Fig. 2. Het interieur van de transportwagen.
De meting op de Ubagsberg
Het hierboven aangehaalde zinnetje over de meting op
de Ubagsberg doet niet vermoeden, dat de werkelijkheid
heel wat ingewikkelder was. Van het begin tot het eind
zijn er moeilijkheden geweest. Dat begon al bij de reis
erheen. Het dagboek van Wildeboer zegt daarover het
volgende:
Maandag 8 Augs. De wagen wordt gepakt. Des
avonds ontvang ik van Prof. v.d. Sande Bakhuijzen
[2] bericht dat Z.H.Gel. mij machtiging verleent te
vertrekken. Een (spoor)wagen wordt aangevraagd en
de chef van de afdeeling aanvraag van materieel"
deelt mij mede dat die wagen morgen Dinsdag 9 Au
gustus er voor 4 uur n.m. aanwezig kan zijn en in ver
band daarmede geef ik den voerman order Dinsdag
morgen te 7 uur den wagen van het signaal te halen.
en zand doen opstuiven. Verbiedt men de jongens
dan krijgt men het dadelijk met de strijdlustige ouders
te kwaad. In weinige oogenblikken is het instrument
onder stof bedolven, dat telkens moet worden afge
veegd".
Curieus is ook de volgende mededeling:
Volgens informatie van de heliotropisten komen die
storingen alleen des Zondags voor.
Van het voorgevallene wordt kennis gegeven aan de Ka
pitein der Marechaussee te Maastricht met het verzoek
zo mogelijk 's zondags te laten patrouilleren. Het in onze
tijd zo vaak voorkomende relletje trappen op zondag bij
het voetballen had dus klaarblijkelijk een voorganger op
de Ubagsberg. Het stenen gooien en het te hulp roepen
van de politie klinkt ons bekend in de oren!
Wanneer Wildeboer mocht hebben gedacht, dat hij de
volgende dag rustig zou kunnen werken, dan had hij zich
vergist. Het was weliswaar maandag, maar tevens 15
augustus en we lezen:
Wegens den Katholieken Zondag (Maria Bood
schap) worden weder dezelfde belemmeringen on
dervonden als gisteren".
Op 16 augustus stuurt de Districtscommandant van de
Marechaussee bericht, dat aan de Brigadecommandant
last is verstrekt voor de nodige surveillance zorg te dra
gen. Daarna schijnen deze moeilijkheden niet meer te
zijn voorgekomen. Helaas trekt het weer zich niets aan
van het wel of niet aanwezig zijn van de Koninklijke
Marechaussee; er viel al heel wat regen in augustus,
maar nog veel meer in september. Daardoor duurde het
tot 22 september voor de laatste metingen konden wor
den afgerond. Dan wordt de wagen gepakt en een
spoorwagen aangevraagd, welke eerst maandag 26 sep
tember gereed kan zijn. Die dag bleek echter, dat de vele
regen nog andere gevolgen had. Wildeboer schreef in
zijn dagboek het volgende:
Maandag 26 Sept. De wagen wordt op den aange
komen goederenwagen van den Grand Central Beige
geplaatst en is ten vervoer gereed, toen het bericht
komt dat de verzakking in den spoordam tusschen
Beek-Elsloo en Bunde van zoo ernstige aard is, dat
het vervoer van goederen langs die lijn geheel ge
stremd is, waarschijnlijk voor zeer geruime tijd.
De wagen wordt weder van den goederenwagen af
genomen en door tusschenkomst van den hotelhou
der Meentz naar een voerman gezocht, aangezien de
afstand per wagen slechts 13 a 14 uur per transport
met paarden bedraagt".
Dinsdag 9 Augs. Te 7 uur voormiddags wordt de
wagen afgehaald en deze arriveert te 2 uur aan het
station Roermond, waar echter geen platte wagen
beschikbaar is of komt voor den volgenden och
tend".
Daardoor kan het voorgenomen centreringsprogramma
te Venlo geen doorgang vinden. Uiteindelijk arriveert de
wagen toch op het station van Simpelveld om vervol
gens op 12 augustus verder te worden getransporteerd
naar de Ubagsberg. Daar worden dan de voorbereidin
gen getroffen om met meten te beginnen. Van de meet-
ploegen werd verwacht, dat ook op zondag werd ge
werkt. Dat dat niet zonder problemen ging, leert ons het
dagboek. Op zondag 14 augustus lezen we:
Het meten gaat wegens den Zondag zeer lastig.
Een honderdtal menschen stoeien en schreeuwen
rond het signaal, terwijl jongens met steenen werpen
Fig. 3. De transportwagen, gereed voor vervoer per trein. Deze,
niet zo scherpe foto, is van latere datum.
2
NGT GEODESIA 84