keerssituaties is dit een lastige bijkomstigheid bij de detailmeting.
Daarnaast is de detailmeting zelf erg omslachtig, omdat op ieder te
meten detailpunt een meetmerk (prisma) moet worden opgesteld.
Dit vraagt om een uitgebreide meetploeg waarbij de organisatie van
de meting in het terrein een essentieel bestanddeel van de meting
is. Als door onwerkbaar weer de meetploeg op nonactief staat, is
dit een zeer kostbare zaak.
Het eerste uitgangspunt bij het systeem FRANK is, dat de veel-
hoekspunten (de opstelpunten van een instrument) niet in coördi
naten bekend hoeven te zijn. Dit is bij de luchtfotogrammetrie ook
niet het geval.
Fig. 5.
Het tweede uitgangspunt is, dat de gegevens over de te meten
punten fotografisch worden verzameld en dat de metingen binnen
worden uitgevoerd. In fig. 5 is een willekeurige afbeelding gegeven
van de meetopzet. In principe worden in ieder opstelpunt foto's ge
maakt van de gehele horizon. In een volgend opstelpunt gebeurt
hetzelfde, waarbij enkele detailpunten van de vorige opname ook
in de tweede opname zijn te zien. De berekening van de coördina
ten loopt over de detailpunten, evenals dat in principe bij de lucht
fotogrammetrie het geval is. De complicatie bij het systeem FRANK
is dat er, vooral in smalle straten, veel opnamen nodig zijn, waar
door de berekening uitermate gecompliceerd wordt. Op het reken
systeem dat een onderdeel uitmaakt van FRANK kom ik nader
terug.
Het researchteam had voor het opnamesysteem van FRANK twee
mogelijkheden, te weten fotografische opnamen en scanningtech-
nieken. Daardoor is het onderzoek in twee delen gesplitst. Bij het
eerste wordt getracht zo snel mogelijk te komen tot een werkend
functiemodel voor een fotografisch opname- en uitwerkings
systeem. Bij de elektronische variant gaat het er in eerste instantie
meer om de mogelijkheden van de CCD-scanners voor korte af
standen te onderzoeken.
De fotografische variant
De fotografische variant bestaat uit drie gedeelten, te weten een
opnamesysteem, een rekensysteem en een uitwerkingssysteem. Bij
het opnamesysteem gaat het om de camera inclusief de lens en om
het opnamevoertuig. In een voorstudie van het project FRANK
werd onderzocht aan welke eisen de lens moet voldoen. Door de
fotogrammeters werd de eis gesteld dat 20 gon (decimale graden)
boven tot 5 gon onder de horizon moet kunnen worden gemeten;
de landmeetkundige eis was 6 gon boven de horizon tot 40 gon
onder de horizon.
Het blijkt dat de horizoncamera van ,,De Oude Delft" met 15 gon
gezichtsveld in verticale richting niet aan deze eisen kan voldoen.
Ook bij modificering van de camera zelf is in de verste verte niet aan
de gestelde eisen te voldoen. Ondanks zeer interessante mogelijk
heden doet deze camera niet meer mee in het onderzoek.
Ook het opnamesysteem van Movie Map is niet aantrekkelijk. In
fig. 6 is te zien hoe de landmeters nieuwe stijl met de filmappara
tuur bovenop een auto aan het werk zijnDit systeem is te omslach
tig en vraagt te veel mankracht voor de opnamen. Daarom is beslo
ten een nieuwe lens te ontwerpen volgens het fish-eye principe.
Met een handelsexemplaar van Canon zijn proefopnamen gemaakt
om tot de juiste keuze van de lens te komen. In figuur 7 is een op
name te zien van het A. van Schendelplein in Delft, terwijl de came
ra naar boven is gericht. Fig. 8 is een opname van de C. Fockstraat
in Delft met de camera naar voren gericht.
Bij de nieuwe lens is de beeldhoek veel groter en kan, als de camera
naar boven is gericht, 20 gon onder de horizon worden gemeten.
Deze lens wordt ontworpen en vervaardigd door de Optische In
dustrie ,,De Oude Delft" en zal worden gemonteerd op het Oldelft
Catodica Camerahuis. Omdat de Catodica niet is ontwikkeld voor
metrisch nauwkeurige fotografie, moeten aanpassingen gebeuren
om de filmvlakheid te verbeteren en om randmerken aan te
brengen.
De camera zal worden gemonteerd op een auto om voldoende
zichtbaarheid te hebben van de te meten opjecten. Daarvoor is een
verhoogde opstelling noodzakelijk. Fig. 9 geeft de situatie weer als
de camera drie meter boven de grond is opgesteld. In de figuur
wordt aangegeven welk deel van een gevel wordt opgenomen.
Gaat het bij punten om de grond, zoals straatmeubilair enz., dan
moet de camera worden omgekeerd.
NGT GEODESIA 84
Fig. 8.
57