Meetkundige grondslag*) het er niet mee eens is, kan schriftelijk bezwaar indienen bij de PC. De stukken die de PC ter inzage moet leggen, zijn: lijst rechthebbenden en eerste schatting; plan van toedeling; lijst geldelijke regelingen. De PC moet proberen de ingediende bezwaren op te los sen. Dat gebeurt via gesprekken met reclamant en even tueel andere belanghebbenden. Wordt men het niet eens, dan wordt de zaak verwezen naar de rechter commissaris. In iedere ruilverkaveling wordt een rechter-commissaris (een lid van de rechtbank) aangesteld. Hij ziet erop toe, dat de wet goed wordt toegepast en tracht overeen stemming te bereiken in de nog niet door de PC opge loste bezwaren. Indien dat niet lukt, verwijst hij de zaak door naar de rechtbank. Deze doet tenslotte uitspraak, leder bezwaarschrift wordt dus, als de indiener dat wil, drie keer behandeld, te weten door de PC, de rechter commissaris en de rechtbank. Landmeetkundige aanpak In het voorgaande ben ik heel globaal ingegaan op diverse facetten van de ruilverkaveling. Ik ben me ervan bewust, dat ik niet volledig ben geweest. Die volledig heid kan in het kader van deze studiedag ook niet wor den gegeven. Het gaat hier immers niet om de procedu rele kant van de ruilverkaveling, maar om de landmeet kundige aspecten ten behoeve van de ruilverkaveling. Toch wil ik iets zeggen over deze landmeetkundige aspecten, zonder daarbij in te gaan op de te gebruiken methoden, waarbij vooral de plaats van het te gebruiken kaartmateriaal kort zal worden aangeduid. Bij het begin van de ruilverkaveling beschikken we over kadastrale kaarten, veelal op schaal 1 25 00 en 1 5 000, die meestal niet in het RD-stelsel zijn. Deze kaarten zijn ongeschikt als basis voor het opmaken van het plan van toedeling. Daarom worden volledig nieuwe kaarten aangelegd op schaal 1 2 000 en in het RD- stelsel. Dit zijn de zogenoemde Werkplans II (WP II). Als er een Grootschalige Basiskaart van Nederland (GBKN) aanwezig is, wordt deze als Werkplan II gebruikt. Op deze Werkplans II worden eerst de blokgrens en de door ing. H. E. Veenendaal, de Dienst van het Kadaster 1. Inleiding Uit de inleiding van de heer Schoemakers zou ik een viertal opmerkingen willen aanhalen. Deze zijn naar mijn Inleiding gehouden op 14 april 1983 op de NGL studiedag „Landmeetkunde in de ruilverkaveling" te Utrecht. NGT GEODESIA 83 wegen en waterlopen afgebeeld. Als dat is gebeurd, is de te verkavelen grond bekend en worden daarvan de oppervlakte en waarde berekend. Daarna worden op het WP II de vaste en blijvende grenzen afgebeeld. Vervol gens wordt het plan van toedeling opgemaakt. Eerst wordt het schetsplan opgemaakt en vervolgens de kavelgrenzen scherp ingerekend. Dan worden de uitzet- gegevens verzameld en kavelgrenzen in het terrein uitge zet. Bij de kadastrale toepassing wordt het WP II „omge vormd" tot kadastrale kaart. Deze nieuwe kadastrale kaart is dus in het RD-stelsel. Rapport landmeetkundige aanpak In de beginfase van een ruilverkaveling wordt door het Kadaster een rapport landmeetkundige aanpak geschre ven. Dit rapport geeft de relatie aan tussen het meten en de uitvoeringsprocedure in een ruilverkavelingsobject en de kadastrale toepassing daarvan. Deze aanpak heeft ten doel in een vroegtijdig stadium aan te geven welke meetmethoden men zal gebruiken, welke kaarten er worden vervaardigd en welke land meetkundige gegevens bij de verschillende onderdelen van de procedure nodig zijn. Tussen het meten van de blokgrens en het afleveren van het eindprodukt ligt ge middeld meer dan tien jaar. Van de samenstellers van het rapport landmeetkundige aanpak wordt dan ook een visie verwacht op de moge lijkheden in de landmeetkunde. Tevens moeten ze een landmeetkundig model beschrijven voor het kadastrale vastgoedsysteem in de toekomst, waarbij een aantal zaken moet worden overwogen, zoals: het rechtsbewustzijn van belanghebbenden; de grondpolitiek; de snelheid van informatieverwerking; het economische klimaat; de personele situatie. In deze inleiding is een inzicht gegeven in de ruilverkave lingsprocedure en ook in de landmeetkundige omlijsting van de meetwerkzaamheden in de ruilverkaveling. Op dit laatste facet wordt in de volgende inleidingen uitvoeriger ingegaan. mening essentieel om de ontwikkelingen in de ruilverka veling en de plaats van de landmeetkunde daarin te schetsen. 7. Oorspronkelijk is ruilverkaveling bedoeld ter bevor dering van de land- en tuinbouw". Wanneer we kijken naar de Ruilverkavelingswet 1954, waarvoor dit in sterke mate geldt, kunnen we vervolgens 195 Ie technisch medewerker bij de afdeling Projecten van en de Openbare Registers in de provincie Utrecht.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1983 | | pagina 17