een ingenieur van het Kadaster en een plaatsver
vanger aan om de LC bij te staan. De Minister van
Landbouw stelt een instructie op. De LC is te zien als
opvolger van zowel de voorbereidingscommissie als
de plaatselijke commissie.
Structuurschema voor de landinrichting
Een nieuw gegeven voor de toekomstige landinrich
tingsactiviteiten is het Structuurschema Landinrich
ting. Dit structuurschema is met de gelijktijdig ont
worpen structuurschema's voor natuur- en landschap
en voor de openluchtrecreatie een input voor de
streekplannen. Nadat de structuurschema's de proce
dure voor de planologische kernbeslissingen hebben
doorlopen, vormen ze een bestuurlijke binding, waar
mee Provinciale Staten bij het vaststellen van een
streekplan rekening zullen houden.
Het Structuurschema Landinrichting fungeert niet al
leen als input voor streekplannen, maar is tevens de
lange termijn-planning (1985-1995-2005) van de rege
ring voor de inrichting van het niet-stedelijke gebied.
Welke gebieden voor herinrichting en ruilverkaveling
in aanmerking kunnen komen is indicatief aange
geven. In totaal 1.200.000 ha, die zijn opgebouwd uit
ongeveer 500.000 ha, waarvoor herinrichting is ge
wenst op grond van de problematiek die land- en tuin
bouw ondervinden, 400.000 ha uit het oogpunt van
natuur en landschap en dan nog 300.000 ha waarin
een bijdrage kan worden geleverd aan het verstede-
lijkingsbeleid. De belangrijkste inrichtingsfactoren zul
len blijven: ontsluiting, waterbeheersing, verkaveling
en landschapsbouw. Daarbuiten is geen landinrich
ting voorzien behoudens een jaarlijks accres van 2000
ha. Om budgettaire reden zal jaarlijks niet meer dan
40.000 ha in uitvoering komen.
Door dit indicatieve en limitatieve karakter zal het
Structuurschema Landinrichting een dominante fac
tor zijn bij de gebiedskeuze voor herinrichting en ruil
verkaveling.
Alvorens een landinrichtingsproject in voorbereiding
kan komen, moet duidelijk zijn, dat de investeringen
in nationaal-economisch opzicht een acceptabel ren
dement opleveren. De middellange termijnplanning
voor de voorbereiding van alle projecten is te vinden
in het voorbereidingsschema.
Voorbereidingsschema landinrichting
De jaarlijkse vaststelling van het voorbereidingssche
ma die nu in de wet is opgenomen, komt overeen met
de huidige in de praktijk gegroeide werkwijze, doch is
aangepast aan de bredere doelstelling en binding met
de ruimtelijke ordening. Gedeputeerde Staten funge
ren als sluis, want zonder hun medewerking kan geen
inrichting worden voorbereid. Verder is instemming
nodig van de Minister van CRM en wordt de Rijks
Planologische Commissie gehoord. Het voorberei
dingsschema geeft aan voor welke gebieden herin
richting of ruilverkaveling wordt voorbereid. De voor
bereiding van een aanpassingsinrichting of een ruil
verkavelingsovereenkomst staat los van dit schema.
Uit het schema blijkt niet of een landinrichtingsproject
in de vorm van herinrichting of ruilverkaveling wordt
uitgevoerd. Deze keuze wordt voorbereid door de LC.
Deze wordt met de deskundigen, zoals eerder ge
zegd, benoemd zodra een landinrichtingsproject voor
de eerste keer op het voorbereidingsschema is ge
plaatst.
Herinrichting of ruilverkaveling
Zowel in de Landinrichtingswet als in het Structuur
schema Landinrichting wordt de keuze voor herinrich
ting of ruilverkaveling afhankelijk gemaakt van de
functies van het in te richten gebied.
Volgens de wet zal herinrichting mogelijk zijn in gebie
den, die ruimtelijk naast een agrarische functie ook in
belangrijke mate een niet-agrarische functie vervullen
of moeten vervullen. En ruilverkaveling in gebieden,
die ruimtelijk een overwegend agrarische, doch niet in
belangrijke mate een niet-agrarische functie vervullen.
Volgens het Structuurschema zijn de indicaties:
gebieden met hoofdzakelijk landbouw: als regel
ruilverkaveling; voor kleinere delen, afhankelijk
van het provinciaal ruimtelijk beleid, herinrichting;
gebieden met afwisselend landbouw, natuur en
andere vormen van grondgebruik in grotere, resp.
kleinere ruimtelijke eenheden, afhankelijk van het
provinciaal ruimtelijk beleid: ruilverkaveling of her
inrichting, de laatste als regel in de grote waarde
volle landschappen;
gebieden met hoofdzakelijk natuur: als regel herin
richting; voor kleinere delen, afhankelijk van het
provinciaal ruimtelijk beleid, ruilverkaveling;
gebieden onder stedelijke invloedssfeer: als regel
herinrichting, met voor kleinere delen afhankelijk
van de planologische uitvoering, ruilverkaveling.
Per project zal de keuze sterk worden bepaald door
het streekplan en het bestemmingsplan. Andere fac
toren, die een rol kunnen spelen bij de afweging zijn:
de aard van de besluitvorming: stemming of over
heidsbesluit;
de omvang van de korting en de onteigening;
de te verwachten proceduretijd, en
het integrale rendement en de sectorale rende
menten.
Daarnaast ligt het voor de hand, dat bij een daling van
de beschikbare middelen, in de CLC de belangstelling
voor eenvoudige herverkaveling zal toenemen en zijn
weerslag in het voorbereidingsschema zal hebben.
Het is de vraag of voor dit type inrichting de proce
dure, ondanks zijn kneedbaarheid, niet te tijdrovend
zal zijn. De invloed van de provincie op de planning en
op het type landinrichting is dominant. Zonder in
stemming van GS komt geen project op het voorbe
reidingsschema en zonder positieve beslissing van PS
geen herinrichting of stemming over ruilverkaveling.
De beslissing over de te kiezen vorm van landinrich
ting wordt voorbereid door de LC. Derhalve ontstaat
een nieuw interessant veld waarin de landmeter-
deskundige de LC kan bijstaan. Het werkstuk waarin
de keuze wordt verantwoord, is het landinrichtings
programma voor het betreffende gebied.
Landinrichtingsprogramma
De voorbereiding die onder de Ruilverkavelingswet
1954 uitmondt in een stemmingsrapport, valt voor de
twee hoofdvormen van landinrichting uiteen in een
landinrichtingsprogramma en een landinrichtingsplan.
Het programma heeft een met het stemmingsrapport
vergelijkbare opbouw, die waarschijnlijk globaler van
aard zal zijn. Nieuwe onderdelen erin zijn:
de mogelijke opsplitsing van het in te richten ge
bied in blokken;
de gemotiveerde keuze voor ruilverkaveling of her
inrichting. Bij herinrichting te onderscheiden in
262
NGT GEODESIA 81