een kleinschalige jalon (met inscriptie), waarop een wereldbol balan ceerde. Vervolgens was de Lustrumboekcommissie aan de beurt voor hun onderdeel: de presentatie van het nieuwe lustrumboek 1975-'80. Evert Roels, voorzitter, leidde de ceremonie in, die werd gestart met het aan touwtjes omlaagsuizen van een zestal lustrumboeken. Na dat de diverse haastig graaiende handen getracht hadden een exemplaar te bemachtigen (menig hooggeleerde heer liet zich hier niet onbetuigd), bleek dat het slechts de buitenkant r)vas van de originele hemelsblauwe omslag. De binnenpagina's waren nog maagdelijk blank. Het eerste echte exemplaar werd uitgereikt aan prof. Ligterink, in zijn functie als decaan. Het geheel is een prachtig boekwerk geworden met als titel „Geodesie is... en nog véél meer". De lustrumboekcommissie, bestaande uit Evert Roels, Hans NGT GEODESIA 81 237

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1981 | | pagina 23