I ff
Examen voor Landmeettechnicus NLF
1981*)
-mr-Tpr
ikwld
GROOTTEBEPALING Tijd: 3 uur
1Bereken de oppervlakte van de percelen 12 en 13.
3. Perceel 1858 is zo goed mogelijk op schaal 1 1000 weergegeven.
Bereken met behulp van veldwerk en kaartfragment zo nauwkeurig
mogelijk de oppervlakte van het perceel.
2. Bereken de oppervlakte van perceel 1936.
KAARTTEKENEN Tijd: 3 uur
Verstrekt werden een veldwerk (no. 1), calqueermateriaal (Stabi-
lene no. 441127), tekenmateriaal (Stabilene no. 441107) en afwrijf-
schrift.
Kaartering
Het veldwerk no. 1 kaarteren op schaal 1 500 op het tekenmate
riaal; het ruitennet en de op dit blad vallende grondslagpunten zijn
reeds uitgeprikt. De figuratie netjes in potlood afwerken, geen
beschrijvingen aanbrengen.
Calque
De situatie calqueren op het verstrekte calqueermateriaal. De kaart-
tekst dient naar eigen keuze en inzicht op de calque te worden aan
gegeven; naar lettertype en -hoogte, draad- en/of blokschrift, en
welke elementen beschreven c.q. met een signatuur moeten wor
den aangegeven. De beschrijving van de calque kan naar eigen
keuze geschieden met handbeschrifting of met behulp van het ter
beschikking gestelde afwrijfschrift.
N.B. De beschrijving en afwerking van de calque dient te worden
uitgevoerd met inachtneming van het normblad NEN 3256 van het
Nederlands Normalisatie-Instituut.
Bij de beoordeling van de resultaten zal rekening worden gehouden
met het al dan niet gebruik maken van een detailcoördinatograaf
en/of afwrijfschrift.
TECHNISCH TEKENEN Tijd: 2 uur
Deze opgave is gelijk aan die voor het examen voor Landmeet
kundig tekenaar NLF 1981 (p. 133 van dit blad).
LANDMETEN EN WATERPASSEN Tijd: lV2uur
1.a. Omdat de uitzetgegevens in centesimale graden zijn berekend
en er met een theodoliet met saxagesimale graden moet worden
uitgezet, moet eerst onderstaande lijst met uitzetgegevens worden
omgerekend.
Uitzetgegevens vanuit VP 2983, hoogte 12,80 m NAP.
De volledige examenopgaven en -verslagen van onderstaand
examen, evenals die van de jaren 1962, 1966 tot en met 1977 en
1979, kunnen worden besteld bij het secretariaat van de Exa
mencommissie, Driehoekjes 35, 2513 AZ Den Haag, door over
making van f5,— per examen op postrekening 390479.
136
Punt
Hor. richting
Vert. hoek
Afstand
Oriëntering H.K. Putte
12,3481
Punt 104
114,4735
98,0815
101,34
Punt 207
135,8907
99,9948
134,89
Punt 301
160,1842
100,0052
164,17
Punt 405
180,2786
101,8715
105,00
Gevraagd: Reken de richtingen en hoeken om naar sexagesimal
graden.
b. Om de genoemde punten vanuit VP 2983 ook in hoogte te
kunnen uitzetten, wordt er eerst op een ver richtmerk gericht en in
twee kijkerstanden de verticale hoek afgelezen.
De verticale rand geeft als het alhidade-niveau is ingespeeld, de
volgende aflezingen
Kijkerstand I 89° 12' 24"
Kijkerstand II 270° 45' 36"
Gevraagd:
bereken de gecorrigeerde verticale hoeken, waarmee moet
worden uitgezet;
waar moet men op letten om de punten op eenvoudige wijze op
goede hoogte uit te zetten, als wordt gemeten met een elektro-
optische afstandmeter en enkelvoudig prisma.
2. Iemand is een waterpasinstrument aan het regelen en heeft
daartoe het instrument in het midden opgesteld. De aflezingen op
de baken op 25 m afstand zijn:
Baak A 1,342 m
Baak B 1,688m
Vervolgens heeft deze persoon het instrument 5 m achter baak A
opgesteld. De aflezingen op de baken zijn nu
Baak A (afstand 5 m) 1,837 m
Baak B (afstand 55 m) 2,193 m
Gevraagd: De aflezingen op de baken, als het instrument is ge
regeld; en verklaar deze aflezingen.
3. Vanuit een vaste standplaats in open terrein moet een punt
worden uitgezet met theodoliet en afstandmeter op circa 400 m af
stand. Het punt komt vlak achter een huis (afm. 10 x 10 m) terecht.
Gevraagd:
welke hulpconstructie kan worden gebruikt, als men beschikt
over een rekenmachine met de goniometrische functies, een
hoekspiegel, jalons en een 30 m meetband;
hoe wordt het uitgezette punt het best gecontroleerd;
licht uw antwoord toe met een schets.
4. In vlak terrein moet een sloot worden uitgezet. Na waterpassing
vanaf een NAP-peilmerk is berekend, dat de vizierlijnhoogte van het
instrument 1,500 m NAP is.
NGT GEODESIA 82