samenwerking tussen het Notariaat en het Kadaster, dat ook na dit arrest een plezierige oplossing is ge vonden door de gelegenheid te bieden om enige tijd na drie uur nog telefonisch bij het Kadaster inlich tingen in te winnen over overgeschreven beslagen. Onder het nieuwe BW zal in de concurrentie tussen beslag en transport, de overschrijving van het tran sport één dag voorsprong krijgen. Ik kan mij voorstellen dat door de techniek dit pro bleem in de toekomst geheel uit de wereld is, maar dan ga ik technisch fantaseren. Ik zou mij kunnen voorstellen dat er via terminals op de notariskantoren overschrijvingen kunnen geschieden, die dan mis schien niet een volledige tekst weergeven, maar waar aan toch rechtsgevolgen kunnen worden verbonden. Dit moet echter niet leiden tot een nog verder gaande concentratie van kantoren, omdat dan het persoon lijke contact tussen bewaring en Notariaat verloren gaat. Ons vak is nu eenmaal niet geheel te standaardi seren en dus onmogelijk door de techniek uit te voeren. Ik wil waarschuwen voor een te grote beïnvloeding door de administratie op de inhoud van de akte. De akte blijft een stuk, waarbij twee partijen bepaalde overeenkomsten vastleggen. Het is een stuk dat voor partijen is bestemd en dat daarna moet worden gead ministreerd. Als aan alle wensen van de verschillende diensten tegemoet zou moeten worden gekomen, wordt zo'n akte belast met allerlei gegevens, waar de partijen zelf geen boodschap aan hebben. Natuurlijk worden de wensen van het Kadaster over de juiste omschrijving van de persoons- en perceelsgegevens in de akte opgenomen, wat overigens al wordt geëist door de Wet op het Notarisambt. Maar het gaat bij voorbeeld te ver om in de akte, zoals door de Minister van Financiën is voorgesteld, bij iedere verkoper van onroerend goed te vermelden of hij voor de BTW als ondernemer wordt aangemerkt en in dat geval daar zijn stamnummer bij te vermelden. Wij krijgen dan akten die vergelijkbaar zijn met de akten van onze Franse collega's die ook belast en be laden zijn met allerlei gegevens, die voor partijen zelf niet van belang zijn. Voorschriften in deze richting zullen ook kunnen stuiten op de bijzondere positie die de notaris inneemt. De notaris is een beoefenaar van een vrij beroep, wel iswaar georganiseerd in de Broederschap van Notaris sen en Candidaatnotarissen, maar hij blijft een zelf standig man. Hij is wel ambtenaar, maar ambtenaar voor eigen rekening en hij is binnen bepaalde grenzen vrij om zijn werk te doen. Vanuit het Kadaster kunnen wel wensen worden geuit over de indeling van de akten, waardoor de verwer king van de akten wat eenvoudiger zal gaan worden. Ik denk bijvoorbeeld aan de invoering van het formu lier hypotheken 73-a, dat een kort uittreksel is uit de akten, waardoor onmiddellijk de belangrijke gegevens voor de administratieve dienst kunnen worden ge licht. Iedere notaris is echter vrij om zijn akten in te richten zoals hij wil. Het zal moeilijk zijn ideeën en wensen in die richting zonder wettelijke verplichting te realiseren. Het afnemen van informatie Als tweede contactpunt van het Notariaat met het Kadaster heb ik genoemd het informatietrekken uit het Kadaster. Daarbij moeten wij goed onderkennen wat het nagaan van de eigendomstoestand is: een na gaan van de overgeschreven stukken om daaruit, te zamen met andere gegevens, zelfstandig een con clusie te trekken hoe de eigendomstoestand is van een bepaald perceel. Dat is een zelfstandig titelonder- zoek door de notaris en daarbij zal hij wel met een half oog kijken naar de conclusies die reeds getrokken zijn door de bewaarder, welke zijn vastgelegd in de leg gers. De leggers zijn toch immers niet meer dan een vastleggen van conclusies van de bewaarder uit de overgeschreven stukken ten behoeve van de over heidsadministratie. De notaris heeft zijn plicht om zelfstandig uit de over geschreven stukken zijn conclusies te trekken. De kadastrale registratie zal hem daarbij behulpzaam zijn door hem enkele ingangspunten te geven op de regis ters van overschrijving, die immers alle overschrij vingen slechts chronologisch naar de datum van aan bieding verzamelen. De kadastrale registratie geeft hem daarop een klapper met ingangspunten: de namen van de verkrijgers en de kadastrale aanduiding van de percelen. Het onderzoek naar de rechtstoestand loopt goed wat betreft het onderzoek naar de eigendom van de ver schillende percelen. De rechtstoestand houdt echter ook in de privaatrechtelijke rechten (zoals de erf dienstbaarheden), die rond dit onroerend goed zijn ge schapen. Wij weten allen, dat de administratie van de erfdienstbaarheden tot heel veel moeilijkheden en problemen aanleiding geeft. Er is eens het register Hyp. 2 bijgehouden, waarin erfdienstbaarheden wer den vermeld, maar dat is slechts een administratie geweest op het perceelnummer bij de vestiging. Latere vernummering van het perceel is echter niet meer bijgehouden. De administratie daarvan baart nog steeds moeilijkheden. Het Notariaat zou als een van de punten van zijn ver langlijstje op tafel willen leggen, dat in de nieuwe techniek van administreren via de computer, het mogelijk zou moeten zijn om tenminste toch een aan wijzing te geven, dat er in een bepaald deel en num mer van overschrijving, erfdienstbaarheden rond dit onroerend goed worden vermeld. Men moet beseffen dat in verband met de lijdelijkheid van de bewaarder het te ver zou gaan om bij mutaties in het onroerend goed de bewaarder zelfstandig te laten beslissen of een bepaalde erfdienstbaarheid mee overgaat of niet. Die beslissing zal in handen moeten blijven van de partijen zelf, gesteund door hun advi seurs op onroerend-goedgebied, het Notariaat en uit eindelijk de rechter. In de kadastrale registratie zal niet meer behoeven voor te komen dan een aanwijzing dat er ooit sprake was van een erfdienstbaarheid ten behoeve of ten laste van een perceel, en van de vindplaats. Wij kennen thans de praktische werkwijze wat betreft de rechten uit de Belemmeringenwet Privaatrecht, waarbij een werkmethode is gecreëerd om niet on nodig percelen met de aantekening te blijven voor zien, dat er een BP-recht op drukt. Het is in het belang van het Kadaster én van het Nota riaat, dat bij de invoering van de nieuwe technieken voor de erfdienstbaarheden een goede wijze van ad ministreren wordt opgezet. Men zou zelfs kunnen stellen dat, na de invoering van Boek 3 van het NBW, 46 NGT GEODESIA 82

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1982 | | pagina 8