sprake. De voor deze gebieden meest geschikte camera
is die met een brandpuntsafstand van 30 cm. Vanwege
de verhoudingsgewijs kleine openingshoek biedt deze
camera de mogelijkheid om tussen de bebouwing nog
vele details waar te nemen, hetgeen nog wordt versterkt
door de kleurenopname.
Een nadeel is evenwel, dat het bij het Kadaster beschik
bare aantal instrumenten, waarmee deze opnamen kun
nen worden uitgewerkt, beperkt is. Een oplossing wordt
gevonden in het gebruik van de 21 cm camera al of niet
gepaard gaande met de keuze voor een groter overlap-
percentage of in uitbesteding.
Tot voor enkele jaren waren alle fotogrammetrische uit
werkingsinstrumenten voorzien van mechanische teken
tafels. De informatie werd toen langs mechanische weg
van het instrument overgebracht naar de tekentafel.
Thans zijn al deze mechanische tekentafels vervangen
door de semi-automatische tekentafels van het type
Wild-Aviotab TA. In de praktijk van de afgelopen jaren
blijken deze tafels van veel nut te zijn. Het kaarte-
ringsproces loopt aanmerkelijk soepeler dan voordien,
terwijl de kwaliteit van het kaartprodukt is gestegen. De
niet geringe stijging van de produktiviteit is vooral het
gevolg geweest van het feit, dat de fotogrammetrische
waarnemer rustiger en geconcentreerder zijn werk kan
doen met dit instrumentarium.
Een bijkomend voordeel van de semi-automatische
tekentafel is de mogelijkheid om een grotere over
brenging van fotoschaal naar kaartschaal te realiseren
dan bij de mechanische tekentafels. Het resultaat hier
van is, dat kan worden bespaard op vergrotingswerk
zaamheden. In de praktijk betekent dit, dat, waar
destijds bijv. een 1 2 000 kaartering langs reprogra-
fische weg moest worden vergroot naar 1 1 000, deze
kaartering 1 1 000 thans direct aan het uitwerkings
instrument wordt vervaardigd.
De aldus vervaardigde kaarten worden direct aan de op
drachtgever geleverd, d.w.z. zonder tussenbewerking.
De praktijk van thans is, dat nog steeds in meerdere of
mindere mate wordt naverkend.
Na de naverkenningsfase wordt door de opdrachtgever
de eindafwerking ter hand genomen, resulterend in een
definitief kaartprodukt.
3. De ontwikkeling
De afdeling Fotogrammetrie van het Kadaster heeft in
middels een kwart eeuw ontwikkeling achter de rug. Als
,,open systeem" ondergaat zij de invloed van haar om
geving en zal zij die zelf weer moeten verwerken [5].
In diezelfde kwart-eeuw kan er van een stormachtige
ontwikkeling worden gesproken op het vakgebied foto
grammetrie. We bevinden ons thans in de analytisch-
digitale fase na de fase van de analoge fotogrammetrie.
In de beginjaren van de fotogrammetrie werd deze meet
techniek beschreven als de kunst om berekeningen te
vermijden. Thans is dit beeld volslagen veranderd.
In de vorige paragraaf is een overzicht geboden van de
huidige bij de afdeling Fotogrammetrie toegepaste werk
wijze. Daarbij is voorbijgegaan aan ontwikkelingen die
zich thans reeds aftekenen. Daarom hierover nu enkele
opmerkingen.
a. Het signaliseringsp/an, het v/iegplan en de luchtfoto
grafie
Bij de planning van de luchtfotografie speelt een groot
aantal factoren een rol. In punt 2, onder a werd daarover
330
reeds een aantal opmerkingen gemaakt. Algemeen uit
gangspunt is de gevraagde prestatie (meestal een kaar
tering) te leveren tegen de laagste kosten.
Een van de mogelijkheden om de kosten te drukken is de
minimalisering van het aantal paspunten. Dit bespaart
niet alleen op de bepaling ervan, doch ook op de signali-
sering en de bewaking van de signalen.
Een en ander leidt ertoe een systeem te ontwikkelen,
waarmee tot een zodanige ordening van vliegstroken
kan worden gekomen, dat met een minimaal aantal
paspunten kan worden volstaan. Dit houdt in dat ,,ver-
kenningsregels" voor fotogrammetrische blokvereffe-
ning worden ontwikkeld met als een van de parameters
de kostenfactor. Door een specifieke ordening van vlieg
stroken is een optimum te bereiken.
Een andere wijze om te voorzien in de noodzakelijke
paspunten is die, waarbij gebruik wordt gemaakt van
reeds bestaande luchtfotografie, d.w.z. een vroegere
generatie luchtfotografie. Modellen uit deze vroegere
generatie bevatten een veelheid aan punten die dienst
kunnen doen als paspunt voor een volgende generatie.
Op die manier kan een fotogrammetrische grondslag-
bank worden opgebouwd. Hier liggen mogelijkheden
voor niet onaanzienlijke besparingen. Nodig is dat een
scherpe analyse wordt gemaakt van de voorwaarden
waaronder van deze methode gebruik kan worden ge
maakt. Naarmate de fotogrammetrische meettechniek
meer wordt toegepast, is in elk geval de kans dat ergens
een vroegere generatie luchtfotografie aanwezig is, gro
ter. In principe liggen hier ook openingen naar een toe
passing van fotogrammetrie voor bijhoudingsmetingen.
Voor wie enigszins thuis is in de fotogrammetrie, moet
bekend zijn dat „een goede opname het halve werk is".
De fotografische kwaliteit van de luchtopname is van erg
grote invloed op de kosten van een fotogrammetrisch
proces. Dit heeft een aantal jaren geleden geleid tot de
in punt 2, onder a genoemde Algemene voorwaarden.
Het blijkt in de praktijk noodzakelijk deze Algemene
voorwaarden steeds verder te verfijnen; dat wil zeggen
met de daarbij direct betrokkenen zoeken naar mogelijk
heden tot beheersing van de fotografische kwaliteit van
de luchtopname. Het inbouwen in de luchtfotocamera
van een sensor, met behulp waarvan het fotografische
proces kan worden beheerst, behoort tot de mogelijk
heden.
Een grotere druk vanuit de fotogrammetrische praktijk
zal er ongetwijfeld toe leiden, dat hier de bestaande
mogelijkheden daadwerkelijk in praktijk worden ge
bracht. Stabilisatoren zullen er anderzijds toe blijven bij
dragen dat de opnamen bij een zo goed mogelijke verti
cale optische as worden gemaakt.
b. Technische voorbereiding, aerotriangulatie en blok-
vereffening
Een punt van belang bij de technische voorbereiding is
de bepaling van de sterkte van de ontworpen meetkun
dige grondslag. Vooral bij afwijkingen van de opname
t.o.v. de planning is het noodzakelijk het grondslag
model te toetsen. Het ontwerpen van voor de praktijk
geschikte „verkenningsregels" is hier van belang voor
de beheersing van het proces van fotogrammetrische
puntsbepaling.
Dit alles kan en zal ertoe leiden dat het proces van aero
triangulatie en blokvereffening nog beter beheersbaar
wordt. De basis van de blokvereffening wordt, zoals
gezegd, gevormd door de meting van de afzonderlijke
NGT GEODESIA 82