agenda
publikaties
de organisatorische en bestuurlijke veranderingen niet meer onmo
gelijk zijn.
In dit verslag van het symposium mag tenslotte niet onvermeld blij
ven de voortreffelijke wijze waarop tussen de inleidingen door
mevrouw Gomes, medewerkster van de hoofddirectie, enkele ge
dichten uit het boek ,,Op goede gronden" voordroeg.
Samenvatting van de paneldiscussie naar aanleiding van de
inleidingen
Het panel, onder voorzitterschap van jhr. drs. P. A. C. Beelaerts
van Blokland, discussieerde aan de hand van schriftelijk ingediende
vragen. In dat panel hadden alle sprekers zitting m.u.v. de heer
Schakel, die was verhinderd; zijn plaats werd ingenomen door ir.
N. H. A. Greve van de Landinrichtingsdienst.
De eerste vraag was voor prof. Van Wely. Hem werd gevraagd hoe
de voorlopige Centrale Kaarteringsraad (VCKR) meer inhoud denkt
te geven aan het maken van programma's, waarin aard en omvang
van de behoefte aan grootschalig kaartmateriaal tot uitdrukking
komen.
Hij meende dat, nu een meer gedifferentieerd produkt zal worden
geboden, de koopkrachtige vraag en de urgentiebehoefte veel dui
delijker zullen worden; programma's, die nu worden opgesteld
kunnen meer dan voorheen de inhoud krijgen die de VCKR voor
ogen staat.
Over stedelijke herverkaveling, waarover in Groningen een proef
plaatsvindt, zei prof. Priemus dat hij denkt dat in het bijzonder in
de zogenoemde tweede ringsgebieden door zo'n herverkaveling
misschien veel ellende is te voorkomen; een beter beheer en betere
eigendomsverhoudingen zijn wellicht mogelijk, al vond hij het
moeilijk in dit vroege stadium een definitief oordeel te geven.
Ziet prof. De Haan een Rijksschattingsdienst bij het Kadaster als
een reële mogelijkheid? Zijn antwoord was dat het erom gaat dat
er uniforme richtlijnen komen voor een uniforme schatting waar
mee niet is gezegd dat het Kadaster alles dan ook zelf moet doen;
wel acht hij het zinvol dat de centrale registratie door het Kadaster
wordt uitgevoerd.
De vraag of een Rijksschattingsdienst zich op economische waarde
of op objectieve gegevens moet richten, kan volgens prof. Priemus
niet zomaar worden beantwoord: het hangt van het beleidsveld af,
of het accent wat meer op het een of wat meer op het ander valt.
Hoe moet een informatiebestand worden gerealiseerd dat aan alle
eisen voldoet die door prof. Priemus waren aangegeven? Hij
meent, dat het de kunst is om de opbouw op een zodanige wijze
te structureren, dat alleen die gegevens worden geregistreerd die
bij een bepaald beleidsveld worden gevraagd. Het grootste pro
bleem is dat van de eenvoud die je moet betrachten, en dat is nog
niet opgelost.
Over het eventueel houden van een bosregister zei prof. De Haan,
dat het déér moet worden gehouden, waar de verantwoordelijkheid
ligt voor het bosbeheer en dat is, voor wat het Rijk betreft, Staats
bosbeheer. Het Kadaster kan, naar zijn mening, hoogstens gege
vens toeleveren.
Prof. De Haan gaf ook nog zijn visie over de wijze waarop een
Kadasterraad kan worden gestructureerd. Hij zou de lijn van de
VCKR willen doortrekken, en naast een centrale, landelijke Kadas
terraad, provinciale commissies willen zien ingesteld. Op die manier
kunnen o.a. waterschappen en gemeenten beter bij bijvoorbeeld de
opstelling en de uitvoering van de Kadasterwet worden betrokken.
De vraag aan prof. Brussaard of hij verwacht dat er op centraal
niveau bestanden gevoed en beheerd zullen blijven of gaan wor
den, beantwoordde hij in die zin, dat er weliswaar een algemeen
kader nodig is, maar dat ook differentiatie noodzakelijk is. In een
dichtbevolkt industrieel gebied zit immers veel meer beweging dan
in een veel dunner bevolkt agrarisch gebied.
Op de vraag, of voor wat betreft alle toevoegingen in de vastgoed
informatiesfeer aansluiting moet worden gezocht bij gemeentelijke
systemen op dit terrein, werd door pro?. De Haan geantwoord, dat
er indertijd is besloten centraal een Kadaster in te stellen. Vanuit dit
gegeven moet, naar zijn mening, worden bekeken wat er decen
traal, op gemeentelijk niveau, mogelijk is. Dan moeten echter die
gemeenten er wel autonoom beleid mee kunnen voeren. Het gaat
er uiteindelijk om wie er landelijk het best over bepaalde gegevens
kan beschikken, hoe die gegevens ook worden toegeleverd.
Prof. Brussaard is van mening, dat veel stringenter onderscheid
moet worden aangebracht betreffende de beslissingen wie welke
informatie nodig heeft enerzijds en anderzijds hoe een en ander
technisch en geografisch kan worden opgelost.
Prof. Priemus vond het hanteren van een doelmatigheidscriterium
in het geval dat de effecten van nieuwe technieken niet duidelijk
zijn, zo gek nog niet.
Gevraagd, of hij vindt dat het wetgeving vergt wanneer gemeente
lijke en nationale bestanden worden gekoppeld, antwoordde prof.
Priemus, dat eerst moet worden uitgezocht hoe e.e.a. financieel-
NGT GEODESIA 83
technisch in elkaar zit: wat kan er wel, wat niet, wat kost het; als
sluitstuk van het geheel zou dan moeten worden bezien hoe je daar
een wettelijke basis aan geeft.
Dienen de taken van het gemeente-kadaster in een regeling te wor
den vastgelegd? Prof. De Haan meende dat overleg in elke geval
dringend nodig is, bijvoorbeeld in de Kadasterraad. Hij is van
mening dat deze materie niet op voorhand wettelijk moet worden
geregeld. Wel vindt hij dat het gemeente-kadaster, in het kader van
de Kadasterwet, aandacht zou moeten krijgen omdat het betrek
king heeft op een belangrijke dienstverlening.
29 maart 1983
Rayonbijeenkomst NGL Zuid-Holland. Sprekers: ir. L. C.
Herinckx van Eurosense BV en G. J. Eikenaar van de gemeen
te 's-Gravenhage. Onderwerp: Remote Sensing en straat
bomen. Plaats: ITC-gebouw te Delft. Zie bericht op p. 57 van
het februarinummer.
6 april 1983
De rayoncommissie van het NGL voor Noord-Holland organi
seert een excursie naar het Oosterscheldeproject. Zie bericht
op p. 57 van het februarinummer.
14 april 1983
Studiedag NGL. Onderwerp: Landmeetkunde in de ruilverka
veling. Plaats: Jaarbeurscongrescentrum te Utrecht. Zie be
richt op p. 88.
19-21 april 1983
Lustrumviering van de Nederlandse Vereniging voor Kartogra-
fie te Noordwijkerhout. Zie bericht op p. 57 van het februari
nummer.
28 april 1983
De Stichting KAFI organiseert een studiedag met als thema
„Maatschappelijke ontwikkelingen en vastgoedinformatie".
Zie bericht op p. 97.
28 april 1983
25e Rayonbijeenkomst Zeeland te Goes. Nadere aankondiging
volgt in het aprilnummer.
19 mei 1983
De rayoncommissie van het NGL voor Noord-Brabant organi
seert een rayonavond. Als spreker is uitgenodigd de heer
D. van Damme. Onderwerp van zijn lezing: „Landmeten in
België". Nadere aankondiging volgt.
1 en 2 juni 1983
De Stichting Studiecentrum voor Vastgoedinformatie organi
seert een seminar onder de titel: „Vastgoedinformatie bij ge
meenten". Zie bericht op p. 97.
19-28 juni 1983
17e FIG congres te Sofia. Zie ook het bericht op p. 439 van het
decembernummer van 1982.
19-24 september 1983
39e Fotogrammetrische Week te Stuttgart. Zie bericht op
p. 58 van het februarinummer.
26, 27 en 28 oktober 1983
12e NGL congres in het Jaarbeurscongrescentrum te Utrecht.
Nadere berichten volgen.
HISTORISCHE VERMESSUNGSINSTRUMENTE
Helmut Minow Historische Vermessungsinstrumente. Ein Ver-
zeichnis der Sammlungen in Europa. Verlag Chmielorz GmbH,
Wiesbaden 1982. ISBN 3-87124-003-6. Prijs: DM 108,-.
Helmut Minow en de Westduitse Arbeitskreis „Geschichte des
Vermessungswesen" hebben in samenwerking met de Belgische
commissie „Geschiedenis van het Beroep" en de Hongaarse Geo
detische en Kartografische Vereniging getracht een inzicht te krij
gen in waar zich in Europa historische landmeetkundige instrumen
ten bevinden. De deelnemende commissies hebben Europa in een
aantal regio's verdeeld, waarbij Nederland tot het „Belgische" deel
behoorde. Vervolgens moest men adressen van musea en collec
ties verzamelen; geen gemakkelijke taak, omdat er nog nauwelijks
iets bekend was, en het werk nog extra werd bemoeilijkt, wanneer
ties verzamelen; geen gemakkelijke taak, omdat er nog nauwelijks
iets bekend was, en het werk nog extra werd bemoeilijkt, wanneer
men buiten het eigen geboorteland moest werken. Daarna werden
enquêteformulieren toegezonden, die later weer werden verwerkt.
95