De actualiteit wordt veelal afgestemd op de duur van het
project waarvoor het kringnet wordt gemaakt.
Door gebruik te maken van ondergrondse verzekeringen
is de kans op verstoring vrij groot. Tevens ontbreken
vooral in het buitengebied vaak de mogelijkheden voor
scherpe aanmetingen. Controle op de juiste ligging is
later dan ook vaak niet goed mogelijk.
Grondslagelementen. Ter verhoging van de gebruiks
waarde van het kringnet wordt steeds vaker een aantal
bovengrondse verzekeringen aangebracht tijdens het
ontstaan van het kringnet. Deze verzekeringen kunnen
bestaan uit scherpe hoeken van gebouwen, boutjes in
kunstwerken e.d.
De grondslagelementen hebben door de wijze van bepa
ling vrijwel dezelfde waarde als de kringnetpunten van
waaruit ze worden bepaald.
De actualiteit is echter veel beter vanwege de geringe
verstoringskans. Belangrijk is in dit verband ook de
kostenbesparing, omdat moeizame controle op de juist
heid van de ondergrondse verzekering van kringnet
punten later kan vervallen!
Veelhoekspunten. De precisie van hoofdveelhoekspun-
ten is in het algemeen minder dan die van kringnet
punten, omdat het aantal overtallige waarnemingen vrij
gering is. De betrouwbaarheid is meestal onvoldoende
om dezelfde reden.
Bekende problemen bij veelhoeken zijn het opsporen
van abnormale fouten in hoek- en lengtemeting.
Wanneer in de veelhoek 1-2-3-4-5 een hoekfout is ge
maakt op punt 3, zal via heen- en terugslagberekening
deze plaats kunnen worden gelokaliseerd. Echter alleen
bij een flinke fout! Dit houdt dus in, dat kleinere fouten
op deze wijze waarschijnlijk niet zullen worden gelokali
seerd.
s
s
Wanneer een abnormale lengtefout bestaat in de lengte
2-3, ontstaat bij berekening vanuit 1 een evenwijdige
verschuiving van het gedeelte van de veelhoek na punt
3. De optredende sluitvector 5-51 zal dan in principe
evenwijdig lopen aan de zijde waar de fout is gemaakt.
De ironie wil echter, dat belangrijke veelhoeken zoveel
mogelijk gestrekt moeten zijn. Dit betekent, dat de rich
ting van alle zijden dan ongeveer gelijk zal zijn. In zo'n
geval is het op deze wijze localiseren van de fout een vrij
wel hopeloze zaak.
198
Uit deze voorbeelden blijkt, dat de kans om een fout in
een veelhoek te lokaliseren vaak gering is; we zeggen in
zo'n geval dat de betrouwbaarheid gering is.
Binnen een homogeen puntenveld worden precisie en
betrouwbaarheid van een veelhoek beter, omdat de
nauwkeurigheid van de aansluitpunten goed is. De preci
sie en betrouwbaarheid van veelhoeken in de laatste ver
dichtingsfase vóór de opname van de terreinpunten,
moeten worden afgestemd op dat doel. Deze z.g. detail
veelhoeken zijn te beschouwen als gebroken meetlijnen.
Een niet ontdekte fout in zo'n veelhoek heeft meestal
een zeer lokale invloed. Bovendien is de kans groot, dat
bij uitvoering en berekening van de detailmeting deze
fout wordt gevonden door de controlematen van de de
tailmeting. De actualiteit van veelhoekspunten tenslotte
is dezelfde als die van kringnetten, nl. afgestemd op de
projectduur.
5. Slotopmerkingen
Tot slot wil ik nog enige opmerkingen maken die ver
band houden met een aantal mogelijkheden en proble
men voor wat betreft grondslagbepaling in het toepas
singsgebied van de beide volgende sprekers.
Fotogrammetrie
De grondslagverdichting, zoals deze door de fotogram-
meter wordt toegepast, is in wezen ook een „kringnet-
achtig" systeem.
Per foto worden een aantal punten lokaal „gemeten" in
het fotostelsel. Door gebruik te maken van de overlap
kunnen de foto's als het ware aan elkaar worden gere
kend (fig. 4).
Fig. 4. Fotogrammetrische opname.
Na afloop van deze z.g. aerotriangulatie wordt het aldus
ontstane totaalmodel van gekoppelde foto's aangeslo
ten aan de terrestrisch bepaalde paspunten. Deze ter-
restrische paspunten worden voor de fotovlucht in het
terrein verzekerd op een uit de lucht zichtbare wijze.
Tegenwoordig worden de terrestrisch te bepalen pas
punten meestal d.m.v. een kringnet bepaald. Gevolg
hiervan is, dat een grote homogeniteit kan ontstaan in de
ligging van terrestrische grondslag en fotogrammetri
sche paspunten.
NGT GEODESIA 83