Beknopte en duidelijke beschrijving van de diverse onderdelen en
het gebruik van het astrolabium. Hierbij wordt ook aandacht
besteed aan het meten van afstanden en hoogten met behulp van
het schaduwvierkant.
F. Keverling Buisman en E. Muller. Kadastergids. Rijksarchief
dienst, 's-Gravenhage 1979. 56 p., 23 voorbeelden w.o. enige
kaartfragmenten.
Gids voor de raadpleging van hypothecaire en kadastrale archieven
uit de 19e en de eerste helft van de 20e eeuw.
Edmond R. Kiely. Surveying Instruments. Their history. Carben
Surveying reprints 1979. 274 Winthrop Rd, Columbus, Ohio 43214.
273 p., 152 fig.
Van dit in 1947 verschenen boek over de geschiedenis der land
meetkundige instrumenten, dat destijds de toevoeging had „Their
history and classroom use", is een uitstekende herdruk versche
nen, echter met weglating van het gedeelte over het gebruik op
school. Jammer dat ook de appendix is weggelaten waarnaar in de
noten (ook nu nog) wordt verwezen.
M. F. Boode. 150 jaar rivierkaarten in Nederland. Rijkswaterstaat-
serie no. 30. Maart 1979. Publikatie van de Meetkundige Dienst van
de Rijkswaterstaat, Delft. 50 p., 19 fig.
Beknopt, duidelijk overzicht over de geschiedenis van de rivier-
kaart. Zowel aan de opmeting als aan de vervaardiging wordt aan
dacht besteed; een groot aantal kaartfragmenten verduidelijken de
tekst.
NN. Rijksdriehoeksmeting. Serie landmeetkundig perspectief no.
2. Een reeks publikaties van de Dienst van het Kadaster en de
Openbare Registers. Ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke
Ordening. September 1979. 48 p., 35 fig.
Beknopt, zakelijk overzicht van de historie van de driehoeksmeting
en de werkzaamheden van de afdeling Rijksdriehoeksmeting. Aan
dacht wordt besteed aan het nut en het gebruik van het coördina
tenstelsel en aan internationale activiteiten. Bijzonder aanbevolen
voor niet-geodeten om een inzicht te krijgen in het wezen van de
driehoeksmeting.
N. van der Schaaf (editor). The Centenary of the Netherlands Geo
detic Commission. Rijkscommissie voor Geodesie Delft 1979. ISBN
90 6132 029 1. 228 p., vele afbeeldingen.
Gedenkboek uitgegeven ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan
van de Rijkscommissie voor Geodesie. Heden en verleden worden
behandeld en geven een goed inzicht in de werkzaamheden van de
Rijkscommissie.
A. Waalewijn. De tweede nauwkeurigheidswaterpassing van Ne
derland. 1926-1940. Rijkscommissie voor Geodesie, Delft 1979.
ISBN 90 6132 030 5. 165 p., 40 fig.
Na een historisch overzicht van de waterpassingen voor 1875 en de
eerste nauwkeurigheidswaterpassing 1875-1885 volgt de voorge
schiedenis en voortgang van de tweede waterpassing. Aandacht
wordt besteed aan het instrumentarium, de meetmethode, de
reductie van de waarnemingen, de vereffening en de nauwkeurig
heid. Op duidelijke wijze is voor het nageslacht vastgelegd hoe het
allemaal is verlopen.
P. D. A. Harvey. The history of Topographical Maps. Symbols,
pictures and surveys. Thames and Hudson, London 1980. 199 p.,
106 fig.
Dit boek besteedt aandacht aan de geschiedenis van grootschalige
kaarten en de wijze waarop informatie van het aardoppervlak op de
kaart is weergegeven, en tevens aan de landen van de klassieke
oudheid en het verre Oosten naast de landen van Europa, waarbij
Nederland een opvallende plaats inneemt.
Jean Randier. Nautische Instrumente. Stalling Verlag GmbH Ol
denburg und München 1979. ISBN 3 7979 1895 X. Duitse vertaling
van het oorspronkelijk in Parijs verschenen boek „L'lnstrument de
Marine". 220 p., ong. 250 fig.
Rijk geïllustreerde geschiedenis van bij de zeevaart gebruikte instru
menten: navigatie, tijdsmeting, hydrografie, astronomie, metereo-
logie en zelfs geodesie. De waarde van het boek ligt vooral bij de
vele illustraties. Zoals vaak bij de boeken van Randier is de tekst
hier en daar onvolledig, de juistheid van de gegeven informatie
soms twijfelachtig, een enkele keer zelfs duidelijk verkeerd.
Mededelingen no. 2, oktober 1982
In mededelingen no. 1 is de aandacht gevestigd op een aantal
publikaties die direct of indirect betrekking hadden op de geschie
denis der geodesie. Helaas is het aantal artikelen op dit terrein niet
erg groot, zodat eerst nu, na ruim twee jaren, een vervolg op deze
mededelingen kan verschijnen.
Om te beginnen zijn er enige jubilea geweest, die onder meer publi
katies tot gevolg hebben gehad:
Een halve eeuw meetkundige dienst 1931-1981. Rijkswaterstaat-
serie no. 35. Delft 1981. 92 p., 56 fig.
NGT GEODESIA 83
In dit prettig leesbare boek wordt de geschiedenis en de voorge
schiedenis van de MD behandeld. Veel aandacht wordt ook be
steed aan de huidige werkzaamheden van deze Dienst, waaronder
de niet-topografische werkzaamheden als registratie van scheeps
wrakken en opnamen van gevels van gebouwen. Een goed ver
zorgde en zeer informatieve publikatie.
150 Jaar Kadaster. Handleiding bij de tentoonstelling „150 jaar
Kadaster". Een uitgave van het Ministerie van Volkshuisvesting en
Ruimtelijke Ordening. 's-Gravenhage 1982. 32 p.
In dit populair geschreven werkje, dat rijk is geïllustreerd, wordt de
huidige taak van het Kadaster behandeld, terwijl ook ruimschoots
aandacht wordt besteed aan het verleden. Het al of niet bezoeken
van de tentoonstelling heeft geen invloed op het lezen van dit
boekje.
Vesting. Vier eeuwen vestingbouw in Nederland. Jubileumuitgave
t.g.v. het 50-jarig bestaan van de Stichting Menno van Coehoorn.
's-Gravenhage 1982. 191 p.
Deze met veel illustraties verluchtigde jubileumuitgave besteedt,
zoals te verwachten, vooral aandacht aan de vestingbouw. De vele
kaartjes en de artikelen over de landmeter-vestingbouwer Adriaan
Anthonisz. en Simon Stevin zijn ook voor landmeetkundig geïnte
resseerden belangwekkend, terwijl de, helaas beknopte, informatie
over de uitzetwerkzaamheden een andere wereld doet opengaan.
In 1981 bestond het bekende planetarium van Eise Eisinga in Frane-
ker 200 jaar. Ter gelegenheid daarvan zijn twee publikaties versche
nen:
De hemel is gestegen of de aarde is gedaald, door A. den Oudsten
en anderen. Een uitgave van het museum 't Coopmanshüs, Frane-
ker 1981. 94 p. en vele illustraties, waaronder acht in kleur.
Friesche Sterrekonst. Geschiedenis van de Friese sterrenkunde en
aanverwante wetenschappen door de eeuwen heen. Geschreven
door H. Terpstra, conservator van het Planetarium te Franeker. Uit
geverij T. Wever, Franeker 1981ISBN 90 6135 323 8. 448 p., geïll.
In beide boeken wordt, behalve aan het planetarium en de sterren
kunde, aandacht besteed aan de Hogeschool te Franeker en de
Friese zeevaart- en landmeetkundigen. Hierbij is vooral belang
wekkend het vierdelige handschrift over (land)meetkunde van de
landmeter Claes Ottes Jelbema, die in 1700 tot landmeter werd
geadmitteerd. Het omvangrijke boek van Terpstra is met recht een
levenswerk; het bevat zeer veel historische informatie en is zeer
prettig geschreven. In alle opzichten is het de aanschaffingsprijs
van 75 gulden waard!
Verder verschenen de volgende publikaties:
Johan Sems, 1572-1635. Een doctoraalscriptie van F. Westra. Gro
ningen 1980.
Deze 70 p. tellende scriptie,-voorzien van 20 illustraties is vooral een
biografische beschrijving van het leven van Dou in Leiden, Fries
land, Oost-Friesland en Denemarken. Er is weinig landmeetkundige
informatie in te vinden. Enige aandacht wordt besteed aan het
samen met Dou geschreven boek „Practijck des Lantmetens",
maar de in deze scriptie gestelde veronderstellingen over de ver
schijningsdata van de diverse edities moeten sterk in twijfel worden
getrokken.
The compleat surveyor. Een publikatie van A. W. Bennet en Olivia
Brown, dienend als begeleiding van een speciale tentoonstelling in
het Whipple Museum of the History of Science. 30 p. Cambridge
1982.
Dit is een rijk geïllustreerd boekje over de geschiedenis van de
(Engelse) landmeetkundige instrumenten met een lijst van de in het
museum voorhanden zijnde historische landmeetkundige publika
ties. Het boekje is voor 1,— verkrijgbaar bij het museum.
Antique Scientific Instruments door Gerard L. E. Turner. Blandford
press, Poole, Dorset (GB) 1980. ISBN 0 7137 0923 5 (hardback edi
tion), ISBN 0 7137 1068 3 (paperback edition). 168 p., 69 kleurenill.
en een aantal zwart-wit afbeeldingen in de tekst.
Dit boek, geschreven door Turner, werkzaam als curator aan het
Museum of the History of Science in Oxford, is vooral bestemd
voor verzamelaars van wetenschappelijke instrumenten. In een
aantal hoofdstukken wordt een beschrijving gegeven van instru
menten behorend bij een bepaald vakgebied, waaronder navigati
on, surveying, drawing and calculation. Tussen de tekst door
wordt heel wat historische informatie gegeven. Aan het eind is een
beknopte, maar waardevolle bibliografie opgenomen.
Van dit boek is ook een Nederlandse uitgave verschenen, maar het
is niet bekend of de vertaling goed (of slecht) is.
Het is wellicht overbodig nog te wijzen op twee belangrijke werken,
die in de afgelopen tijd zijn verschenen, nl.:
131