Koen: Ik wil de discussie beginnen door wat dieper in te gaan op enkele aspecten van de GBKN. Twee belang rijke vragen zijn: wat is het doel van de GBKN? en verder beantwoordt de GBKN aan dat doel? Het doel van de GBKN is eenvoudig, nl. het bevorde ren van de communicatie tussen kaartgebruikers door het vervaardigen van een gemeenschappelijk topo grafisch fundament voor de vele thematische kaarten bij die gebruikers. De tweede vraag is veel moeilijker. Hoe moetje meten of een kaart aan zijn doel beantwoordt en hoe meet je überhaupt wat het nut van een kaart is? De voordelen van goed kaartmateriaal liggen sterk in de kwalitatieve sfeer: betere informatie; betere communicatie; soepeler draaiende organisatie. Er bestaan wel modellen om de effecten hiervan te meten, maar de bruikbaarheid van die modellen voor dit probleem is dubieus. Beter is het daarom op basis van ervaringen en gezond verstand de effectiviteit van het kaartmateriaal te beoordelen. De vraag aan welke eisen een kaart moet voldoen, is in feite een optimali- seringsvraagstuk dat in de praktijk en via een iteratie proces moet worden opgelost. Over de inhoud van de GBKN vinden nog steeds dis cussies plaats, hoewel de afnemers het vaak in grote lijnen hierover wel eens zijn. Overigens blijkt het toch moeilijker dan aanvankelijk werd gedacht de inhoud ook landelijk uniform te hou den. De neiging bestaat om de bestaande inhouds beschrijving zodanig te interpreteren, dat die inhoud steeds toeneemt. Wanneer je de wensen van de ge bruikers m.b.t. de kaartinhoud inventariseert, kom je tot een indrukwekkende lijst. Zeker wanneer een be paalde verdeelsleutel voor de kosten is afgesproken, wil men graag zoveel mogelijk onder die verdeelsleutel stoppen. Aan de andere kant is een tendens waar te nemen om op basis van kostenoverwegingen de in houd te beperken. Belangrijk is naar mijn mening het karakter van een basiskaart zo goed mogelijk te handhaven door naar een minimum produkt te blijven streven, al was het alleen maar uit een oogpunt van kostenbeheersing. Dat geldt zowel voor de vervaardiging als voor de bij houding. Een belangrijk onderdeel van de inhoud wordt ge vormd door de gebouwen. Vooral de gebouwen, die van een adres zijn voorzien, worden in veel vastgoed administraties gebruikt voor de identificatie van het object. De volledigheid van het afbeelden van gebou wen is voor veel doelen tenminste zo belangrijk als de precisie van die afbeelding. Ik kom daarmee op een belangrijk punt. Bij de ver vaardiging van de GBKN blijkt een belangrijk deel van de vervaardigingskosten te gaan zitten in de terrestri- sche metingen, die nodig zijn om met name de gevels van de gebouwen goed op de kaart af te beelden. Dit maakt de kaart duur (mijns inziens onnodig duur). Het is vooral door deze strenge naverkenningseisen, dat de GBKN onvoldoende in de breedte van de grond komt. Lang niet alle gebruikers of potentiële gebruikers heb ben die volledige naverkenning direct nodig. Veel ge- NGT GEODESIA 82 bruikers hebben slechts belang bij een GBKN, die een geordende inventarisatie is van de aanwezige objec ten. Voor het op een landmeetkundig en kartografisch verantwoorde manier toevoegen van informatie aan de GBKN door de gebruikers, kan worden volstaan met een zeer beperkte naverkenning, waarbij een soort grafisch grondslagnet in de kaart tot stand komt. Wanneer wij ons in eerste opzet beperkingen opleg gen vooral met betrekking tot de naverkenning, heb ben wij de mogelijkheid de GBKN binnen het bereik te brengen van gebruikers die wel behoefte hebben aan een GBKN (en dat zijn er velen), maar voor wie het niet nodig is, en voor wie het zelfs niet verantwoord is het huidige produkt te kopen. In mijn opvatting hoeft dit geen kwaliteitsverlies met zich mee te brengen, zeker niet wanneer wij de mogelijkheid van fasering bij de vervaardiging creëren. In dat geval kun je spreken van een optimalisering van de kwaliteit en van een betere spreiding van de kwaliteit in de tijd. De fasering van de vervaardiging houdt in, dat de mogelijkheid wordt gecreëerd te starten met een mini mum produkt. Dit minimum produkt zal wel het fun dament moeten zijn om uit te groeien tot een meer volledig of kwalitatief beter produkt. Belangrijk is dat een dergelijke Groei-GBKN" dan aan bepaalde mini mum kwaliteitseisen moet voldoen. Om uit te kunnen groeien naar een meer volledig produkt of een kwalitatief beter produkt, zal op de kaart een betrouwbare kartografische grondslag aan wezig moeten zijn. Dit zal bij voorkeur een keuze uit goed zichtbare en gemakkelijk te identificeren objec ten moeten zijn, bijv. hoeken van huizen. In bepaalde gebieden kan een selectie uit de andere topografie even goed een grondslagfunctie vervullen. In bepaalde gebieden, waar geen of weinig bebou wing aanwezig is, kan de grondslagfunctie worden vervuld door dat deel van de topografie, dat de hoog ste idealisatienauwkeurigheid heeft. Bij het Kadaster wordt dit overigens al jaren in de praktijk gebracht, zelfs in hermeten gebieden. Ten slotte wil ik nog een opmerking maken over de schaal. Ik ben van mening dat over de schaal van de GBKN veel algemenere afspraken moeten worden gemaakt dan nu het geval is. De kadastrale schalen 72000 en 71000 en in uitzonderingen 7500 zijn de schalen, die het beste passen bij de verschillende ge- biedssoorten. Deze schalen passen ook het beste bij een eerste fase, indien men tot fasering besluit. In zo'n eerste fase ligt immers het accent sterker op de informatieve functie van de kaart en veel minder op de landmeetkundige functie. Bij die informatieve functie passen nu eenmaal wat kleinere schalen. Polman: Graag wil ik ingaan op de vraag aan welke eisen de GBKN moet voldoen qua inhoud en kwaliteit. Nu in de afgelopen vijf jaar de GBKN in verschillende vormen en uitvoeringen is gerealiseerd op basis van de wensen van de afnemers, is het tijd de balans op te maken. Ondanks de diversiteit in het vragenpatroon, denk ik dat na de periode van de proefprojecten een landelijke keuze zal moeten worden gemaakt. Niet voor niets spreken we over een uniforme GBKN. We gaan in de fout als we steeds opnieuw met afnemers gaan praten over de inhoud van de GBKN. Dan treedt 11

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1982 | | pagina 13