Kadaster en fotogrammetrie door ir. J. Timmerman, Afdeling Fotogrammetrie, Hoofddirectie Kadaster te Apeldoorn. SUMMARY Cadastre and Photogrammetry In the Netherlands photogrammetry is applied for cadastral purposes for more than 25 years. This article first describes the present situation; furthermore the forthcoming developments are outlined with a special emphasis on digital-mapping procedures. 1. Inleiding Zowel Kadaster als fotogrammetrie komen wat belang stelling betreft dit jaar ruimschoots aan hun trekken. De Dienst van het Kadaster en de Openbare Registers viert immers haar 150-jarig bestaan. In dit nummer van NGT Geodesia wordt anderzijds ruime aandacht geschonken aan het feit dat de Nederlandse Vereniging voor Foto grammetrie 50 jaar bestaat. Het is tevens ruim 50 jaar geleden, dat de eerste proeven werden genomen met de inschakeling van fotogramme trie voor kadastrale doeleinden. Veel is er in die begin jaren in kadastrale kringen over de toepassing van de fotogrammetrische meettechniek gediscussieerd. Deze discussie spitste zich vooral toe op de voor- en nadelen van een grafisch kadaster. Het is hoogst interessant om oude jaargangen van het Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde en het destijds 1937) daarbij behorende bijblad Fotogram metrie nog eens na te slaan op allerhande artikelen, welke handelen over voors en tegens van de toepassing van fotogrammetrie. In 1937 komt de oud-Ingenieur-Verificateur van de Domeinen Rieuwerts de Vries in zijn artikel [1]*) ,,De luchtfotogrammetrie en het Kadaster" tot o.m. de op merking „dat hij evenmin de hoop kan koesteren, dat de gevoelige plaat eerlang een gewaardeerde medewerkster in den kadastralen dienst zal worden". Door allerlei oorzaken duurt het toch tot het begin van de jaren '50 vooraleer de toepassing van fotogrammetrie voor kadastrale doeleinden qua omvang enige betekenis gaat krijgen. Op 16 december 1953 houden ir. G. F. Witt en prof. dr. ir. W. Schermerhorn in lezingen voor de Nederlandse Vereniging voor Fotogrammetrie pleidooien voor de toe passing van fotogrammetrie bij het Kadaster [2]Ruim drie jaar later wordt bij het Kadaster overgegaan tot de oprichting van een eigen Fotogrammetrische Dienst. Hoe een en ander is verlopen, is onlangs beschreven door ir. H. L. van Gent in „Een halve eeuw ontwikkeling van fotogrammetrische- en reproduktietechnieken bij het Kadaster" [31Hierin wordt tevens een volledig beeld gegeven van de wijze waarop de fotogrammetrische meettechniek zich bij het Kadaster ontwikkelde in de af gelopen ruim 25 jaren. De nummers 1 t.m. 9 verwijzen naar „Literatuur" aan het eind van dit artikel. Bij het voorbereiden van een artikel als dit, vraagt men zich natuurlijk af welke kant van het gekozen onderwerp bij uitstek voor een nadere beschrijving het meest in aan merking komt. Het bovengenoemde werk van Van Gent maakt het mogelijk om, voor wat betreft de historische ontwikkeling van de fotogrammetrie bij het Kadaster, daarnaar te verwijzen. Een heel andere kant van de zaak is de vraag inzake de te verwachten ontwikkelingen. Wie overigens de ont wikkelingen zich thans met een grote snelheid ziet vol trekken, vraagt zich evenwel tevens af waar hij de moed vandaan haalt om een blik vooruit te werpen. Toch te kent zich thans reeds een aantal ontwikkelingen af, waardoor het mogelijk is daarover enkele opmerkingen te maken. In hoeverre allengs van een vooruitgang kan worden gesproken, hangt in hoge mate samen met de vraag of aan de veranderingen een doelgericht streven ten grondslag heeft gelegen. We doen er in alle opzichten goed aan ons bij voortduring erop te bezinnen waar we heen willen. Daarmee kan worden voorkomen dat veran deringen toevallig tot stand komen. We zullen bij het bepalen van de koers kritisch de ontwikkelingen moeten volgen en zo mogelijk sturen, doch in elk geval proberen te voorzien en tot passende strategieën en initiatieven te komen. Om evenwel initiatieven tot succesvolle veranderingen c.q. vernieuwingen te laten komen, is acceptatie nodig. Daarbij wordt wel het epigram van „willen, kunnen en mogen" gebruikt, waardoor wordt aangegeven dat succesvolle vernieuwingen worden gedragen door vier acceptatie-criteria [4]. Dat wil zeggen, dat de organisatie zich afvraagt: „kunnen wij het", „willen zij (de markt) het", „willen wij het" en „mogen wij het". Ontbreekt er één, dan is de kans op een succesvolle vernieuwing kleiner. 2. Schets van de huidige situatie De fotogrammetrische meettechniek wordt thans op grote schaal toegepast bij het Kadaster. Het doel is vrij wel steeds de vervaardiging van topografische kaarten van de meest uiteenlopende gebiedssoorten. De laatste jaren is er een duidelijke verschuiving waar te nemen op het gebied van de kaarteerschalen. Waar tot voor enkele jaren de 1 2 000 kaartschaal in hoofdzaak werd gehanteerd, is thans overwegend sprake van de 1 1 000 kaartschaal met daarnaast tevens de 1 500 schaal enerzijds en de 1 2 000 schaal anderzijds. Deze verschuiving is voornamelijk veroorzaakt door de intro ductie van de Grootschalige Basiskaart van Nederland. 328 NGT GEODESIA 82

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1982 | | pagina 46