77,16 gr. |5 59,03 gr. Y= 110,00 gr. AD 854,40 BC 1500,00 De halve cirkel met diameter AB heeft de zelfde oppervlakte als de binnencirkel met straal r. Druk AB uit in r. Informatica 5. Wat verstaat men onder een record in een bestand? 6. Uit welke activiteiten bestaat het onderhoud van bestanden? 7. a. Wat verstaat men onder hogere programmeertalen? b. Geef drie voorbeelden van hogere programmeertalen. c. Noem twee essentiële verschillen met machinetaal. 8. Wat betekenen de begrippen assembleertaal en assembier? CIVIELE TECHNIEKEN 1. a. Wat versta je onder open verhardingen? Geef voorbeelden. b. Noem een aantal verschillen tussen een asfalt-betonverhar- ding en een cement-betonverharding. c. Schets een doorsnede van de zijdelingse beëindiging van een asfalt-betonconstructie van een landbouwweg. Aansluitende berm ondergrond en maten eveneens aangeven! d. In een aantal gevallen wordt een kunststofweefsel in een onderlaag van een eenvoudige weg (fietspad) gebruikt. Waarom en hoe gebeurt dit? (Schets!) 2. a. Noem een aantal redenen waarom de Nederlandse kustlijn steeds moet worden hermeten. b. Geef in het kort (ook d.m.v. schetsen) weer hoe de laag- waterlijn wordt vastgelegd en ten opzichte waarvan ge schiedt dit? c. Wat stellen onderstaande figuren voor? Vergelijk ze met el kaar. Wat veroorzaakt de verschillen? a. Bepaal fz en fL van de polygoon 10-20-30-40 fz fx cos<P1iN -fYsin<p, N fL fxSinV, N fYcoslP,iN b. Geef in een figuur duidelijk de grootheden fx, fy> fz. fLen aan- c. Welke betekenis wordt aan fL toegekend? d. Is bij de gegevens polygoon vereffening volgens methode II wenselijk? Motiveer het antwoord! 3. UW- 103 Gemiddeld» le Hoek ran Holland Gemiddelde te IJ maiden NGT GEODESIA 82 a. Bereken AB en CD. b. Bepaal de oppervlakte van ABCD. a. Aan welke voorwaarden moet een enkelvoudig centrumnet voldoen? b. Geef elk van de voorwaarden in een formule weer. Schets daarbij een centrumnet, waarin duidelijk de in de formules gebruikte letters staan aangegeven. c. Stel dat een enkelvoudig centrumnet volgens de gemeten waarnemingen de volgende gedaante zou hebben: Aan welke voorwaarde is dan niet voldaan en hoe wordt er op deze voor waarde vereffend zonder de overige voorwaarden te verstoren? 3. Bewijs dat DCS en PQS dezelfde op pervlakte hebben: Bepaal de grootte van perceel ABCDE. DRIEHOEKSMETING 1

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1982 | | pagina 24