-M.ui
rb
r
I--
I
map pc ~erhjifhit/i ?(- "~LS
M,;,
Ik riskeer hierbij bewust het gevaar, dat voor bepaalde
aanwezigen de door mij te releveren geschiedkundige
feiten gesneden koek zijn.
De periode tot 1839
De behoefte aan een systematisch opgezet overzicht
van de grond en zijn gebruikers bestaat al eeuwen
lang. De oudste sporen, die bekend zijn, dateren van
zo'n 5000 jaar geleden. De Egyptenaren bijvoorbeeld
hadden een grondboekhouding, die onder meer dien
de om de gebruikers langs de Nijl na de overstro
mingen, waarbij de grenzen waren weggeslibd
weer een zelfde oppervlakte land in bewerking te
kunnen geven. Ook de Romeinen lieten zich op dit
gebied niet onbetuigd.
In de elfde eeuw werd in Engeland door Willem de
Veroveraar een grondadministratie opgezet om gel
den van zijn bezittingen te kunnen innen. De oudste
gegevens over een kadaster in Frankrijk gaan teruq
tot het jaar 1200.
Evenals elders in Europa werden ook in ons land al
vóór 1500 in verschillende gewesten grondadministra-
ties opgezet voor het heffen van belasting. Begin 1500
werd besloten voor het onderhoud van de zeewerin
gen in het Hollands Noorderkwartier een contributie
van de ingelanden te heffen. Eind achttiende eeuw
besloot de Raad van State in de Meyerij van Den
Bosch een grondadministratie in te voeren. Door de
inlijving bij Frankrijk werd de invoering geblokkeerd.
Tot aan de Napoleontische tijd zijn allerlei pogingen
gedaan een grondboekhouding op te zetten, geba
seerd op metingen van het bezit. Geen van die pogin
gen leidde tot het beoogde resultaat, en wel door
gebrek aan middelen en door het verzet van adel en
geestelijkheid, de voornaamste grootgrondbezitters
van die tijd. Men verviel dan steeds weer in de per
soonlijke aangifte van het bezit als basis voor belas
tingheffing, met alle onbillijke gevolgen van dien.
In 1807 geeft Napoleon zijn Minister van Financiën
opdracht voor het gehele rijk tot een perceelsgewijs
kadaster te komen. Doelstelling was een billijke hef
fing van grondbelasting mogelijk te maken, gebaseerd
op de oppervlakte en op de belastbare opbrengst.
Verder zou hierdoor een bijdrage worden geleverd aan
een verdere versterking van de rechtsbescherming
van de burgers met betrekking tot hun bezit.
Napoleon schrijft zijn minister daarover: Hiervoor is
het noodzakelijk dat de kaarten nauwkeurig genoeg
zijn om grenzen van de eigendommen te kunnen vast
stellen en processen te voorkomen".
Na de inlijving van Nederland bij Frankrijk gold het
besluit van Napoleon ook hier. Het in 1811 bevolen
werk kwam in 1832, dus in goed 20 jaar, gereed. Het
jaar 1832 wordt dan ook als het geboortejaar van het
huidige Kadaster beschouwd. Vandaar dan ook de
feitelijke viering van het 150-jarig bestaan in 1982.
Bij de totstandkoming van zowel het beschrijvende
(de registers) als het figuratieve gedeelte (de kaarten)
van het Kadaster was een belangrijke taak toebedeeld
aan de landmeter.
Eerst moesten de gemeentegrenzen worden vast
gesteld. De toentertijd opgemaakte processen-verbaal
van gemeentegrenzen berusten thans nog bij het
Kadaster.
Daarna liet de landmeter zich door de eigenaren of de
gebruikers de grenzen van de bezittingen aanwijzen
en werden door hem de grenzen opgemeten.
Nadat het werk ter inzage was gelegd en de geconsta
teerde gebreken waren verbeterd, werden de vol
gende stukken in het kadaster ingebracht:
de minuutplans (de eerste kadastrale kaart);
de percelenlijst met de oorspronkelijke groottebe
rekening;
de oorspronkelijke lijst van eigenaren.
De gebruikssituatie, die veelal overeen kwam met de
eigendomssituatie, zoals die bij de invoering van het
Kadaster was, lag daarmee vast. De administratie van
deze toestand was zo opgezet, dat zij rechtstreeks
voor de belastingheffing kon dienen.
Met de inlijving bij Frankrijk werd hier ook de Franse
Code Civil van kracht. Dit had tot gevolg, dat hypo-
theekbewaringen werden ingesteld, waar de inhoud
van de hypotheekakten en andere akten, die betrek
king hadden op onroerend goed, werden geregistreerd
en gepubliceerd.
Een ieder mocht die stukken inzien. Zij waren evenwel
niet gemakkelijk en doeltreffend te raadplegen en een
duidig te interpreteren. Een éénduidige beschrijving
Eerste boes berekening
Pxrckkisx, Iwgrcprn in lux blad dn- Jfectfe
genaamd y_ -S/'SSft rc
V/Sj/Z
U/4
-
an
Figuur 2. Percelenlijst met de oorspronkelijke
NGT GEODESIA 81
411
Figuur 1. Fragment van een oude Franse kadastrale kaart.
>h
m
van eigenaren.
{.I,,:*''
frlAWl»
grootteberekening; fragment minuutplan verzamelplanoorspronkelijke lijst