inrichting mét of inrichting zónder herverkaveling.
Anders gezegd met of zonder een plan van toe
deling;
de te verwachten gevolgen voor de economische
toestand. Voor die evaluatie zal de HELP-metho-
de*) of een variant worden gebruikt;
de te verwachten gevolgen voor water, bodem en
lucht, wellicht te combineren met de HELP-
methode.
Een en ander moet mede worden onderbouwd met
gegevens die in een vastgoedsysteem zijn opgeno
men.
Nieuw is ook het opnemen van alternatieve voorzie
ningen, geplaatst in de visie op de ruimtelijke ontwik
keling. Daarmee is een relatie te leggen naar de door
Provinciale Staten uit te voeren toetsing aan het ruim
telijke beleid bij de vaststelling van het programma.
De zogenaamde „artikel 13-kavels" gaan verdwijnen;
ze gaan op in de algemene korting bij ruilverkaveling.
Daartegenover staat bij de herinrichtingsvorm de ont
eigening als een nieuwe wijze van grondverwerving.
De kortingspercentages worden alle gelimiteerd, maar
de korting kan voor meer doeleinden dan voor uit
bouw van het stelsel van wegen en waterlopen en het
landschapsplan worden benut.
Het toegestane kortingspercentage is in het ontwerp
van wet, evenals in de ruilverkavelingswet, gekoppeld
aan de waarde van de eerste schatting. Die waarde is
echter bij de voorbereiding niet bekend. Het is daarom
praktischer deze korting te relateren aan de opper
vlakte van het gebied, dan wel aan de in het gebied
gelegen blokken. De artikelen 127 en 128, uit het ont
werp, zijn daaraan eenvoudig aan te passen. Bij kop
peling aan de grootte worden eventuele formele be
zwaren voorkomen tegen het feit dat de korting niet
kan worden berekend, omdat het proces-verbaal van
eerste schatting nog niet is vastgesteld.
Besluit tot herinrichting of ruilverkaveling
Provinciale Staten zijn aangewezen om het ontwor
pen landinrichtingsprogramma vast te stellen. Met die
vaststelling valt tevens de beslissing of het project
volgens de herinrichtings- of volgens de ruilverkave
lingsprocedure zal worden uitgevoerd. De belangrijk
ste verschillen tussen beide vormen zijn de besluit
vorming over de uitvoering en de grondverwerving.
Vaststelling van het programma door Provinciale Sta
ten gaat vergezeld van het besluit tot herinrichting of
van het besluit de rechthebbenden over de uitvoering
van een ruilverkaveling bij stemming te laten beslis
sen.
De stemmingsprocedure voor de ruilverkaveling komt
overeen met de huidige. Het landinrichtingsprogram
ma neemt daarbij de plaats in van het stemmings
rapport. Om de rechthebbenden beter in staat te stel
len het programma, waarop wordt gestemd, te kun
nen beoordelen, kan, vooruitlopend op de stemming,
het landinrichtingsplan als afgeleide van het landin
richtingsprogramma worden ontwikkeld en ter kennis
van de rechthebbenden worden gebracht.
Vergeleken met de behoedzaamheid waarmee de
stemming en informatieverstrekking van ruilverkave
lingsprojecten zijn omringd, komt de beslissing over
Zie het rapport van de Commissie Herziening Evaluatie Land
inrichtingsprojecten.
NGT GEODESIA 81
herinrichting door Provinciale Staten erg kil over. Dat
wordt nog versterkt door het achterwege laten van
persoonlijke kennisgevingen over het besluit tot her
inrichting.
De inspraak over het voorontwerp, de bezwarenbe-
handeling van het ontwerp landinrichtingsprogramma
door GS en de vaststelling door Provinciale Staten,
dienen dan ook met grote zorgvuldigheid plaats te
vinden.
Blijkens het voorlopige verslag is voor een herinrich
ting zonder stemming nog niet alle kou uit de lucht.
Een open vraag is, in hoeverre bij de bezwarenbehan-
deling tegen het programma al rekening kan worden
gehouden met individuele belangen. M.a.w. of de
detaillering van het programma uitsluitend wordt be
paald door het algemene belang of mede door be
langen op bedrijfsniveau.
Het landinrichtingsplan
Het landinrichtingsplan is de concretisering van het
landinrichtingsprogramma binnen het kader van de
ruimtelijke ordening. Om dat proces zo soepel moge
lijk te laten verlopen is een kneedbare procedure ont
wikkeld. Het plan kan per blok of gedeelte worden
voorbereid, terwijl de daarin te treffen maatregelen
naar sectoren of type werk zijn uit te splitsen.
Bovendien kan de LC besluiten de handelingen, om
tot de vaststelling van respectievelijk programma en
plan te komen, in tijd te laten samenvallen. De toege
laten splitsing van de voorbereiding in blokken en het
laten samenlopen van het ontwikkelen van program
ma en plan, bieden mogelijkheden om de voorberei
ding goed te managen.
Het plan bevat t.o.v. het stemmingsrapport van de
Ruilverkavelingswet 1954 de volgende nieuwigheden:
de begrenzing van de beheersgebieden en reser
vaten;
de voornemens inzake de regeling van eigendom,
beheer en onderhoud van wegen, waterlopen en
kunstwerken;
de voornemens inzake de toewijzing van eigen
dom van:
a. natuurgebieden,
b. landschappelijke, recreatieve, cultuurhistori
sche en natuurlijke elementen,
c. onroerende goederen, waarop werken van
openbaar nut zullen worden uitgevoerd;
de blokken van het in te richten gebied;
de opsomming van de voorzieningen die onteige
ning vorderen;
de opsomming van de voorzieningen, waarvoor
moet worden gekort:
a. bij herinrichting met herverkaveling is dat naast
de onteigening maximaal 3% van de waarde
t.b.v. de uitbreiding en verbetering van het
stelsel van wegen en waterlopen,
b. bij ruilverkaveling maximaal 5% t.b.v. alle voor
zieningen gezamenlijk.
Deze voorzieningen dienen alle te sporen met de ruim
telijke functies om de publieke toewijzing te recht
vaardigen.
GS zijn aangewezen om het landinrichtingsplan vast
te stellen.
Uitvoering werken
Na de vaststelling van het landinrichtingsplan kan de
uitvoering starten. GS kunnen bij conflict óver de
263