2. de landmeetkundige en kartografische informatie
voorziening (LKI);
3. het vastgoed- en planontwerpsysteem voor de
landinrichting;
4. informatie o.a. ten behoeve van beleid, planning,
financiën.
Nu Binnenlandse Zaken akkoord is gegaan met het
automatiseringsplan, kunnen de vervolgplannen, pro
jectplannen en automatiseringsmiddelenplannen wor
den ingediend.
Het AKR-project heeft betrekking op de vastlegging
van gegevens betreffende de zakelijke rechtstoestand
en de feitelijke gesteldheid van onroerend goed. Het is
daardoor een belangrijk hulpmiddel voor een aantal
overheidsactiviteiten, als belastingheffing, ruilverka
veling, landinrichting, volkshuisvesting, stads- en
dorpsvernieuwing en ruimtelijk beheer.
Het LKI-project is gericht op de vastlegging van de
ligging van topografische gegevens en van kadastrale
percelen. Het kan in een geautomatiseerde omgeving
eveneens uitgangspunt zijn voor verschillende over
heidsactiviteiten, als het ontwerpen van bestemmings-
en uitbreidingsplannen, registratie van leidingen, ci
vieltechnische werken, landinrichting en ruimtelijk
beheer.
Intern kadastraal bestaan duidelijke relaties tussen de
diverse projecten in die zin, dat er onderlinge uitwis
selbaarheid van gegevens is (of wordt nagestreefd),
ten einde eenmaal geregistreerde gegevens in het ene
project dienstbaar te maken aan andere projecten.
Stichting Studiecentrum voor Vastgoedinformatie
In de hedendaagse maatschappij is een groeiende be
langstelling te constateren voor vastgoedinformatie.
Die informatie heeft met name betrekking op de lig
ging, het gebruik, de hoedanigheden, de rechtstoe
stand en de waarde.
Zeker op economische gronden is op het gebied van
de vastgoedinformatievoorziening een gecoördineer
de aanpak nodig. Ook de voortschrijdende automati
sering noopt hiertoe. Gericht en wetenschappelijk
verantwoord onderzoek moet van groot belang wor
den geacht.
Het Kadaster-vastgoedbestand neemt onder de vele
andere bestanden een belangrijke plaats in. Het be
strijkt het gehele land en kan bogen op een jarenlange
traditie. Om deze reden is het voor de Dienst aan
trekkelijk, zich met andere op dit terrein geïnteres
seerde instanties in een breed verband aan dergelijk
onderzoek te wijden.
Op gezamenlijk initiatief van de Technische Hoge
school Delft en de Dienst van het Kadaster en de
Openbare Registers heeft dit in 1980 geleid tot het op
stellen van een plan voor institutionalisering van
maatschappelijk relevant onderzoek op het gebied
van de vastgoedinformatievoorziening.
Met medewerking van diverse ministeries, instituten
en particuliere ondernemingen is gekozen voor de
vorm van een stichting, die ten doel heeft:
de bevordering van studie en wetenschappelijk
onderzoek, dat verband houdt met vastgoedinfor
matie en de bevordering van de coördinatie van
deze studie en onderzoekingen;
de overdracht van kennis en ervaring op het ge
bied van vastgoedinformatie.
Zij tracht haar doel onder andere te bereiken door:
het instellen van projectgroepen ter bestudering
416
van vastgoedinformatieproblemen;
het (doen) verrichten van studies en wetenschap
pelijke onderzoekingen;
het doen verschijnen van publikaties;
het houden van studiedagen, symposia en con
gressen.
Slotopmerkingen
De relaties, die intern departementaal (intradeparte-
mentaal dus) een rol spelen of kunnen spelen, zijn nog
onvoldoende geanalyseerd. Hoewel bepaalde gege
vens (bijv. omtrent subsidies) op verzoek van het
Ministerie door de Dienst worden bijgehouden, stellen
diverse Diensten van het Ministerie en ook de Dienst
van het Kadaster en de Openbare Registers zelf zich
voor, dat hier nog een breed terrein braak ligt.
In die gedachtengang zou de Dienst, naast de klas
sieke dienstverlening en informatieverstrekking ten
behoeve van het rechtsverkeer in onroerend goed in
de breedste zin, ook een belangrijke bijdrage kunnen
leveren tot nieuwe informatiesystemen ten behoeve
van bepaalde beleidsaspecten. Te denken valt hierbij
vooral aan de registratie van nieuwe elementen, die
aan perceel of perceelsadres kunnen worden ge
hangen, en die in de vorm van ingedikte informatie
belangrijke bestuurlijke hulpmiddelen kunnen ver
schaffen.
Een intradepartementale werkgroep, de z.g. KIV,
bestudeert thans in hoeverre het wenselijk en mogelijk
is tegemoet te komen aan behoeften en wensen, die
bij de diverse diensten leven met betrekking tot aan
passing/uitbreiding en/of operationalisering van het
kadastrale vastgoedinformatiebestand.
Extern heeft de Dienst thans overlegrelaties met ge
meenten, waterschappen, met de Dienst der Domei
nen, de Rijksbelastingdienst, het Centraal Bureau
voor de Statistiek, de Monumentenraad, de voor
lopige Centrale Kaarteringsraad en met de Koninklijke
Notariële Broederschap.
Deze relaties hebben vaak meerdere doeleinden: het
verstrekken, ontvangen of uitwisselen van gegevens,
het afstemmen op elkaar van systemen of bestanden.
Ten slotte enkele woorden over de sociaal-organisato
rische aspecten van de geschetste situatie.
Ik denk, dat een Dienst als het Kadaster en de Open
bare Registers niet kan en wil ontkomen aan de ge
schetste ontwikkeling, die in volle gang is. Het is dan
wel van groot belang, dat een en ander woTdt be
stuurd als een sociaal proces; als een proces, waarbij
mensen intensief betrokken zijn. Dit dient o.a. te
betekenen, dat de gevolgen voor werkmethoden,
functies en rangen duidelijk zichtbaar worden ge
maakt, dat aan voorlichting, instructie en opleiding
ruim aandacht dient te worden besteed, dat met de
betrokken medewerkers geregeld en open overleg
wordt gevoerd en dat het tempo, waarin het proces
verloopt, mede wordt bepaald door het acceptatie
vermogen van de Dienst. Met name bij de concrete
projecten moeten deze aspecten aandacht krijgen.
Voorwaar geen geringe taak.
Met deze beschrijving van het heden, ben ik aan het
einde van mijn betoog gekomen.
Ik wil echter niet eindigen zonder op te merken, dat de
toekomst van de Dienst voor een groot deel zal
worden bepaald door de mate, waarin actief aan die
toekomst wordt gewerkt.
NGT GEODESIA 81