Herstel van de Formele Tuin van Paleis Het Loo
Door deze constructie is het gevaar levensgroot aan
wezig, dat na de bijhouding de kadastrale registratie
de zakelijke rechtstoestand niet juist weergeeft en dat
deze pas ontstaat na de vernieuwing, die soms jaren
of zelfs tientallen jaren op zich kan laten wachten. De
vraag is of dit wel strookt met de bedoeling van de
wetgever, neergelegd in de artikelen 6, 7 en 8 van
hoofdstuk 3.1.2 van het NBW, nl. de bescherming
van de raadpleger te goeder trouw en met de doel
stelling „bevordering van de rechtszekerheid", die
thans hoog in het kadastrale vaandel staat geschre
ven.
Naar mijn mening behoort een betere regeling wel tot
de mogelijkheden. Eigenlijk zou de regeling van de
vernieuwing overbodig moeten zijn. De bijhouding
dient zodanig te worden geregeld, dat de belang
hebbenden erop kunnen vertrouwen, dat de kadastra
le registratie de zakelijke rechtstoestand juist weer
geeft. De maatschappij verlangt een eigendoms
kadaster! Pas als de bijhouding goed is geregeld, en
het Kadaster dan nog niet optimaal functioneert als
eigendomskadaster, is er voor incidentele gevallen
een noodzaak tot vernieuwing. Zover is het ontwerp
nog lang niet.
Biedt het ontwerp voldoende perspectief voor
de toekomst?
Het ontwerp sluit in hoofdstuk 2 (De openbare
registers voor registergoederen) aan op de bepalingen
van de afdeling 3.1.2 van het NBW. Jammer genoeg
wordt niet de mogelijkheid geschapen om bijv. pacht
overeenkomsten inschrijfbaar te maken, hoewel het
NBW daartoe wel de gelegenheid geeft. Pacht is
maatschappelijk gezien een dermate belangrijk per
soonlijk recht met duidelijk zakelijke werking, dat de
mogelijkheid tot inschrijving in de Kadasterwet had
kunnen worden geopend. Op deze wijze had het
Kadaster zijn informatieverstrekking op een belangrijk
onderdeel kunnen uitbreiden.
Een tweede onderdeel dat onvoldoende uit de verf
komt, is de administratie van de erfdienstbaarheden;
belangrijke zakelijke rechten, die bijv. de verhandel
baarheid en de waarde van een onroerende zaak
merkbaar kunnen beïnvloeden. Zolang het Kadaster
bestaat, is de administratie van de erfdienstbaarheden
een janboel geweest, zeer tot verdriet van het nota
riaat, dat dan ook bij het commentaar op het ontwerp
van de Staatscommissie om verbetering van de
administratie op de erfdienstbaarheden vroeg. Het
huidige ontwerp komt niet veel verder dan een re
gistratie van de te vestigen erfdienstbaarheden, en
zwijgt echter over de bijhouding en de administratie
van de reeds bestaande erfdienstbaarheden. Ook bij
de vernieuwing wordt slechts summier aandacht aan
deze rechten besteed.
Aan het feit, dat de maatschappij het Kadaster vrijwel
als een eigendomskadaster wenst te ervaren, wordt in
het ontwerp onvoldoende aandacht besteed. On
danks de vrij zware bijhoudingsprocedure wordt aan
de resultaten van deze bijhouding geen enkele rechts
kracht verbonden. Heeft de wetgever voorvoelt dat
aan de bijhoudingsprocedure nog zoveel onvol
komenheden kleven (zie Rijtma), dat hij is terug
gedeinsd voor de consequentie in het verlenen van
een zekere rechtskracht aan de bijhouding? Mocht
deze vraag bevestigend worden beantwoord, dan is
het nog niet te laat om het ontwerp op dit punt bij te
stellen.
Slotopmerking
Ten einde een beter functioneren van het Kadaster in
de toekomst mogelijk te maken, verdient het aan
beveling in het wetsontwerp veranderingen aan te
brengen, o.m. op de volgende punten:
1. de mogelijkheid openen om pacht inschrijfbaar te
maken;
2. een betere regeling van de administratie van de
erfdienstbaarheden;
3. verbetering van de bijhoudingsprocedure;
4. toekenning van rechtskracht aan de resultaten van
de bijhouding;
5. een zoveel mogelijk terugdringen van de ver
nieuwing.
Weinig vakgenoten zullen zijn betrokken bij de restauratie van een paleistuin.
Publikatie van ervaringen van collega's, die landmeetkundige werkzaamheden
verrichten ten behoeve van zo'n restauratie is dan ook zeer op zijn plaats. In dit
artikel wordt na een kort historisch overzicht van D. Po/s, door P. J. Ashouwer,
T. Nooteboom en L. L. W. v. d. Ploeg van de Landmeetkundige Afdeling van
Gemeentewerken Apeldoorn, een inzicht gegeven in de problemen en de daarvoor
gevonden oplossingen bij genoemde restauratie.
Het artikel is eerder gepubliceerd in het tijdschrift Groen" van februari 1981.
Bovendien is in jaargang 1977 van Groen" zeer uitgebreid over de restauratie van
Paleis Het Loo geschreven.
Kort historisch overzicht
door D. Pols, medewerker van de Afdeling Beplan
tingen van de gemeente 's-Hertogenbosch, tevens
redactie-secretaris van het tijdschriftGroen".
NGT GEODESIA 82
In 1684 werd het oude goed 't Loo aangekocht door
Stadhouder Prins Willem III, die het plan had bij zijn
uitgestrekte jachtgebied op de Veluwe een lusthof
161