Instrumentele ontwikkelingen in de
landmeetkunde*)
DEURNE OUDE INDELING KIESDISTRICTEN
983 Sector IRIS PSC/TNO
750m
Kaart 6.
DEURNE: NIEUWE INDELING KIESDISTRICTEN
903 Sector IRIS PSC/TNO
750m
10
Kaart 7.
arbeidstijd 120 uur a 70,— f 8 400,—
waarbij dient te worden opgemerkt dat in de handmatige methode
niet is inbegrepen het vervaardigen van thematische kaarten.
Uit een vergelijking van de segmentenmethode met de handmatige
methode blijkt dat, wanneer vele en ingewikkelde bewerkingen
moeten worden uitgevoerd, het voordeel van de segmentenme
thode duidelijk is.
Conclusies en aanbevelingen
Wat is er nu van de vastgelegde verwachtingen uitgekomen? Een
voor een zullen we de verwachte resultaten behandelen.
1Uit de proeven is gebleken dat de kwaliteit van de informatie
voorziening kan worden verbeterd met behulp van de toege
paste lijnsegmentenmethode. Niet alleen zijn meer en snellere
gegevensbewerkingen mogelijk, ook is een kartografisch ver
antwoorde presentatie betrekkelijk eenvoudig te maken.
Daarna wordt in ruime mate tegemoet gekomen aan de behoef
te van de bestuurder aan beleidsrelevante informatie, in de vorm
van kaarten en beelden, en aan de eisen die aan dergelijke the
matische kaarten worden gesteld.
2. Verheugend is de conclusie dat de economische haalbaarheid is
aangetoond.
In het algemeen kan worden gesteld dat de kosten van automa
tische verwerking lager liggen dan de kosten van handmatige
(traditionele! verwerking. Alleen in gevallen waarin weinig meer
met de gegevens wordt gedaan dan weergave op een kaart, zo
als bij de voetgangerstellingen Apeldoorn, is de gevolgde me
thode (aanmerkelijk) duurder.
In gevallen waarin veel(soortige) bewerking op de gegevens en
veel procedures noodzakelijk zijn, zoals bijvoorbeeld bij de kies
districten Deurne, is de lijnsegmentenmethode (aanmerkelijk)
goedkoper. Dit is nu juist het voordeel. Hoe complexer de
vraagstelling, hoe meer alternatieven, hoe groter de besparing.
De kiesdistricten Deurne waren in dat opzicht een uitstekend
voorbeeld. Ook voor de andere voorbeelden geldt, dat de meer
kosten bij verdere toepassingen het verschil in kosten tussen
handmatige en automatische verwerking vergroten ten voordele
van laatstgenoemde methode.
In deze beschouwing zijn de eenmalige kosten voor het aan
maken van een lijnsegmentenbestand niet opgenomen. Deze
moeten natuurlijk wel worden doorberekend.
Hoe groter het aantal toepassingen, hoe lager de kosten van
doorberekening per toepassing. Het lijkt mogelijk, gezien de
schattingen van de kosten voor de aanmaak van een lijnseg
mentenbestand, om deze kosten vrij snel terug te verdienen.
3. Aanbevelingen ten aanzien van de verdere ontwikkeling van de
gebruikte software richten zich vooral op:
verbetering van de grafische software-pakketten;
toepasbaar maken van de gebruikte software op een micro
computer;
het geschikt maken voor algemeen gebruik van de aan
wezige software-pakketten.
4. Vooral door tijdgebrek (slechts een periode van een halfjaar) is
de groep er niet toe gekomen om toekomstige gebruikers een
aantal functionele modellen aan te bieden, waaruit zij een keus
zouden kunnen maken. Vooral het gebruik van mini- en micro
computers moet verder worden onderzocht. Deze kleinere en
veel goedkopere systemen moeten het vooral voor kleinere ge
meenten mogelijk maken de lijnsegmentenmethode toe te pas
sen, waardoor het afwezig zijn van dure grote systemen geen
beperking meer vormt.
door prof. dr. ir. M. J. M. Bogaerts, hoogleraar aan de Afdeling der Geodesie van
de Technische Hogeschool Delft.
Sinds 1969 heb ik het genoegen regelmatig voordrachten te hou
den op het NGL-congres. Merkwaardig hierbij is, dat ik meestal niet
spreek over mijn eigen vakgebied, de vastgoedinformatie, maar
Inleiding gehouden op 28 oktober 1983 tijdens het 12e NGL
congres.
over een gebied dat hier nauw mee verwant is, namelijk de instru
mentele landmeetkunde. Daarbij pleeg ik voorspellingen te doen
waar het met de landmeetkunde op het gebied van de instrumen
tele ontwikkelingen in de toekomst naar toe gaat.
In 1977 heb ik een voordracht gehouden over de instrumentele ont
wikkelingen in de landmeetkunde. Op basis van de toepassing van
52
NGT GEODESIA 84