Sedert 1972 is het technisch beheer van de bij de Rijkswaterstaat in gebruik zijnde radio-plaatsbepa lingssystemen opgedragen aan de MD, zodat ook op dit vakgebied verbreding van het bij de MD aanwezige specialisme noodzakelijk was. Deze uitbreiding is eigenlijk een logisch gevolg van het reeds sedert het begin voor de Rijkswaterstaat gevoerde technisch beheer van fijne instrumenten. Oorspronkelijk een zuiver optisch-mechanische aangelegenheid, is dit technische beheer thans ook op het gebied van de elektronika adequaat toegerust. Een onderwerp dat de laatste tien jaar sterk in de belangstelling van de MD staat is de Remote Sensing of teledetectie. In de interdepartementale werkge meenschap NIWARS speelde de Rijkswaterstaat een belangrijke rol; aan de MD werd de coördinatie en begeleiding van het Remote Sensing-onderzoek bij de Rijkswaterstaat opgedragen. Tegelijkertijd stichtte de MD een Afdeling Foto-interpretatie, die zich bezig houdt met kaartering van vegetatie en morfologie ten behoeve van milieu-onderzoek. Bij de opheffing van de NIWARS in 1977 werd be halve de inventaris, ook de coördinatie van het Neder landse Remote Sensing-onderzoek overgedragen aan de MD; daartoe functioneert de interdepartementale Begeleidingscommissie Remote Sensing (BCRS), waarin de in toepassing geïnteresseerde departemen ten samenwerken. Nauw verwant aan Remote Sensing is de onderwater inspectie met behulp van diverse sonar-technieken. Naast een groot aantal praktijkopnamen verrichtte de MD uitgebreide onderzoekingen op dit terrein. Dat de ontwikkeling van het takenpakket van de MD, zoals in dit historische overzicht geschetst, niet alleen maar geodetisch specialisme vereist, zal u zonder meer duidelijk zijn. In de laatste jaren zijn dan ook medewerkers met specialistische kennis op het gebied van de fysica, de elektronika, de civiele techniek, de natuurbouw, de bedrijfseconomie en de wiskunde in de MD opgenomen. De invloed van de Meetkundige Dienst Vijftig jaar moge voor een ambtelijke dienst geen hoge leeftijd zijn, de invloed die er van het ontstaan en de groei van de Meetkundige Dienst op de ontwikke lingen in de laatste 50 jaar in de landmeetkundige wereld is uitgegaan, is van ingrijpende betekenis. Daar is in de eerste plaats de belangrijke bijdrage tot de ontwikkeling van de landmeetkunde in dienst van de civiele techniek, en daarmee van de landmeetkun dige techniek in het algemeen. Schermerhorn wees bij de aanvaarding van zijn hoogleraarsambt in 1926 [9] op het ontbreken van een goed gedreven, tech nisch georiënteerde landmeetkunde in Nederland, waarmede in de technische wereld veel goed werk zou kunnen worden verricht (zie ook [7]). De MD heeft dit manco in 1931 opgevuld. Zoals gezegd, werden van de aanvang af, ik zou zeggen conse quent, nieuwe methoden beproefd en voor de praktijk bruikbaar gemaakt. Een zeer belangrijke factor daarbij was het samengaan van theorie en praktijk (het Labo ratorium voor Geodesie en de Meetkundige Dienst) in het oude Geodesiegebouw, onder de bezielende lei ding van Schermerhorn. Dank zij deze combinatie kwam naast de klassieke landmeetkunde de mogelijk heid van toepassing van de fotogrammetrie voor grootschalige kaartering (in beide betekenissen) reeds vóór 1940 met sprongen vooruit. „Delft" was tot ver over onze grenzen bekend, hetgeen voor elk van beide partners apart nooit in die mate het geval zou zijn geweest. Naderhand werd, in de jaren zestig, opnieuw een soortgelijke sprong voorwaarts gemaakt en wel op het gebied van de automatisering in de landmeetkunde. Ook deze ontwikkeling was de vrucht van een inten sieve samenwerking van theorie en praktijk in een (bijna) gemeenschappelijke huisvesting van ITC en MD. Door deze en vele andere ontwikkelingen groeide de landmeetkunde in enkele tientallen jaren uit van een intelligent handwerk tot een moderne techniek, die in de technische wereld van vandaag op niveau kan meespelen. Overigens, het invoeren van nieuwe technieken is bij de MD niet altijd zonder problemen in het produktie- proces verlopen; maar steeds weer heeft het enthou siasme van de medewerkers en het geloof in de moge lijkheden uiteindelijk tot uitstekende resultaten geleid. Vooral in de eerste vijfentwintig jaar heeft niet alleen de Rijkswaterstaat, maar ook het Kadaster, geprofi teerd van de ontwikkelingen bij de MD, met name op het gebied van de fotogrammetrie. Immers, vooral voor de ruilverkaveling, voerde de MD in opdracht van het Kadaster een groot aantal fotogrammetrische kaarteringen uit. Ik vind het jammer dat in publikaties uit de jaren vijftig over toepassing van fotogrammetrie voor kadastrale doeleinden [7] 1191 de naam van de Meetkundige Dienst als uitvoerder van deze kaarte ringen niet wordt genoemd, of het moest zijn onder de aanduiding „Delft". De publikatie van Witt [20], destijds landmeter van het Kadaster, vormt in dit op zicht een uitzondering, maar hij was dan ook één van de groep civiel-landmeters, die voorheen bij de MD een tijdelijk onderdak had gevonden. Deze groep heeft, samen met een klein aantal civiel-ingenieurs, een belangrijk aandeel gehad in de ontwikkeling van nieuwe methoden en technieken in de beginjaren van de MD. Dat aan deze mensen geen blijvend perspec tief werd geboden, is vanuit de Rijkswaterstaat gezien onverstandig geweest. Het feit echter, dat zij uit eindelijk de in de MD opgedane ervaring bij andere landmeetkundige diensten (waaronder vooral het Kadaster) ten nutte konden maken, heeft voor de landmeetkunde als geheel een zeer positief effect gehad. De Meetkundige Dienst werd in de eerste jaren zowel door de kadastrale wereld als door de Rijkswaterstaat met enig wantrouwen beschouwd. Door het niet af latende streven van leiding en medewerkers tot het leveren van kwaliteitsprodukten werd na enige tijd erkenning en waardering verworven van beide zijden. De opleiding aan de Technische Hogeschool Delft, waaruit zowel door het Kadaster als door de MD staf medewerkers worden gerecruteerd, heeft daartoe zeker bijgedragen, terwijl de uitbouw van de geode tische studierichting tot een volwaardige ingenieurs opleiding, de acceptatie in de Rijkswaterstaat heeft bevorderd 111 De MD van vandaag heeft zich zowel in de Rijks waterstaat als in de Nederlandse landmeetkundige wereld een vaste plaats verworven. De kloof die voor 462 NGT GEODESIA 81

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1981 | | pagina 12