Het Kadaster: nu en straks*)
kadaster
beheer
vastgoedinformatiesysteem
onderhoud
en opbouw
door ir. drs. H. A. L. Dekker, hoofddirecteur van de Dienst van het Kadaster en
de Openbare Registers.
SUMMARY
Netherlands'Cadastre: Present and Future
The present juridical and social situation forms the foundation of the „Present Cadastre". Projection
of the Cadastre Law and the political/social situation into the future yields a sketch of the „Future
Cadastre". Development of land information systems will largely determine the future of the
Cadastral Service.
Bij het nadenken over deze voordracht kwam mij oor
spronkelijk in gedachten de titel „Vastgoed in Bewe
ging". Een tweeledig toepasselijke, hoewel in eerste
instantie onmogelijke aanduiding van mijn verhaal.
Vastgoed kan immers in de letterlijke betekenis nau
welijks, of slechts met veel moeite, bewegen. Maar
figuurlijk is vastgoed wel degelijk in beweging. De
maatschappelijke betekenis van vastgoed neemt on
tegenzeglijk toe. Ik verwijs daarvoor onder andere
naar het ontstaan van de Stichting Studiecentrum
voor Vastgoedinformatie.
In mijn betoog zal mijn voorzitterschap van het Alge
meen Bestuur van de Stichting Studiecentrum voor
Vastgoedinformatie een overigens bescheiden rol
spelen.
In tweede figuurlijke betekenis zou „Vastgoed in Be
weging" heel goed te hanteren zijn voor een hoofd
directeur van de Dienst van het Kadaster en de Open
bare Registers. De Dienst vindt immers haar be
staansrecht met name door de beweging, het rechts
verkeer, in vastgoed.
In ons taalgebruik wordt „onroerend goed" steeds
meer vervangen door „vastgoed". Wat betekent
„vastgoed"? Wie om achter de betekenis van
„vastgoed" te komen bij „Van Dale" te rade gaat,
komt niet veel verder. De term „vastgoed" is door
„Van Dale" (nog) niet erkend. In andere woorden
boeken en ook in diverse encyclopedieën vindt men
bij vastgoed slechts een verwijzing naar onroerend
goed en ook daar schiet je dan nog niet zoveel mee
op.
Om misverstanden en een slordig gebruik van de ter
men „vastgoed" en „onroerend goed" te vermijden,
het volgende: Het recht onderscheidt drie categorieën
onroerend goed. Onroerend goed naar zijn aard en
onroerend goed naar bestemming. De laatste om
schrijving duidt op de ,,nagel"-vastheid. Voorts kent
het recht nog een categorie onroerend goed door
wetsduiding, waaronder dan „rechten" op onroe
rende zaken worden begrepen.
Ik versta onder vastgoed datgene, wat naar zijn aard
zichzelf niet kan verplaatsen en niet of moeilijk ver
plaatsbaar is. Daarmede breng ik slechts één cate
gorie, namelijk die van het onroerende goed naar zijn
aard, onder mijn term vastgoed. Vastgoed is dan
daarmee elk goed, dat onderdeel vormt van, of vast
staat in, de grond om ons heen. Een stuk grond zelf.
Inleiding gehouden op 29 oktober 1981 tijdens het 11e NGL
congres te Utrecht.
een gebouw, een afrastering en een buisleiding zijn
vastgoed.
Vastgoedinformatie is, daarop doorgaand, de verza
melnaam voor alle mogelijke soorten informatie met
betrekking tot dat vastgoed. Onder een vastgoedinfor
matiesysteem versta ik dan ten slotte elke gestructu
reerde verzameling van gegevens ter zake van vast
goed. Gegevens, die informatie over dat vastgoed
bevatten. Uit de veelheid van mogelijkheden die zich
aandient, kies ik voor een benadering, waarbij ik het
Kadaster in „nu en straks" zal behandelen als beheer
der van, onderhouder van en een bouwer aan een
vastgoedinformatiesysteem.
Een vastgoedinformatiesysteem, dat overigens in
zichzelf is opgebouwd uit meer dan één vastgoed
informatiesysteem. Men kan in het vastgoedinforma
tiesysteem van het Kadaster bijvoorbeeld onderschei
den:
Openbare Registers;
legger;
naamwijzer;
kadastrale kaarten;
veldwerken;
werkplans ruilverkaveling;
toedelingsgegevens;
GBKN;
coördinaten van de RD, enz.
Deze onderverdeling houdt verband met de doelstel
ling van de Dienst, de gekozen werkwijze bij de Dienst
en de aldaar gehanteerde procedures. Het is met deze
onderverdeling net als met een organisatiestructuur.
Ook een organisatiestructuur is onder te verdelen in
substructuren, afhankelijk van de doelstellingen van
de organisatie en gericht op de aanwezige mogelijk
heden.
Voor mijn verdere betoog heeft deze technische on
derverdeling overigens weinig betekenis, maar be
langrijk is, dat we onderkennen dat er een substruc
tuur en een aantal (sub)systemen bestaan, die ge
zamenlijk leiden tot het vastgoedinformatiesysteem
van het Kadaster.
Met het kiezen van de benadering vanuit het vast
goedinformatiesysteem naar het Kadaster doet zich
de vraag voor welke elementen van vastgoedinforma-
NGT GEODESIA 81
417