Fig. 2. Foto van de apparatuur. Deze apparatuur en programmatuur is in gebruik bij de drie verschillende divisies van Fugro, te weten Geodesie, Bouw Informatie Technieken en Geotechniek. De laatste maakt alleen gebruik van het systeem voor het uitvoeren van geotechnische berekeningen. Naast het hiergenoemde z.g. grote systeem PDP 11/70, beschikt het bureau nog over twee zelfstandige kleinere systemen PDP 11/23 met elk één werkstation. 2. Methodiek Bij ons bedrijf ligt de nadruk op de interactieve verwer king van de meetgegevens, met behulp van grafische beeldschermen, menutechnieken en specifieke program matuur. Uit de meetgegevens worden digitale bestanden opgebouwd, waaruit de grootschalige kaarten als gra fisch produkt kunnen worden vervaardigd in iedere gewenste schaal en inhoud. Het voornaamste kenmerk van het Fugro-systeem is, dat praktisch alle soorten meetmethoden kunnen worden verwerkt in tegenstelling tot de z.g. toonbanksystemen als het Geomap-systeem van Wild en het Geos-systeem van Zeiss. De grote flexibiliteit blijkt hieruit, dat verwerking kan plaatsvinden van: 1. Eigen terrestrische metingen door middel van: a. veldgegevens en hoekmeetformulieren; b. tachymetrische opnamen, weggeschreven op veldboeken; c. automatische tachymetrische opnamen via Zeiss Elta 2, Wild TC1, enz. 2. Metingen van derden. Alle soorten meetmethoden kunnen worden verwerkt met behulp van conversie programma's. Codering en legenda kunnen door de gebruikers worden aangegeven. 3. Fugro Systeem Tachymetrie Er wordt nu verder ingegaan op het bij Fugro toegepaste systeem, uitgaande van de eigen metingen met de auto matische tachymeter Zeiss Elta 2. De methode van op nemen met deze tachymeter wordt verondersteld be kend te zijn, zodat ik hier kan volstaan met de opmer king, dat codering en verwerking zijn gericht op het in het veld zo snel en doelmatig mogelijk meten. Velddagen zijn nu eenmaal duur, door de hoge kosten van de meet- ploeg en het afvallen van werktijd door onwerkbaar weer. Ten behoeve van een doelmatige uitvoering van de metingen is een uitgebreid instructieboek gemaakt. In het terrein worden bij de detailmeting, naast de normale invoer- en startprocedures, alleen de gegevens ingevoerd omtrent grondslagpunten, en worden de Mem Veld werk. Dac 100 HP85. Elta I Rekenfase Interactief grafisch werken Tekst plaatsen model Digitaal terrein op ware grootte Grafische produkfen •rface Belfbed Band Flatbed Fig. 3. Fugro Systeem Tachymetrie. detailpunten voorzien van een puntnummer en een topo grafische elementcode, volgens een aangegeven legen da. Bovendien wordt een veldwerk gemaakt of een bestaande kaart gebruikt, waarop de opgemeten punten worden aangegeven. Hoe het register bij de detailmeting wordt ingevuld, wordt hieronder aangegeven. In het codeblok A t/m N (veertien posities) worden per punt de volgende gegevens ingesteld: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 ABC DEFGHIJ K L A 2 Code herkenning detailmeting B C Topografische code (11-50) D 3 Code detailpunt EF Veldwerkno. (01-99) GHI Puntnummer (1-499) JKLM Excentriciteit (max. 9999 cm) N Soort excentriciteit: -links, (resp. 1, 2, 3, 4) Daarna moeten de navolgende handelingen worden ver richt: Kijker richten. Start (UIT/AAN). Met signaalsterktemeter de signaalwijzer in het zwar te vlak brengen. Start. Wachten op ADRES. Meting beëindigd. Controle van de invoer (eventueel) met behulp van de vensterschakelaar voor de volgende registratie. Voor registratie van het volgende detailpunt dienen de handelingen vanaf het instellen van het codeblok in dezelfde volgorde te worden uitgevoerd. Het bepalen van de opstelpunten geschiedt veelal gelijk tijdig met de detailmeting (polygonen). Ook opname vanaf z.g. vrije standplaatsen is mogelijk, waarbij van 268 NGT GEODESIA 82

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1982 | | pagina 22