Het heeft weinig zin te definiëren wat nu precies een luchtfoto is. Wij noemen elke foto, die is gemaakt vanuit een luchtvaartuig, een luchtfoto, wat de vlieghoogte ook moge zijn. Dit ter onderscheiding van foto's die zijn ge nomen vanaf een hooggelegen of misschien zelfs hoger gelegen vast standpunt. De reden daarvoor heeft niets van doen met de fotografie als zodanig, maar is louter praktisch van aard. Luchtfotografie staat of valt met de mogelijkheid een luchtvaartuig op de juiste wijze te navigeren (verderop meer hierover). Gelet op bovenstaand uitgangspunt is er in principe wei nig voor nodig om luchtfotografie te kunnen bedrijven. Omdat vrijwel ieder huishouden over een fototoestel be schikt en velen onder ons ook weieens hebben gevlo gen, is er sprake van een groot potentieel aan „lucht- fotografen". Toch zullen slechts weinigen aanspraak willen en kunnen maken op de betiteling luchtfotograaf. Wat maakt een luchtfotograaf dan zo uitzonderlijk? Die vraag moge interessant zijn, maar relevant is zij niet. Belangrijker is uiteen te zetten wat het bedrijven van luchtfotografie zoal vergt. Gaandeweg wordt dan duide lijk, waarin een luchtfotograaf zich onderscheidt van een willekeurige camerabezitter, die weieens een foto maakt vanuit een vliegtuig. De kern van ons betoog zal dan ook meer liggen bij de essenties van het bedrijven van lucht fotografie dan bij allerlei technische details. Voor ons vormen luchtfoto's een middel; een stuk ge reedschap, dat bruikbaar moet zijn. Luchtfoto's zullen te allen tijde zo goed mogelijk moeten beantwoorden aan het doel waarvoor ze zijn gemaakt. Bij goed gereedschap zijn vormgeving en uitvoering af gestemd op een specifiek gebruiksdoel; bij luchtfoto's zou het ons inziens niet anders behoren te zijn. In de uit voering van luchtfotografie valt op dit moment evenwel weinig differentiatie te bespeuren. Grof geschetst bestaan er slechts twee vormen van luchtfotografie: ten eerste het snapshot, gemaakt uit de vrije hand met een relatief lichte camera; ten tweede de systematische verticaalopname, vervaardigd met een vast opgestelde, grote, zware, voor fotogrammetrische doeleinden geconstrueerde camera. Daartussen bevindt zich nauwelijks iets. Dienen (potentiële) gebruikers zich neer te leggen bij dit summiere aanbod aan „gereed schap"? Ons antwoord op die vraag ligt besloten in het navolgende relaas. Multispectrale fotografie Een deel van de Remote Sensing-activiteiten aan de Landbouwhogeschool (LH) heeft betrekking op onder zoeksactiviteiten bij het LH-proefbedrijf, de ir. A. P. Minderhoudhoeve. Met behulp van multispectrale scan ning en multispectrale fotografie wordt onderzoek ge daan naar verschijnselen als bodemvariabilitelt, activiteit van wormen in grasland, en naar gewasgegevens ten be hoeve van akkerbouwveldproeven. De multispectrale fotografie wordt uitgevoerd in eigen beheer met behulp van apparatuur die is gebouwd bij de vakgroepen Landmeetkunde en Erfelijkheidsleer en bij de TFDL (Technisch Fysische Dienst voor de Landbouw). Daarbij is dankbaar gebruik gemaakt van de kennis en er varing van de Aviation Group van het ITC in Enschede. Op het vlak van de fotografische techniek is een samen werking aangegaan met de Photographic Technology Group van het Polytechnic of Central London. Doel In eerste instantie gaat bij alle toepassingen (kale bo dem, grasland, akkerbouwgewassen) de belangstelling uit naar verschillen in reflectie, zowel in relatieve als in absolute zin. Daartoe moet het mogelijk zijn in drie ver schillende golflengtebanden te fotograferen (groen, rood en nabij-infrarood). Hoe breed of smal die banden dienen te zijn, zal de erva ring moeten leren. In elk geval dienen zij wat ligging betreft overeen te stemmen met die van de multi spectrale scanner. Voor een juiste keuze zijn experimen ten nodig met diverse combinaties van films en filters. De bruikbaarheid van multispectrale fotografie voor bij voorbeeld het uitvoeren van akkerbouwveldproeven zal sterk afhangen van het moment van opname. Wanneer dat moment of die momenten vallen, wordt onderzocht door gemiddeld eens per twee weken het proefbedrijf te fotograferen. Zonodig zal de frequentie worden ver hoogd. Welke schaal de beste is, hangt af van hetgeen men op dat moment wil weten, en kan van gewas tot gewas ver schillen. Fotografie in eigen beheer De ir. A. P. Minderhoudhoeve omvat in totaal 240 ha bouwland en grasland, onderverdeeld in een groot aantal proefvelden. De te fotograferen eenheden zijn derhalve vanuit het oogpunt van luchtfotografie beperkt van om vang. Alleen al om die reden lag het weinig voor de hand uit sluitend gebruik te maken van grootformaat 23/23 verti caalopnamen. Bovendien zou het uitvoeren van de noodzakelijke experimenten met camera's van dat for maat te grote bedragen gaan vergen, terwijl de inzet baarheid niet zo flexibel zou kunnen zijn, als voor „foto grafie op afroep" wenselijk is. In de loop van de tijd hebben gangbare kleinformaat camera's (70 mm en 35 mm film) hun bruikbaarheid voor multispectrale fotografie bewezen. Deze camera's bie den tevens de mogelijkheid de fotografie in eigen beheer uit te voeren. Van 1977 tot 1980 heeft de vakgroep Landmeetkunde van de LH enige ervaring opgedaan met multispectrale 70 mm fotografie. Daarbij kon slechts met één camera tegelijk worden gefotografeerd. Hoewel deze werkwijze nogal tijdrovend is, indien met vier verschillende film- filtercombinaties wordt gewerkt, waren de resultaten zeer bemoedigend. Deze ervaring, gevoegd bij die van vele anderen, heeft geleid tot het besluit multispectrale fotografie te gaan bedrijven met meerdere camera's. De directe aanleiding was het opstarten in 1981 van het onderzoek „het toe passen van teledetectie (Remote Sensing) bij akker bouwveldproeven". Benodigdheden Vooraf viel en valt weinig te voorspellen over de beno digde opnameschalen. Daarom zijn voorzieningen ge troffen, die het vervaardigen van grootschalige opnamen mogelijk maken. Dergelijke opnamen zullen vooral nodig zijn voor het weergeven van details in gewassen. Beeld scherpte is dan een eerste vereiste. De kortste belichtingstijd van Hasselbladobjectieven be draagt (effectief) 3 milliseconde. Gegeven de vliegsnel- heid van kleine vliegtuigen (50 m/s) vertonen opnamen met een grotere schaal dan ca. 1 op 4 000 een waar neembare bewegingsonscherpte. Enkele van de te ge bruiken film/filter combinaties zullen evenwel leiden tot nog langere sluitertijden. 324 NGT GEODESIA 82

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1982 | | pagina 42