'1 - Veldwerk 1 Hl «tl! fi. Veldwerk 2 ,aP <JS' LANDMEETKUNDIGE BEREKENINGEN Tijd: 3 uur Voor detaillering van de kruising van een spoorlijntracé met een lokale weg worden metingen en uitzettingen verricht: 1. Ter bepaling van de punten 501 en 502 is een veelhoeksmeting uitgevoerd, zoals in onderstaande figuur is weergegeven. 450101 501 502 De coördinaten van de aansluitpunten zijn: 450101 X 163164,21 Y 402358,12 Sp 4 X 163817,85 Y 402201,96 De resultaten van de hoek- en lengtemeting zijn: afstand in naar richting Hp 450101 0,0000 189,556 501 49,5813 501 450101 0,0000 393,878 502 118,7163 189,538 Hp 341,9721 502 501 0,0000 382,238 Sp 4 137,4454 Sp 4 450101 0,0000 502 355,6536 Bereken de coördinaten van de punten 501 en 502. 2. Van de as van de spoorlijn worden de punten hm 12,6 en hm 12,9 en de snijding met polygoonzijde 502 - Sp 4 uitgezet. De asgegevens zijn: hm 12,6: X 163133,99 Y 402176,99 lijnvergelijking: Y 0,219549 X 437992,89 Bereken de voetmaten c.q. loodlijnen van de drie uit te zetten punten t.o.v. de polygoon. 3. Van de lokale weg worden twee punten, liggend op een boog met een straal van 500 m, aan de as van de spoorlijn opgemeten (zie onderstaande figuur). Bereken de coördinaten van het snijpunt S en de hoek, waar onder de beide assen elkaar in dit punt snijden. HOOGTE- EN INHOUDSBEREKENINGEN Tijd: 3 uur 1. In een vlak hellend terrein ligt een perceel ter grootte van 1 ha (met afmeting: 100 x 100 m). Om dit perceel te egaliseren is een terreinwaterpassing uitgevoerd volgens het in de terreinschets aangegeven ruitennet van 20 x 20 m. Bereken uit de waterpassing het aantal m3 grond, dat moet worden afgevoerd/aangevoerd om dit perceel te egaliseren. Er be hoeft geen rekening te worden gehouden met inklink en/of uitleve ring. Geef ook een overzicht van de berekende hoogtecijfers. 172 NGT GEODESIA 82

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1982 | | pagina 22