Herziening
De hiervoor beschreven werkmethode is afgestemd op
de samenstelling van een geheel nieuwe kaart. Wanneer
een kaart wordt herzien, worden alleen die gedeelten die
zijn veranderd nieuw gegraveerd, terwijl de onverander
de gebieden worden overgenomen van de vorige kaart.
De eerste stap is dan het opsporen van de veranderingen
in de vorige kaart. Dit doet men door nieuwe luchtfoto
vergrotingen 1 10 000 onder een transparante film
1 10 000 van de vorige uitgave te leggen en op deze film
de nieuwe en de vervallen delen in twee kleuren aan te
geven. Aan de hand van de hoeveelheid wijzigingen
wordt beslist of tot herziening of tot nieuwe kaartering
zal worden overgegaan.
Als tot herziening wordt besloten, blijft de fotogramme-
trische bewerking gelijk aan die voor nieuwe kaartering,
d.w.z. dat ook dan een volledige nieuwe triangulatie enz.
wordt uitgevoerd en dat daaruit ook geheel nieuwe gra-
veergidsen worden gemaakt. Het verschil zit in de foto
gravure en de verkenning. In plaats van een volledige
gravure worden nu alleen de nieuwe objecten in het foto
beeld gegraveerd, nadat eerst de ongewijzigde lijnen
chemisch in het fotobeeld werden ingeëtst. Bij herzie
ning bespaart men dus alleen op verkenningswerk en
graveertijd.
j. Automatisering
De TDN heeft reeds in 1973 het besluit genomen op be
perkte schaal over te gaan tot invoering van de digitale
techniek voor de produktie van basiskaarten.
Door allerlei oorzaken, waarover in punt 3, onder k,
reeds werd gesproken, kon aan de uitvoering van dat
plan nog nauwelijks gevolg worden gegeven. De invloed
van de automatisering op de samenstelling van de basis-
kaart is nog vrij gering. Ze beperkt zich tot het verwerken
van triangulatiemetingen (blokvereffening) en het grave
ren van het coördinatennet en de getrianguleerde pun
ten op de basiskaarten.
Op de activiteiten van de onderafdeling automatisering
voor de meer kartografische toepassingen wordt hier
niet verder ingegaan. De werkzaamheden voor digitale
verwerking van de basiskaart zullen dit jaar weer worden
hervat, waarbij het enkele maanden geleden geleverde
tweede interactieve systeem zal worden ingeschakeld.
Ëjm;
Fig. 8. Interactie met de computer; werkstation van Intergraph
Systeem, 1982.
NGT GEODESIA 82
Aangezien digitaliseren in zekere zin een vervanging is
van het manuele tekenen (c.q. graveren), zal, geheel in
de lijn van de opvattingen van de TDN, ook voor de digi
tale verwerking de enkelbeeld-fotogrammetrie het uit
gangspunt zijn, hetgeen betekent dat als basis voor de
digitaliseerarbeid de enkele luchtfoto zal worden benut.
k. Overige toepassingen van de luchtfoto
Behalve voor het maken van de basiskaarten worden de
luchtfoto's nog voor een aantal andere doeleinden toe
gepast.
In de eerste plaats als hulpmiddel voor de interpolatie
van hoogtelijnen uit de Hoogtekaart van Nederland.
Hierop komt een dicht net van hoogtepunten voor
(1 punt per ha). Stereoscopische beschouwing van de
luchtfoto levert een waardevolle bijdrage aan de juiste
weergave van het terreinreliëf op de topografische kaar
ten.
Verder worden bij de samenstelling van de kaarten
1 250 000, die ontstaan uit gegeneraliseerde kaarten
1 50 000, de nieuwste stadsuitbreidingen en verkavelin
gen overgenomen van de nieuwste luchtfoto's. Ten
slotte worden de luchtfoto's nog als basismateriaal ge
bruikt voor de uitwerking van het Project DTM, waar
over meer in punt 5, onder b.
5. Speciale opdrachten
Naast het normale werk, bestaande uit het periodiek ver
nieuwen of herzien van de fotogrammetrische basiskaar
ten, zijn na de Tweede Wereldoorlog nog enkele belang
rijke fotogrammetrische projecten in uitvoering geno
men, welke hier nadere vermelding verdienen.
a. Luchtkaartering van Nederlands Nieuw-Guinea
Van het in 1949 met Indonesië gesloten akkoord over de
soevereiniteitsoverdracht was het toenmalige Nieuw-
Guinea uitgesloten. De Nederlandse regering streefde
ernaar dit overschot van de voormalige kolonie versneld
te ontwikkelen en voor te bereiden op onafhankelijkheid.
In dat kader werd de kaarteringsarbeid van dit gebied ter
hand genomen.
Weliswaar bestonden er een aantal relatief goede kaar
ten op de schaal 1 250 000, nog samengesteld door de
Nederlands-Indische Topografische Dienst, maar deze
kaartserie was ten gevolge van de bezetting van Indië
door Japan nooit gereedgekomen (van de 54 bladen
waren er in 1942 33 beschikbaar). Bovendien werd deze
kaartschaal te klein geacht om als uitgangspunt te die
nen voor de economische openlegging van het gebied.
De leiding van de kaartering werd toevertrouwd aan een
Permanente Kaarterings Commissie. Besloten werd om
van geheel Nederlands Nieuw-Guinea een topografische
overzichtskaart 1 100 000 in UTM-projectie samen te
stellen. Een kaart die zoveel mogelijk zou worden geba
seerd op voorhanden, door de Amerikanen in 1948 ver
vaardigde trimetrogoonopnamen, waar nodig aangevuld
met nog nieuw te maken luchtfotografie. In een volgend
stadium zouden van nader vast te stellen prioriteitsgebie
den naar behoefte kaarten op de schaal 1 50 000 wor
den samengesteld uit daarvoor dan op te nemen lucht
foto's. De kaartering 1 100 000 werd gezamenlijk uitge
voerd door de TDN en MD.
De basiskaartering werd gedaan door de MD, welke als
eindresultaat aan de TDN potloodtekeningen 1 100 000
afleverde, waarop de kustlijnen, de rivieren, enkele be-
groeiingsgrenzen en de waterscheidingen globaal waren
309